|
3. De ontdekking van El Dorado
6. Speculatie met een gat in de grond
|
Hoofdstuk 4 - Partners in het avontuur Roel Janssen (rjanssen@nrc.nl) In de weken na het bezoek van John Veldhuyzen aan ABG had Carlien zich grondig in goud en goudmijnen verdiept. Als het waar was wat Veldhuyzen beweerde, kon een participatie in het startkapitaal van zijn mijnbouwbedrijf een aanzienlijk voordeel voor ABG opleveren. Het zou de medewerkers van de afdeling Emerging Markets van ABG ook een flinke bonus opleveren. Merkwaardig, bedacht Carlien, hoe ze aan die commerciële manier van denken gewend was geraakt sinds ze recht had op opties. Veldhuyzen reisde ondertussen naar Suriname en Canada. Voor zijn onderneming, die hij NuggITT Gold Mining Company had genoemd, zocht hij Surinaamse partners en Canadese co-investeerders. Canada, wist Carlien inmiddels, was de belangrijkste markt om startende mijnbouwmaatschappijen te financieren. De effectenbeurzen van Vancouver, Alberta en Toronto floreerden dank zij mijnbouwmaatschappijtjes die aanvankelijk niet meer te bieden hadden dan het recht op een stuk grond met een onbewezen reserve. Deze "junior mining companies" werden gewoonlijk geleid door avontuurlijke geologen van het type Veldhuyzen. Zij hoopten op deze manier hun vaak jarenlange ontberingen in het veld in één keer te gelde te maken. Op een dag ontving Carlien een uitnodiging voor een etentje bij Verkooren thuis in Aerdenhout ter ere van John Veldhuyzen. Ze was nooit bij haar baas op bezoek geweest en ze vermoedde dat ze vanwege haar kennis van Zuid-Amerika aanwezig mocht zijn, zodat Veldhuyzen met iemand zijn Latino-ervaringen kon uitwisselen. Verkooren stelde zijn ,,talentvolle medewerkster'' voor aan zijn vrouw Else. John Veldhuyzen had een vrijetijdspak aan. Carlien voelde dat ze door hem gecharmeerd was. Tot haar verrassing was er nog een gast, Bonne de Leeuw, lid van de raad van bestuur van ABG en de baas van Verkooren. De Leeuw was onlangs gescheiden, wist ze. Ze had hem niet eerder ontmoet. Het was een stevige man met een branie-achtig uiterlijk, die al na enkele minuten hoog opgaf van zijn handicap bij het golfen en het succes van zijn privé-beleggingen. Al snel begreep Carlien waarom De Leeuw was uitgenodigd: Verkooren wilde dat hij enthousiast zou raken over de goudmijn van Veldhuyzen en de deelname van ABG in de emissie van het aandelenkapitaal in NuggITT zou steunen. Frederick Verkooren en John Veldhuyzen waren na hun studententijd een totaal verschillende kant opgegaan. Terwijl de één keurig getrouwd was en begonnen was aan een carrière bij een respectabele bank, had de ander zich losgebroken uit de conventies van de Nederlandse bovenstand en was hij de wereld ingetrokken. John had gedaan waarvan Frederick altijd gedroomd had: een ongeregeld leven leiden. Carlien voelde de bewondering van haar baas voor de geoloog en nu begreep ze waarom hij zo graag steun aan de goudmijn wilde geven. Het was zijn manier om, op het financiële terrein dat hem vertrouwd was, deel te nemen aan het avontuurlijke bestaan van zijn vriend. Veldhuyzen, die na zoveel jaren mijnbouw-ervaringen zich de nodige zakelijke doortastendheid had eigen gemaakt, maakte daar gebruik van op de vanzelfsprekende manier van vrienden onder elkaar. Na de nodige flessen wijn - voor de gelegenheid serveerde Verkooren Chileense Valle MaipĀC.Ā-wijn - viel Carlien nog iets op. Else Verkooren provoceerde De Leeuw tot steeds openlijker avances. Het was Carlien inmiddels duidelijk geworden dat Else en Frederick een liefdeloze relatie hadden, en dat de bankiersvrouw naar afleiding zocht. Die vond ze bij de uitweidingen van Van Leeuwen over zijn kostbare hobby's. Tegen het einde van de avond hing ze, net iets te intiem, tegen hem aangeleund. Zowel Verkooren als Veldhuyzen ontgingen deze avances. De bankier luisterde gebiologeerd naar de geoloog die aan één stuk door praatte over zijn proefboringen. Hij voorspelde dat het gebied misschien wel dertig miljoen ounces winbaar goud zou kunnen bevatten. ,,Weten jullie hoeveel dat is?'' riep hij opgetogen. ,,Dat is ruim negenhonderd ton goud, drie keer zoveel als de totale produktie van Latijns-Amerika en méér dan de jaarproductie van de twee grootste producenten ter wereld, Zuid-Afrika en de Verenigde Staten, samen.'' ,,Onmogelijk!'' zei De Leeuw terwijl hij zijn hand op het bovenbeen van Else legde. ,,Suriname een goudmijn? Suriname is geen land, maar een criminele onderneming. Ze doen daar alleen maar in drugs!'' Hij grinnikte schamper. ,,Nou ja, het scheelt Nederland in ieder geval ontwikkelingshulp. Kunnen ze die afbetalen.'' ,,Ik interesseer me niet voor politiek, maar voor de geologische gesteldheid van de bodem en die is veelbelovend'', antwoordde Veldhuyzen. ,,Het gaat om de investeringskansen'', zei Verkooren. ,,Wie de eerste aandelen heeft in een mining company die over reserves van dertig miljoen ounce goud in de grond beschikt, zit zelf op een goudmijn.'' Iedereen lachte beleefd mee. ,,Dat gebied is heel moeilijk te bereiken. Als ik mij goed herinner wonen er alleen wat Akoerio-indianen. En er zijn in de buurt een paar bosnegerdorpen'', merkte Carlien nuchter op. ,,Klopt'', antwoordde Veldhuyzen. ,,Het is heel moeilijk te bereiken en daarom is het niet eerder ontdekt.'' ,,En vallen die beweerde hoeveelheden goud ook moeilijk te controleren'', zei Carlien. Veldhuyzen keek haar onderzoekend aan.
|
NRC
Webpagina's 7 december 1998
|
Bovenkant pagina |