|
|
Zie ook: Profiel Balkan
Lente in Kosovo: Scenario's Wesley Clark grijpt de kans met beide handen aan. Hij heeft het steeds onverantwoord gevonden een grondoorlog uit te sluiten. In het NAVO-hoofdkwartier Shape in Mons verrijst een maquette van Kosovo, waarop de scenario's worden uitgebeeld. De planners grijpen terug op plan B-min. `We hadden die 21 scenario's op de plank. Dan pak je het scenario dat het meeste lijkt op de situatie zoals die zich voordoet', zegt een militair op Shape. De voorkeur gaat uit naar een hoofdaanval uit Macedonië en een kleinere aanval via Albanië. De invasiemacht zal zich eerst een weg moeten banen door smalle, ondermijnde ravijnen. Daarna wordt het eenvoudiger: in de laagvlakte van Kosovo kan de NAVO-troepenmacht uitwaaieren en de luchtmacht elke Servische poging tot weerstand wegbombarderen. Een probleem is dat Macedonië weigert uitvalsbasis te zijn voor een invasie. De planners moeten dus ook rekening houden met een aanval via Albanië. Dat is een logistieke nachtmerrie. Via de grensplaats Kukës loopt de enige, smalle weg waarover de strijdmacht naar Kosovo kan rijden. Die weg wordt in april door Duitse en Italiaanse genie-troepen verstevigd voor zware trucks met humanitaire hulp - en tevens voor pantserwagens en lichte tanks. Op 31 mei krijgt Wesley Clark het groene licht om de weg zo te versterken dat ook zware tanks hem kunnen gebruiken. Binnen het Pentagon stuiten Clarks plannen op een koele ontvangst. De Amerikaanse minister van Defensie Cohen en de chefs van staven willen geen grondoorlog; Clark maakt nieuwe vijanden door daar bij de videoconferenties op te blijven aandringen. In de laatste weken moeten de lidstaten het alternatief voor een grondoorlog onder ogen zien. Een winter van bombardementen, met honderdduizenden Albanezen in kampen over de grens. Een besluit kan niet lang meer wachten. De invasie-plannen kunnen dan binnen 48 uur klaarliggen als de NAVO-ambassadeurs hun fiat geven. Daarna moeten de lidstaten troepen aanbieden en volgt het debat in de lidstaten, de mobilisatie en het vervoer van de troepen. Als de NAVO half juni het groene licht geeft, kan de invasie half september beginnen. Op 27 mei komen de ministers van Defensie van de VS, Engeland, Frankrijk, Duitsland en Italië in het geheim bijeen in Bonn. Het gesprek duurt bijna zeven uur. Men besluit dat de grondoptie binnen twee weken aan de orde moet komen. Engeland stelt 50.000 man ter beschikking, de helft van het Britse leger. Duitsland en Italië blijven afwijzend, Frankrijk betwijfelt of er nog genoeg tijd is. `Het werd me duidelijk dat er geen consensus zou komen', zegt de Amerikaanse minister van Defensie Cohen achteraf. Op 2 juni ontmoet Clintons veiligheidsadviseur Sandy Berger een groep experts en critici om van gedachten te wisselen over een grondoorlog. Berger zegt nog altijd te geloven in de luchtoorlog, maar ook dat het Witte Huis tot het uiterste zal gaan om zijn doel te bereiken: `De Serviërs eruit, de NAVO erin, de Albanezen terug.' Als de NAVO in een crisis raakt, dan zij dat zo. `Overeenstemming binnen de NAVO is waardevol, maar geen sine qua non.' Secretaris-generaal Solana maakt zich zorgen. `De grondoptie bezorgde hem slapeloze nachten', zegt een medewerker. `Solana had het gevoel dat het de cohesie van de NAVO te boven zou gaan en tot een crisis zou leiden.' Ook de ervaringen van Wesley Clark stemmen somber. Hij stelt eind mei de grondoptie in de Noord-Atlantische Raad aan de orde. Wil de NAVO een grondoorlog, dan moet er nu snel een besluit vallen, zegt hij. `Er kwam geen enkele reactie', zegt een diplomaat. `Niets. Stilte. Clark kwam er niet meer op terug.' Italië en Duitsland, de voornaamste opponenten van een grondoorlog, delen de zorgen van Solana. Het linkse kabinet van D'Alema valt als die optie op tafel komt, zo vreest men. Wat Duitsland betreft: `Een debat over de grondoorlog had de Bondsdag gesplitst', zegt Wolfgang Ischinger, de Duitse staatssecretaris van Buitenlandse Zaken. `Ik denk dat het 55 procent vóór en 45 procent tegen was geweest. Rampzalig, want het ging om de eerste inzet van Duitse soldaten sinds de Tweede Wereldoorlog.' Lees verder: Rusland
|
NRC Webpagina's 18 DECEMBER 1999
|
Bovenkant pagina |
|