M E D I A
|
NIEUWSSELECTIE
|
Nurkse vrolijkheid
MARKUS MEULMEESTER
Bekende verhalen en boeken van hem zijn Een dagje naar het strand (1962), Han de Wit gaat in ontwikkelingshulp (1972) en Zwaarmoedige verhalen voor bij de centrale verwarming (1973). Heeresma, die volgend jaar zijn 45-jarige jubileum als auteur viert, schreef ook pornoverhalen in o.a de De hete ijssalon. ,,Geweldige boeken'' over de hormonen en de onderbuik. Zijn verzamelde romans en verhalen Helemaal Heeresma (1997) en Heeresma Helemaal zijn zijn jongste producten. Een aantal boeken werd verfilmd en zijn Dagje naar het strand zelfs twee maal, namelijk in 1970 naar een script van Roman Polanski en in 1984 door Theo van Gogh. Het onderhoud met de schrijver werd in maart opgenomen in Groningen tijdens een bijeenkomst van het literair dispuut Flanor. Hoewel zijn ondervrager Jimmy Rotteveel enige structuur in het gesprek wil brengen weet Heeresma het verloop danig in de war te sturen. Van de hak op de tak, chaotisch en met een tamelijk bekakt accent, zodat grove uitdrukkingen eigenlijk niet zo grof meer klinken. Vragen over zijn persoonlijke levenssfeer breekt hij resoluut af. ,,Dat is privé-terrein.'' ,,En ijdelheid'', zo zegt hij halverwege, ,,is mij vreemd.'' Dat is toch even slikken. Eigenlijk is Heeresma, die in de Noord-Spaanse plaats Santander woont, gestopt met het geven van interviews en lezingen. ,,Ik geef ze nauwelijks meer. Het interview is meer van de maker dan van de geïnterviewde. Hij schift en schrapt het materiaal naar eigen toonzetting. Het heeft weinig met mij te maken. Het interview noem ik buitengewoon geslaagd als er een zo'n groot mogelijke kop boven staat, de titel van het boek juist is en er een leuke foto bij staat.'' Hij is Nederland in 1974 ontvlucht, het systeem beviel niet meer. Geen geloof meer in de ontwikkelingen in deze samenleving. ,,Dat wat ik toen zag, is nu een feit.'' Voor hem is Nederland met zijn 'sofi-nummers' te betuttelend. ,,Je hele hebben en houwen staat zo op een beeldscherm. Je mag niet eens meer 185 kilometer rijden, niet harder dan tachtig, negentig.'' Hij haalde zijn zoon van school omdat hij hem niet wilde laten 'conditioneren'. Dat leidde destijds wel tot een rechtszaak, die hij overigens won. ,,Dat was in de tijd dat het onderwijzend personeel in een spijkerbroek voor de klas ging staan en hun mantelpakje en das thuis liet. De nieuwe vrijheid brak aan.'' Spijt van zijn daad heeft hij niet. ,,Ik ken mijn verantwoordelijkheden en heb hem geoefend en getraind in de werkelijkheid. Mijn zoon spreekt vloeiend Ivriet en bijbels Hebreeuws. Ik heb hem overal mee naar toe genomen, ook naar contractbesprekingen met uitgevers en regisseurs. En als we thuis kwamen overhoorde ik hem.'' Zijn zakelijke en stroeve relaties met zijn uitgevers en de anekdotes die daarover de ronde doen passeren eveneens de revue: Bert Bakker die hij op zijn sterfbed - toen deze 'aan het hemelen' was - nog een half flesje jenever heeft voorgeschoten; uitgeverij Contact, Scheffer, de Arbeiderspers die hem in de redactie van het tijdschrift Maatstaf wilde opnemen, Thomas Rap én Rob van Gennep die hem niet in de ziektekostenverzekering van zijn personeel wilde opnemen. Heeresma onthult dat zijn door hem al vele malen aangekondigde boek Kaddisj voor een buurt, waarvan het manuscript in een kluis in Parijs ligt opgeslagen (én fotokopieën in Italië, Spanje en Japan), niet in Nederland zal worden uitgegeven. Hoewel hij er wel een fragment uit voorleest blijft hij vaag over zijn motieven. Verder dan ,,geen trek te hebben in onbegrip en misverstand'' en dat het ,,een schuldvraag op zou kunnen roepen terwijl de mensen onschuldig zijn'' komt hij niet. Ondanks dat blijft het toch een vermakelijke uitzending.
De avonden, woensdag, Radio 5, 22.02-24.00u.
|
NRC Webpagina's
27 JULI 1998
Voor wie niet kijken kan
|
Bovenkant pagina |