NIEUWS  TEGENSPRAAK  SUPPLEMENT  DOSSIERS  ARCHIEF  ADVERTENTIES   SERVICE


Kosovo Conflict

Nieuws

Achtergrond

Nasleep

Conflict

Vluchtelingen

Etnische zuivering

Internet en Media

Links

Portretten van de betrokken spelers

Milosevíc | Bulatovíc | Milutinovíc| Djukanovíc| Demaçi | Thaçi| Rugova | Holbrooke | Solana | Agani | Shea

Republiek Joegoslavië

Milosevic Slobodan Milosevíc, president van Joegoslavië, kwam in 1987 aan de macht en bouwde zijn binnenlandse legitimiteit op met een fel nationalistische campagne rond Kosovo, waar de Servische minderheid zou worden onderdrukt. De campagne leidde tot de desintegratie van het oude Joegoslavië door het weglopen van Kroatië en Slovenië. Ontnam Kosovo in 1989 zijn grondwettelijk gegarandeerde autonomie.

Zie ook:
'Geld Milosevic in Zuid-Afrika'
(10 mei 1999)
Milosevic: einde NAVO
(19 april 199)
Tito is leermeester van Milosevic
(19 april 1999)
Baby Face Killer: Milosevic, de dictator die niet brult
(3 april 1999)
Milosevic heeft weinig keus
(2 april 1999)
Het rollenspel van de vice-premiers in Belgrado
(27 maart 1999)

Bulatovic Momir Bulatovíc, premier van Joegoslavië, oud-president van Montenegro, dat samen met Servië de Joegoslavische federatie vormt, speekbuis van Milosevíc, doet al sinds begin 1998, toen hij de Montenegrijnse presidentsverkiezingen verloor, pogingen het democratische en pro-Westerse bewind in Montenegro ten val te brengen.

Milutunovic Milan Milutinovíc,
president van Servië, voormalig minister van Buitenlandse Zaken van Joegoslavië, spreekbuis van Milosevíc, leidde op de vredesconferenties van Rambouillet en Parijs het verzet van Belgrado tegen het vredesplan van de Contactgroep.




Djukanovic Milo Djukanovíc, president van Montenegro sinds januari 1998, de meest uitgesproken criticus van Milosevíc binnen Joegoslavië, is fel tegen diens Kosovo-beleid, heeft NAVO zelfs samenwerking en logistieke hulp aangeboden en heeft geweigerd de noodtoestand in Montenegro van kracht te verklaren toen die met het oog op de NAVO-aanval in Joegoslavië van kracht werd.


UÇK: Kosovo Bevrijdingsleger

Adem Demaçi, zat 28 jaar wegens separatistische uitingen gevangen in Joegoslavië, in 1990 vrijgelaten, werd de meest radicale politieke leider van Kosovo en de eerste rivaal van Rugova in de Kosovo-Albanese politiek. Voorstander van gewelddadig verzet tegen de Serviërs, werd in 1998 politiek vertegenwoordiger van het Kosovo Bevrijdingsleger UÇK, stapte uit politiek toen UÇK vredesakkoord accepteerde.

Hashim Thaçi, alias ‘De Slang', Demaçi's opvolgere als politiek vertegenwoordiger van UÇK, leider van Kosovo-Albanese delegatie op vredesoverleg van Rambouillet en Parijs in februari en maart 1999. In 1977 door Servische rechtbank bij verstek tot tien jaar gevangensistraf veroordeeld wegens aanvallen op politiemannen.

Zie ook: `UCK gebruikt geweld tegen deserteurs'

LDK: Democratische Liga Kosovo

Rugova Ibrahim Rugova, leider van de Albanese gemeenschap in Kosovo, pacifist en leider van de Democratische Liga van Kosovo (LDK), in 1992 bij ondergrondse verkiezingen gekozen tot president van de eenzijdig uitgeroepen Republiek Kosovo, in 1998 herkozen. Architect van het vreedzame verzet tegen de Servische onderdrukking in Kosovo.

Zie ook: Servische tv toont Rugova en Milosevic in gesprek
(2 april 1999)

AganiDe gemelde executie van Fehmi Agani (66) is een illustratie van de diepe minachting van het Servische regime voor zijn Albanese onderdanen. In Belgrado en Rambouillet zaten de Servische leiders tegenover de beminnelijke Agani, schudden hem de hand, maakten grapjes. Met evenveel gemak lieten ze hem zondag doodschieten.

Zie ook:

Agani: Bedachtzaam en gematigd
(10 mei 1999)
Fehmi Agani: Bedachtzaam en beminnelijk
(30 maart 1999)

Internationale gemeenschap

Holbrooke Richard Holbrooke, Amerikaans gezant in Bosnië- en Kosovo-crisis, slaagde er eind 1995 in de Joegoslavische leiding achter het vredesplan voor Bosnië te krijgen, maar faalde op 22 en 23 maart in zijn pogingen de Joegoslavische leiding te overtuigen van de noodzaak het Kosovo-vredesplan van de internationale contactgroep te accepteren.

Zie ook:
Holbrooke; `Ik ging te laat naar Kosovo'
(23 maart 1999)
Kosovo; `Westen moet zich schamen'
(23 maart 1999)

Solana Javier Solana, secretaris-generaal van de NAVO, voormalig vredesactivist en Spaans minister van Buitenlandse Zaken, gaf op 23 maart na de mislukking van de missie-Holbrooke de militairen opdracht to luchtaanvallen op Joegoslavië om Belgrado te dwingen het vredesplan te aanvaarden.

Jamie Shea, NAVO-woordvoerder, moet op dit moment meer bekendheid genieten dan zijn baas, secretaris-generaal Javier Solana. De dagelijkse persbriefing van de Britse woordvoerder op het Brusselse hoofdkwartier wordt live door CNN verslagen.

Zie ook: Jamie Shea. Gezicht van NAVO
(9 april 1999)

NRC Webpagina's
22 APRIL 1999

    Bovenkant pagina

NRC Webpagina's © NRC Handelsblad