|
|
Zie ook: Profiel Balkan
Lente in Kosovo: Doorbraak Rusland staat op het punt toe te geven. Op 25 mei praat het trio in Stalins vroegere datsja bij Moskou, in een kamertje met drie stoelen. Tsjernomyrdin schuift een vierde stoel aan. Die is voor Milosevic, zegt hij. Na dit gesprek beseft Tsjernomyrdin dat de Amerikanen op twee punten niets toegeven. Ten eerste: alle Servische troepen moeten Kosovo verlaten bij de intocht van Kfor. Pas later kan een beperkt aantal troepen terugkeren. Ten tweede: de NAVO levert een substantiële bijdrage aan Kfor. Tsjernomyrdin herhaalt die avond het Russische standpunt. Enkele duizenden Servische troepen moeten achterblijven om orthodoxe monumenten en heiligdommen in Kosovo te bewaken. Rusland eist een eigen Russische zone in het noorden van Kosovo, waar de meeste Serviërs wonen. Tsjernomyrdin stelt voor om Kfor samen te stellen uit troepen van NAVO-landen die geen rol spelen in de luchtoorlog, zoals Griekenland en Portugal, aangevuld met neutrale landen als Zweden en Finland. Talbott is tegen, Ahtisaari ook. Hij dringt met praktische argumenten aan op een sterke NAVO-bijdrage in Kfor. Zonder Amerikanen, Britten en Fransen keren de vluchtelingen niet terug naar Kosovo en laat het UÇK zich niet ontwapenen, zegt hij. `Ik vertelde de Russen dat je geen geloofwaardige vredesmacht kan optuigen met je favorieten.', zegt Ahtisaari. `U moet begrijpen dat ik, net als secretaris-generaal Kofi Annan, gevormd ben door de VN-missie in Bosnië. Ik wilde niet opnieuw een zwakke of verdeelde vredesmacht.' Het gesprek levert niets op, maar Ahtisaari raakt er na een telefoongesprek met Jeltsin wel van overtuigd dat de Russen een doorbraak wensen. Tsjernomyrdin reist de volgende dag naar Belgrado en keert optimistisch terug. Milosevic stemt in met het vredesplan van de G8, zegt hij. Maar een dag later volgt een wild opiniestuk in The Washington Post. Tsjernomyrdin vergelijkt Allied Force daarin met de Russische tanks die de Praagse lente vermorzelden. De wereld staat op de drempel van een nucleaire oorlog. Diezelfde dag dagvaart hoofdaanklager Louise Arbour president Milosevic en vier hoge Servische politici wegens oorlogsmisdaden en misdaden tegen de menselijkheid in Kosovo. `Ik heb zelden haast, maar met deze dagvaarding wel', zegt Arbour. Ze is bang dat de onderhandelaars aan een constructie werken om Milosevic politiek asiel te verlenen. Rusland en China reageren woedend, de Westerse hoofdsteden tonen zich bezorgd. Misschien stelt Milosevic zich nu, als een kat in het nauw, nog compromislozer op. Tsjernomyrdins' opiniestuk blijkt een achterhoedegevecht. `Misschien een laatste poging het proces te beïnvloeden. Maar soms lopen emoties gewoon hoog op', zegt Ahtisaari droog. `Tijdens het gesprek in Moskou, waarin iedereen urenlang standpunten herhaalde, zei ik: `heren, er moet een betere manier zijn om ons brood te verdienen'.' De dagvaarding van het tribunaal speelt verder geen rol. De Duitse Bondskanselier Schröder nodigt Ahtisaari uit om de onderhandelingen af te ronden in Bonn. Ahtisaari is tegen. De standpunten liggen nog te ver uiteen, denkt hij, de Duitsers riskeren gezichtsverlies. Het is beter door te praten in Moskou en Helsinki. Schröder dringt aan. Bij het begin van de onderhandelingen in het Duitse gastenverblijf Petersburg bij Bonn, zegt Tsjernomyrdin dat hij voor `97 procent' zeker is dat de volgende dag met Ahtisaari naar Belgrado kan reizen. In Petersburg lijkt het daar op 1 juni nog niet op. De militairen in Tsjernomyrdins team liggen dwars. Er onstaat een worsteling van dertien uur om elk woord, elke komma. Iedereen belt voortdurend naar de achterban. Ahtisaari gaat om vier uur 's nachts uitgeput slapen; er is nog weinig bereikt. De volgende morgen geeft Tsjernomyrdin toe: alle Servische troepen moeten Kosovo verlaten bij de intocht van Kfor. Later mag Servisch personeel terugkeren om mijnenvelden te markeren en monumenten en grensovergangen te bewaken, maar het gaat, zo staat in een voetnoot, om honderden, niet duizenden manschappen. Zijn militairen laten weten het daar absoluut niet mee eens te zijn. `Ik heb Tsjernomyrdin leren kennen als een onafhankelijke geest', zegt Ahtisaari. De kwestie van het commando over Kfor en de rol van de Russen in Kosovo houdt men bewust vaag: daarover kan later worden onderhandeld. Als Milosevic ernaar vraagt - en dat zal hij doen - geeft men hem beleefd te verstaan dat het niet zijn zaak is. 's Middags staan alle komma's op de juiste plaats. Het vredesplan voorziet in een aftocht van alle Servische troepen, de terugkeer van alle vluchtelingen, ontwapening van het UÇK, een provisorisch VN-bestuur en op termijn zelfbestuur voor Kosovo binnen Joegoslavië. Tsjernomyrdin en Ahtisaari haasten zich naar een gereedstaand Fins vliegtuig. De `Tien Geboden' heet het vredesplan (van twaalf punten) inmiddels. Joegoslavië heeft het te accepteren, als het woord van God. In Belgrado gaat het duo direct van het vliegveld naar de conferentiezaal. Het is niet de zaal met de lage tafeltjes, de rococo-meubels en de Rembrandt waar de meer zinloze ontmoetingen zich doorgaans afspelen. Aan een tafel met een rood laken en flesjes mineraalwater wacht Milosevic' `inner circle' de onderhandelaars op. Ahtisaari leest Milosevic de Tien Geboden voor, Tsjernomyrdin zwijgt. Milosevic vraagt Ahtisaari of de tekst valt te `verbeteren'. Nee, antwoordt Ahtisaari. Hij heeft geen mandaat om te onderhandelen, hij kan slechts verduidelijken. Milosevic en zijn minister van Buitenlandse Zaken Jovanovic stellen de vragen. `Er was irritatie, met name bij de Servische president Milutinovic', zegt Ahtisaari. `Er stond dat Kosovo onderdeel bleef van Joegoslavië, maar het was duidelijk dat het een protectoraat werd. Milosevic bleef extreem zakelijk. Hij verhief nooit zijn stem.' Milosevic nodigt de onderhandelaars na de bijeenkomst uit voor een diner, Ahtisaari slaat dat af. Het lijkt hem nuttiger als de Joegoslavische leider de tijd gebruikt om de politieke partijen over te halen het vredesplan te aanvaarden. Later op de avond ontvangt Milosevic de belangrijkste politici, de volgende dag aanvaardt het parlement de Tien Geboden. Ahtisaari is verbaasd over de snelheid waarmee de zaken zich ontwikkelen. `Ik had toch een soort eindspel verwacht. Dat Milosevic een onderhoud met hoger functionaris hadden geëist.' Minister van Buitenlandse Zaken Jovanovic heeft op de terugweg naar het vliegveld een speciaal verzoek: kan Ahtisaari regelen dat de voetbalwedstrijd Joegoslavië-Ierland voor het Europese kampioenschap 2000 doorgaat? Dat kan. Die avond wordt Ahtisaari met applaus onthaald door de Europese leiders die bijeen zijn in Keulen. Strobe Talbot wacht Ahtisaari op het vliegveld op en belegt een snelle vergadering op de achterbank van zijn auto. Tot irritatie van de Duitsers, die vinden dat Ahtisaari eerst verslag moet uitbrengen aan de EU. Lees verder: Alleen op de wereld
|
NRC Webpagina's 18 DECEMBER 1999
|
Bovenkant pagina |
|