Overzicht eerdere
afleveringen
TWEEDE KAMER
STELLINGEN
TWEEDE-KAMERLEDEN
DISCUSSIE
|
Binnen mijn fractie krijg ik voldoende ruimte voor mijn persoonlijke standpunten
Cees van Wingerden - geen kandidaat:
,,We zitten eigenlijk altijd op een lijn. Stemmen nooit verdeeld. Je moet je eigen mening scheiden van die van de achterban. Die twee verwar je snel. En je moet kijken wat er politiek gezien haalbaar is. Onze beleidsmedewerker zoekt precies uit wat de achterban wil. Houdt een vinger aan de pols. Als mensen de auto aanvallen, ben ik het daar persoonlijk mee eens, maar voor onze kiezers, oudere mensen, ligt dat natuurlijk heel anders. Ik vertegenwoordig hier een bepaalde groep en kom dus voor hun belangen op.''
Anneke Assen - geen kandidaat:
,,Er is een enorme concurrentie in de fractie. De samenwerking is heel gering, mensen willen niets overnemen van elkaar. En als er al iets moet worden overgedragen, moet er een dossier klaarliggen. De angst bij velen is dat anderen onderwerpen van hen afnemen.''
Marten Beinema - geen kandidaat:
,,Er zijn nieuwe leden die zo snel met zulke afwijkende standpunten komen dat ze zich voor een reeks van jaren onmogelijk maken. Je hebt ook leden die te lang wachten voordat ze met eigen standpunten komen. Je moet er zelf aan werken.''
Pieter Jan Biesheuvel - kandidaat, verkiesbare plaats:
,,Dat heeft met vertrouwen en met anciënniteit te maken. Je moet het gezicht van de fractie zijn, maar dat moet je ook verdienen. Vandaar dat nieuwelingen zich moeten bewijzen. Met de positie op de kandidatenlijst heeft dat weinig te maken, dat belang wordt erg overschat. Zodra je in de Kamer komt gaan de rugnummers af.''
Wim van de Camp - kandidaat, verkiesbare plaats:
,,In het begin was dat niet zo, nu neem ik die ruimte gewoon. Nou ben ik wel erg coöperatief. Ik vind dat je wel van heel goede huize moet komen om je standpunt vol te houden tegen de wil van de fractie.''
Ali Doelman-Pel - geen kandidaat:
,,Ik heb daar nooit problemen mee gehad. Ik heb nooit boodschappen hoeven verkondigen die ver van mijn eigen standpunt afweken. En als de fractie eens een standpunt inneemt dat eigenlijk het jouwe niet is, moet je afspreken dat een ander dat verwoordt.''
Henk de Haan - kandidaat, verkiesbare plaats:
,,Er is wel te weinig tijd om te debatteren over ontwikkelingen op langere termijn. Niet met de hele fractie _ met 34 mensen kun je niet debatteren _ maar in kleinere groepen zouden we vaker een avond moeten debatteren over ontwikkelingen op de middellange termijn in het onderwijs, de gezondheidszorg, de veiligheid. De waan van de dag maakt dat we soms te gefragmenteerd bezig zijn en te weinig toekomen aan fundamentele bezinning.''
Hans Hillen - kandidaat, verkiesbare plaats:
,,Binnen de fractie: ja. Ook ruimte naar buiten? Nee! Ik ben voor eensgezindheid, maar dat hoeft geen eensluidendheid te Vergelijk bijvoorbeeld de opvattingen over het gezin van mijn partij en mezelf. Voor mij is dat: vader, moeder, kinderen, ik heb daarover een conventioneel standpunt. Dat wil ik uitdragen. Als anderen in mijn fractie liever over sociale zorg en dergelijke beginnen, heb ik daar vrede mee, maar dat is niet hetzelfde.''
Gerd Leers - kandidaat, verkiesbare plaats:
,,Ik krijg de ruimte wel, maar het is niet vanzelfsprekend. Ik moet er voor vechten. Een kamerlid met wat plussen achter zijn naam kan natuurlijk rekenen op wat meer krediet dan iemand die dat niet heeft.''
Wim Mateman - geen kandidaat:
,,Ik heb de reputatie over elk onderwerp anders te denken dan mijn fractie. Tijdens de stemming binnen de fractie over de Betuwelijn maakte voormalig fractievoorzitter Brinkman de volgende opmerking: "Ik ga er vanuit dat met uitzondering van Mateman de hele fractie akkoord gaat'.''
Ries Smits - geen kandidaat:
,,Ik ben homoseksueel en daar kan ik binnen de fractie openlijk over praten. Het CDA is traditioneel voor het huwelijk, hoewel de achterban progressiever is. In het debat over het openstellen van het huwelijk voor homoseksuelen heb ik anders gestemd dan de fractie. Dat geeft geen scheve gezichten.''
Gerrit Terpstra - kandidaat, misschien verkiesbare plaats:
,,Ik heb namelijk goede standpunten.''
Maxime Verhagen - kandidaat, verkiesbare plaats:
,,Persoonlijke afwijkende standpunten moeten kunnen, maar niet als woordvoerder van de fractie.''
Marijke Augusteijn-Esser - kandidaat, verkiesbare plaats:
,,Er is ruimte voor je eigen opvatting, maar er is ook discipline, al vind ik dat een vervelend woord. Het is van belang voor een partij om eenheid van standpunt te hebben. We hebben bovendien een programma, dat de leidraad is. Er wordt wel eens verschillend gestemd, dat zijn meestal ethische kwesties. De laatste keer was over de jacht.''
Bert Bakker - kandidaat, verkiesbare plaats:
,,Ik heb daar niet over te klagen, behalve op het punt van het antirookbeleid. Daar is de fractie heel streng over. Zelf vind ik het niet goed om te moraliseren over persoonlijk gedrag''
Hubert Fermina - kandidaat, misschien verkiesbare plaats:
,,Ja, maar dat iedereen kan zeggen wat hij wil, maakt het werk heel tijdrovend.''
Jan Hoekema - kandidaat, verkiesbare plaats:
,,Het uitdragen van persoonlijke standpunten kan slechts met mate.''
Nicky van 't Riet - kandidatuur onbekend:
,,Ik kan wel echt zeggen wat ik vind. Eén keer, in het begin, heb ik van de fractie mijn handtekening moeten weghalen onder een motie. Maar nu weet ik al lang wanneer ik wat kan zeggen buiten de fractie.''
Jan van Walsem - kandidaat, misschien verkiesbare plaats:
,,Dat is de cultuur van D66. Soms wijk ik af van wat de fractie vindt. Met de allochtonenwet bijvoorbeeld. Ondernemers werden via die wet gedwongen om werkplannen te maken met daarin een analyse van de regionale arbeidsmarkt en de positie van allochtonen daarin. Tachtig procent van de werkgevers voldeed niet aan die wet, omdat het opstellen van zo'n plan enorm omslachtig was. Dus is het effect buitengewoon gering. Het was niet mijn portefeuille, maar toch had ik er een standpunt over. Ook al had D66 de wet zelf ingediend. Ik vind: Wat krom is, is krom. Ik moest in de fractie verantwoording afleggen. En dat heb ik gedaan, met goede argumenten. De wet is later ook aangepast. Ik ben niet in de kamer gekozen om een jaknikker te zijn. Maar bij D66 wordt dat ook niet verwacht.''
Jan Willem van Waning - kandidaat, onverkiesbare plaats:
,,Ik vond het natuurlijk jammer dat ik als oud-militair niet op defensie mocht zitten, want dat is mijn roeping. Maar ik kon het wel billijken, want het zou de schijn van belangenverstrengeling wekken. Als oud-militair schik je je daarnaar. Bovendien was ik het niet eens met de reductie op de defensiebegroting. Ik kreeg scheepvaart en visserijbeleid. Prachtige gebieden, maar niet zo sexy. Het was niet eenvoudig om je daarmee te profileren. Ik denk dat ik mijn controlerende taak naar behoren heb vervuld. Maar naar buiten toe optreden en de achterban bedienen, daar ben ik minder goed in. Dat is misschien ook een beetje een leeftijdskwestie. Ik ben nu 60.''
Mohamed Rabbae - kandidaat, verkiesbare plaats:
,,Absoluut. Als ik het ergens niet mee eens ben, dan zeg ik het ook meteen. Als het om principiële kwesties gaat dan stemmen we ook verschillend. Toen bijvoorbeeld werd gestemd over de wijziging van het familierecht hebben we verschillend gestemd. Dat zijn persoonlijke punten.''
Leoni Sipkes - geen kandidaat:
,,Binnen de fractie heb ik veel eigen ruimte, alle leden hebben veel eigen ruimte. Ons verschil van opvatting over de republiek is bekend, dat wordt ook gerespecteerd. Ik ben zelf in principe voor de republiek als staatsvorm maar de problemen zijn elders zo groot dat ik mijn prioriteiten ergens anders leg. Wij liggen ook niet wakker van verschillend stemmen. Wij zijn met zijn vijven, ik vraag me af hoe dat met de grotere fracties zit, je kunt toch niet over alles hetzelfde denken? Dat heeft bij ons nooit tot conflicten geleid: als je elkaars mening respecteert kun je nooit een conflict krijgen. Maar wij praten er natuurlijk heel lang over.''
Karin Adelmund - kandidaat, verkiesbare plaats:
,,In het begin had ik die ruimte niet. Ik werd wel meteen vice-fractievoorzitter, waardoor ik een heleboel in de huishouding moest gaan regelen. Bijvoorbeeld bemiddelen tussen fractieleden. Maar vertrouwen en respect heb ik echt moeten winnen. Dat heeft zo'n twee jaar geduurd. Later kreeg ik die ruimte wel.
Thanasis Apostolou - kandidaat, misschien verkiesbare plaats:
,,Ja, ik neem die ruimte ook. Over de illegalen, bijvoorbeeld, heb ik frontaal gebotst met de partijleider Felix Rottenberg. Ik heb dat gemerkt, ja. Ik werd niet meer uitgenodigd door de incrowd voor fora, dat soort dingen. Rottenberg heeft de continuïteit van de partij vernietigd, met zijn vernieuwingsdrang.''
Ferd Crone - kandidaat, verkiesbare plaats:
,,Je zit natuurlijk in een fractie, dus je draagt het fractiestandpunt uit, maar het gaat ook om de individuele afweging. Wat vind je er nu zelf van? Wij zijn de enige fractie waarin de afgelopen vier jaar wel eens afwijkend van het fractiestandpunt is gestemd. Alleen Sharon Dijksma werd tot de orde geroepen toen zij een afwijkend standpunt innam over de studiebeurs. Ik heb overigens liever dat de fractie één standpunt inneemt, omdat je positie in het machtsspel dan natuurlijk veel sterker is. Ik was tegen de verzelfstandiging van de Ziektewet, maar toen een aantal randvoorwaarden in de wet werden geregeld en de scherpe kantjes van de nieuwe Ziektewet waren geslepen, kon ik me er in vinden. Ik neem liever een constructieve houding aan. Ik kom uit een gezin van acht kinderen en uit de vakbeweging, dus ik weet dat eendracht macht maakt, maar dat je tegelijkertijd onderling ruzie kunt maken.''
Sharon Dijksma - kandidaat, verkiesbare plaats:
,,Het is niet waar dat ik destijds in het debat over de studiefinanciering niet mocht zeggen wat ik vond. Het gaat er alleen wel om dat we met zoveel mogelijk fractieleden een standpunt delen, want daarin ligt onze kracht. Maar uiteindelijk is het mogelijk een eigen standpunt in te nemen dat daarvan afwijkt. Mits je wel zelf je ruimte neemt, want je moet wel brutaal en eigenzinnig zijn in de politiek. Pronk is een mooi voorbeeld.''
Rob van Gijzel - kandidaat, verkiesbare plaats:
,,De ruimte is er wel, maar je moet er soms wel voor strijden. Die spanning in het eigen team is normaal maar ook wel eens vervelend.''
Peter van Heemst - kandidaat, verkiesbare plaats:
,,Er is altijd ruimte voor een stevige persoonlijk inbreng. Er heerst geen vechtcultuur. Soms is het wel eens zorgelijk hoezeer bepaalde fractiespecialisten een stempel op hun terrein drukken, zoals bij ons Duivesteijn op het gebied van de volkshuisvesting en Oudkerk op Volksgezondheid. Er zouden altijd een paar mensen moeten zijn, die zich in het debat kunnen mengen.''
Arie de Jong - geen kandidaat:
,,Ja, ik kan mij niet heugen dat mij de mond is gesnoerd. Een inbreng heeft slechts een betekenis als die niet confronterend is. De woordvoerder krijgt toch altijd het voordeel van de twijfel.''
John Lilipaly - geen kandidaat:
,,Als aankomend Kamerlid heb je soms wel wat begeleiding nodig. Je ziet soms ook wel eens mensen tussen wal en schip vallen. Ik heb veel gehad aan Frits Niessen en Jan Schaeffer. Toen ik voor het eerst bij de fractie binnenkwam, zei Schaeffer tegen me: mijn naam is Schaeffer en jij gaat hier naast mij zitten, dan kan ik een beetje op je letten. Schaeffer is later een persoonlijke vriend van me geworden. Zelf probeer ik ook juist andere allochtone Kamerleden wat te helpen, ook als die tot andere partijen behoren.''
Saskia Noorman-den Uyl - kandidaat, verkiesbare plaats:
,,Als ik iets wil, komt dat er uiteindelijk wel uit.''
Josephine Verspaget - geen kandidaat:
,,Ik heb in twee gevallen tegen de meerderheid van de fractie in gestemd. Bij het debat over de Golfoorlog en dat over de familie Gümüs. Dat vindt de fractie niet leuk. En het is moeilijk je aan de groep, waar je het meestal mee eens bent, te onttrekken. Maar je wordt daarna niet scheef aangekeken.''
Eisso Woltjer - geen kandidaat:
,,Er is voldoende ruimte voor persoonlijke standpunten, maar of er ook naar wordt geluisterd, is iets anders. Dat is een kwestie van gezag. Dat moet je opbouwen. Er wordt weinig gestemd in de fractie. In Europa stemden we heel vaak. Ik snap wel waarom het in de Kamer minder gebeurd. Je zit in een glazen huis. Als in de fractie verdeeld wordt gestemd, staat morgen in de krant: PvdA verdeeld over... Dat slaat nergens op, want alleen de plenaire stemming telt. Men is daar huiverig voor. Dat begrijp ik wel, maar ik vind het soms jammer dat er zo weinig wordt gestemd, want door te stemmen dwing je elk fractielid individueel een standpunt in te nemen. Je bindt mensen dan aan een standpuntbepaling.''
Jan van Zijl - kandidaat, verkiesbare plaats:
,,Dat heeft zeker te maken met een informele hiërarchie. Zo'n plek in die hiërarchie dwing je ook af. De één wordt na verloop van tijd wat makkelijker gevolgd dan de ander.''
Martin Zijlstra - kandidaat, verkiesbare plaats:
,,Ik heb nooit problemen op dit punt. Het is simpel: als je iets wilt, moet je eerst zorgen dat je een meerderheid in je eigen fractie krijgt en vervolgens in de Tweede Kamer. Dat is een techniek. Een Kamerlid dat vindt dat hij te weinig ruimte krijgt, moet bij zichzelf te rade gaan hoe dat komt.''
Marjet van Zuijlen - kandidaat, verkiesbare plaats:
,,Mensen worden echt met respect behandeld, respect voor afwijkende mening. Met minder sociaal-liberale opvattingen heb ik mij altijd volledig geaccepteerd gevoeld.''
André Rouvoet - kandidaat, verkiesbare plaats:
,,We kennen niet zo'n fractiediscipline. Fractievoorzitter Van Dijke hecht er wel aan dat we het met elkaar eens worden. Een fractie van drie moet niet verdeeld stemmen. We praten dan net zo lang tot we een aanvaardbaar compromis hebben gevonden.''
Ron Meyer - kandidaat, misschien verkiesbare plaats:
,,Onze fractievoorzitter wil van tevoren altijd weten wat we gaan zeggen, omdat zij erop wordt aangesproken als wij dom overkomen. Maar we krijgen alle ruimte van haar en mogen zelf bepalen waar wij ons mee bezighouden''
Jet Nijpels-Hezemans - kandidaat, verkiesbare plaats:
,,Als er gestemd moet worden over onderwerpen als euthanasie mag iedereen dat naar eigen geweten doen. Maar verder geldt: één lijn.''
Koos van den Berg - kandidaat, verkiesbare plaats:
,,Ik krijg als woordvoerder van verschillende portefeuilles alle ruimte. In een kleine fractie moet je elkaar wel vrijlaten, je kunt moeilijk alle details gaan bespreken."
Oussama Cherribi - kandidaat, verkiesbare plaats:
,,Ik ben een sociaal-liberaal, uit de Amsterdamse traditie van de VVD. Ik heb, anders dan sommigen in de fractie vóór het homohuwelijk gestemd. Hoe zou je ook tegen het homohuwelijk kunnen zijn als je in Amsterdam woont?''
Sari van Heemskerck Pillis-Duvekot - geen kandidaat:
,,Ik krijg echt de ruimte. Over een aantal fundamentele dingen ben ik het niet met Frits eens geweest. Bijvoorbeeld bij de uitbreiding van de NAVO. Hij bleek sterk te hangen aan een strikt veiligheidsprincipe, terwijl bij mij het opvullen van het politieke vacuüm in Oost Europa zwaarder woog. Dat had ook te maken met mijn lidmaatschap van de Noordatlantische Assemblee. Ik heb alle ruimte in de fractie gekregen om mijn visie uiteen te zetten. Het gros van de fractie was het met me oneens, maar het werd me niet kwalijk genomen. Het lag voor mij zwaar. Tijdens de toespraak van Frits ben ik maar even achter de groene gordijnen gaan staan, zoals dat vroeger gezegd zou zijn. De ratificatie van het verdrag is na de verkiezingen. Daar ben ik dan gelukkig niet meer bij. Ik heb geen enkele keer mezelf geweld aangedaan.''
Enric Hessing - kandidaat, verkiesbare plaats:
,,Ik zou graag een eenmansfractie zijn! Grapje! Nee, maar in een grote fractie moet je alles delen. Zo had ik graag de Noordatlantische Assemblee gedaan, maar daar waren al twee andere gegadigden voor. Dus kreeg ik de OVSE. Met andere woorden: ik krijg genoeg ruimte, maar soms gaat iets je neus voorbij. Zo ben ik wat de buitenlandse politiek betreft pas de derde in de rij. Eerst komt Bolkestein, dan Weisglas en dan ben ik pas aan de beurt.''
Hans Hoogervorst - kandidaat, verkiesbare plaats:
,,De grondregel is dat in principe het standpunt van de woordvoeder op een bepaald terrein wordt gevolgd. Wij hebben een goed vastgelegd gedachtegoed en dat helpt goed bij het formuleren van een standpunt.''
Henk Kamp - kandidaat, verkiesbare plaats:
,,De weinige ruimte die ik krijg vind ik genoeg. Het gaat niet om mijn persoonlijke mening, daar zit ik niet voor in de Kamer. Soms denk ik wel eens iets anders dan anderen binnen de VVD, dat is gebaseerd op mijn eigen ideologie, maar ik vind dat je je moet schikken in de meerderheid van de fractie.''
Jan Hendrik Klein Molenkamp - kandidaat, verkiesbare plaats:
,,Er ligt een grote verantwoordelijkheid bij de fractiewoordvoerder, die krijgt veel vertrouwen. In de PvdA bestaat juist een praatcultuur, daar moet iedereen het eens zijn voor de woordvoerder wat mag zeggen.''
Wim Passtoors - kandidaat, verkiesbare plaats:
,,Op je eigen onderwerp heb je een heel grote invloed, op andere een wezenlijke invloed. Het gebeurt bij ons heel getrapt. Als je een voorstel hebt, breng je het eerst naar voren in de desbetreffende fractiecommissie en daarna volgt al dan niet bespreking in de fractie. Het is wel zo dat degenen die langer in de fractie zitten, eerder het woord zullen voeren. Maar het is ook wel geweest dat Frits (Bolkestein, red) iets in zijn hoofd had en dat de fractie dat niet wilde en dat het vervolgens niet doorging. Ik zeg niet met welk onderwerp, maar het is zeker gebeurd.''
|
NRC
Webpagina's
9 april 1998
|