|
|
|
NIEUWSSELECTIE Profiel Molukken
|
'Op Ambon bepalen ze het zelf wel'
OOSTERWOLDE, 28 JULI. Tussen de deur van het herentoilet en die van het damestoilet in het Molukse buurthuis Gunung Nona in het Friese Oosterwolde hangt een briefje: "Aktie Seratus, resultaat fl3675,00." Met daaronder de mededeling dat de organisatie Maluku Tabakar (de Molukken branden) de bewoners van Oosterwolde bedankt voor hun giften in de collecte van vorige week. Bij Carl Pattiapou, die in het buurthuis met tafels sjouwt, ontlokt het briefje een schaterlach: "Daar kun je nogal wat wapens voor kopen, vind je niet? Hoogstens een paar kogels." Hij is niet blij dat de Molukse gemeenschap in Nederland opnieuw in verband gebracht is met gewelddadige acties nu zijn dorpsgenoot Joseph Matita gesuggereerd heeft dat er met het ingezamelde geld in Oosterwolde wapens worden gekocht. Wapens voor de christelijke gemeenschap in de Molukken die daar wordt vervolgd. "Ik word er soms wel een beetje cynisch van. Dan zeg ik: kun je niet zien hoeveel tanks we hebben? Er wonen hier in Oosterwolde ongeveer 300 Molukkers. En stel dat we wapens hadden, hoe wil je die verschepen?" In het buurthuis gonst het van activiteiten. Niet de voorbereiding van een Molukse actie, maar voor de bruiloft van een neef van Carl die vanavond plaatsvindt. De familie versiert de zaal en een grote tent naast het buurthuis, op een soort open plaats midden in de Molukse wijk waar ook de Evangelische Kerk staat. "Het is eigenlijk feest, we verwachten 700 mensen, maar je kunt niet om de oorlog heen", zegt neef Joseph Pattiapou, wiens broer in het huwelijk treedt en die, anders dan Carl, wel actief betrokken is bij de acties van Maluku Tabakar: "Iedereen zal praten over familieleden die zijn gedood." In een van de zaaltjes hangt een groot prikbord vol met foto's van afschuwelijk verminkte mensen, en verhalen over de strijd in de Molukken, veelal van internet geplukt. In het midden een grote internet-print van een kaart van het hoofdeiland Ambon. Bij plaatsjes als Waiheru, Nahia en Nigerie Lama, staan rode sterretjes getekend. "Die zijn met de grond gelijk gemaakt", zegt Joseph en hij wijst op de kaart. "De Jihad-strijders en het Indonesische leger zitten nu ook al in Hukurila, terwijl wij nu zitten bij Huhumuri. Dat is een uurtje daarvandaan. Op 5 augustus willen ze alles plat hebben." Alles wordt verzameld, ook videobanden die duidelijk zouden maken dat het Indonesische leger samenspant met de moslimstrijders. "We proberen alles te registreren om bij een onderzoek te kunnen zeggen: dit is het materiaal." "Wij zamelen geld in voor mensen die het nodig hebben", zegt Joseph Matita, de woordvoerder van Maluku Tabakar in Oosterwolde, die met zijn uitspraken onmiddellijk het Nederlandse nieuws haalde. "Wat ze met het geld doen, bepalen zij. Zij zitten in een oorlogssituatie, wij niet. Ze kopen daar medicijnen en kleding van, maar ik kan niet uitsluiten dat daar ook wapens van worden gekocht. Als we ze met onze actie de kans geven zich te verdedigen, wat is daar mis mee?" Burgemeester Burgsteden van Ooststellingwerf - waar Oosterwolde toe behoort - haast zich te verklaren dat hij "niet achter de aankoop van wapens" staat. " Die actie keuren wij af", zegt hij. Vorig jaar heeft de gemeente de opbrengst van een inzameling nog verdubbeld, onder de voorwaarde dat het geld deels via officiële hulporganisaties als het Rode Kruis verdeeld zou worden. Pijlen en fietssturen als wapen
De afdeling in het Zuid-Hollandse Capelle van Maluku Tabakar, die het officiële woordvoerderschap van de actiegroep opeist, is evenmin blij met de ophef in de media. Roy Thenu van de organisatie wil de boodschap overbrengen dat Matika verkeerd is begrepen. Volgens hem spreekt er vooral frustratie uit: "Wij schreeuwen om hulp, maar niemand doet wat. U heeft zelf gezien wat voor wapens die mensen hebben om zich te verdedigen: pijl en boog en fietssturen. Daartegenover staan automatische wapens en mortieren van de Jihad-strijders." In zijn nieuwbouw-woning in Oosterwolde heeft Nus Sahureka op het nieuws van RTL Matika de woorden zien spreken. Hij schudt zijn hoofd: "Ik ben hier van geschrokken." Maar ook hij denkt dat het vooral frustratie en wanhoop is waaruit dit soort dingen worden gezegd. Zelf heeft Sahureka niet bijgedragen aan de actie. Als actief lid van de politieke organisatie Siwa Lima, die de " zogenaamde RMS-regering" in ballingschap in Nederland niet erkent, denkt hij dat inzamelingsacties niets uithalen. "Als je geld stuurt, komt maar een klein deel bij de mensen terecht." Een internationale interventie is het enige dat helpt. "Wat kun je aan wapens kopen? En als je ze al kan sturen, kunnen de mensen daar het misschien een paar weken volhouden." In het buurthuis geeft Joseph Pattiapou toe dat hij hier en daar wel wat wantrouwen heeft gemerkt bij het inzamelen: "Mensen vragen toch, wat gaan jullie met dat geld doen." Neef Carl wil niet dat Oosterwolde binnen de Molukse gemeenschap bekend staat als militant. "En stel dat er wapens van worden gekocht, dan ben je toch wel gek om dat te zeggen. Dan geef je de Indonesische regering toch meteen een reden om Molukse Christenen te wantrouwen."
Zie ook:
Wahid sluit buitenlandse hulp niet uit (17 juli 2000) |
NRC Webpagina's 28 JULI 2000
|
Bovenkant pagina |
|