Overzicht eerdere
afleveringen
TWEEDE KAMER
STELLINGEN
TWEEDE-KAMERLEDEN
DISCUSSIE
 |
Terug naar overzicht
Ferd Crone (PVDA)
De Tweede Kamer vormt in voldoende mate een afspiegeling van de samenleving
,,Er zitten weliswaar weinig ondernemers in de Kamer, maar het bedrijfsleven is goed georganiseerd en weet de weg naar de Kamerleden. Via VNO/NCW bijvoorbeeld. Als een onderwerp betrekking heeft op de milieuwetgeving _ zoals onlangs het gebruik van kwikthermometers _ dan krijg je talloze brieven van producenten en reparateurs van thermometers. Ze hebben er zelfs geld voor over om een advocaat of een lobbyist in te schakelen. We hebben een toegankelijk parlementair systeem. Er zijn hier meer stukken openbaar dan in bijvoorbeeld Engeland of Frankrijk. Daardoor is het middenveld goed op de hoogte. Maar het middenveld heeft wel aan macht verloren. Belangengroepen moeten met goede argumenten komen om het beleid te beïnvloeden. Werkgevers en werknemers moeten het eerst met elkaar eens zijn voordat ze met een voorstel komen.''
De invloed van lobby-groepen op de besluitvorming in de Tweede Kamer is te groot
,,Ik vind het lobbyen een integraal onderdeel van onze parlementaire democratie, omdat het voor Kamerleden zichtbaar maakt over welke belangen je een beslissing neemt. De lobbygroepen worden pas een last als ze je dwingen je standpunt te wijzigen. Vroeger, in de jaren zeventig, gebeurde dat wel. Dan waren sommige afspraken pas geldig als de vakbonden en de werkgevers ze onderschreven. Belangengroepen moeten nu met meer argumenten komen. Werkgevers en vakbeweging hebben ontdekt dat ze geen automatische invloed meer hebben. Ze moeten het eerst met elkaar eens worden. Vervolgens redeneren Kamerleden: "Als zij het met elkaar eens zijn, kunnen wij het besluit overnemen'.''
Binnen mijn fractie krijg ik voldoende ruimte voor mijn persoonlijke standpunten
,,Je zit natuurlijk in een fractie, dus je draagt het fractiestandpunt uit, maar het gaat ook om de individuele afweging. Wat vind je er nu zelf van? Wij zijn de enige fractie waarin de afgelopen vier jaar wel eens afwijkend van het fractiestandpunt is gestemd. Alleen Sharon Dijksma werd tot de orde geroepen toen zij een afwijkend standpunt innam over de studiebeurs. Ik heb overigens liever dat de fractie één standpunt inneemt, omdat je positie in het machtsspel dan natuurlijk veel sterker is. Ik was tegen de verzelfstandiging van de Ziektewet, maar toen een aantal randvoorwaarden in de wet werden geregeld en de scherpe kantjes van de nieuwe Ziektewet waren geslepen, kon ik me er in vinden. Ik neem liever een constructieve houding aan. Ik kom uit een gezin van acht kinderen en uit de vakbeweging, dus ik weet dat eendracht macht maakt, maar dat je tegelijkertijd onderling ruzie kunt maken.''
Ik ben tevreden met mijn functioneren als Kamerlid
,,Voordat ik kamerlid werd, had ik al een deel van het verkiezingsprogramma geschreven. Vlak na mijn aantreden kwam ik in het formatieteam om te onderhandelen over het milieubeleid en de infrastructuur. Ik kreeg zware woordvoerderschappen en zat al na anderhalf jaar in het fractiebestuur. Ik voelde me gauw thuis met al die verantwoordelijkheden. De partij is ook niet ontevreden, want ik ben van plaats 32 naar plaats twintig op de lijst gegaan.''
Ieder Kamerlid wil ooit bewindsman/-vrouw worden
,,Ik heb jonge kinderen. Op maandag en op vrijdag probeer ik mijn werkbezoeken zo te plannen dat ik op tijd thuis ben. Ik vind dat ik prima op mijn plek ben in de Kamer. Ik proef vertrouwen bij mijn achterban en bij milieu-organisaties om dingen tot stand te brengen.''
|
NRC
Webpagina's
9 april 1998
|
