|
|
HERENIGING
Eerst aan elkaar wennen
Hans van der Lugt
VEEL IS NIET WAT HET LIJKT in Korea. Wie de grenspost Panmunjon bezoekt, ziet Noord- en Zuid-Koreaanse soldaten die elkaar op enkele meters afstand dreigend in de ogen kijken. Maar deze show voeren ze alleen op als er bezoekers zijn. Eerder dit jaar verschenen verhalen in de Zuid-Koreaanse pers dat ze 's avonds kameraadschappelijk bier en pizza met elkaar delen. Zuid-Korea is gedurende een halve eeuw Koude Oorlog beschouwd als een voorpost van het 'vrije Westen'. Maar buitenlandse zakenlieden liepen ook hier jarenlang tegen een regelrechte planeconomie aan. Pas na de Azië-crisis van 1997 en de hieropvolgende inmenging van het IMF kwam daar verandering in. Ook politiek was het land niet vrij. Zuid-Korea kende decennia lang een meedogenloze militaire dictatuur. De eerste vrij gekozen burgerpresident had halverwege de jaren negentig de dubieuze eer om de langstzittende politieke gevangene ter wereld vrij te mogen laten. Noord-Korea heeft het stempel van een communistisch land, maar heeft meer weg van een koninkrijk. De Zuid-Koreaanse regering omschrijft de noordelijke maatschappijordening als volgt: ,,De bevolking is geclassificeerd in drie rangen en 51 categorieën, afhankelijk van ideologische oriëntatie.'' Die formulering doet eerder denken aan de ordening in vroeger eeuwen van hovelingen aan het Chinese keizerlijke hof, dan aan een communistische heilstaat. De overheid gebruikt deze rangorde om onderscheid te maken bij ,,rantsoenering van levensbenodigdheden en toewijzing van werk en woonruimte''. Alles in Noord-Korea is een geschenk van de 'Geliefde Leider'. Zoals de Noord-Koreaanse vluchteling An Hyok eerder dit jaar tegen deze krant zei: ,,Hij kon voor dingen zorgen die mijn ouders me blijkbaar niet konden geven. Daardoor was hij voor mij als kind belangrijker dan mijn eigen ouders.'' Ondanks alle retoriek was de hereniging van beide landen op het hoogtepunt van de Koude Oorlog-vijandigheid in de jaren zestig wellicht gemakkelijker geweest dan nu. Toen werden beide landen totalitair bestuurd en ontliepen ze elkaar niet veel qua economische ontwikkeling. Nu zijn Noord- en Zuid-Korea mijlenver uiteen gegroeid. De Zuid-Koreaanse bevolking heeft ten koste van veel bloedvergieten - honderden, wellicht duizenden doden bij de opstand in Kwangju in 1980 bijvoorbeeld - een democratisch bestuur en een economisch wonder tot stand weten te brengen. De baanbrekende top tussen de Zuid-Koreaanse president Kim Dae-jung en de Noord-Koreaanse leider Kim Jong-il in juni dit jaar was ondanks alle vreugde dan ook niet meer dan een begin, volgens sommigen zelfs juist het begin van problemen. President Kim realiseert zich maar al te goed dat de verwachtingen niet al te hoog mogen worden gespannen. ,,We moeten eerst leren vreedzaam naast elkaar te leven'', zei hij vorige week tijdens een persconferentie in zijn presidentiële paleis. Als men aan elkaar gewend is geraakt, kan hereniging wellicht ,,over tien of twintig jaar'' volgen. Om vertrouwen te wekken bij het noordelijke regime heeft Kim Dae-jung zijn buren beloofd dat het zuiden niet zal proberen een omwenteling in het noorden teweeg te brengen, noch zal proberen het noorden militair te annexeren. Maar samenleven, het uitbreiden van contacten en het naar elkaar toe groeien, houdt onvermijdelijk in dat er een verandering zal plaatshebben in het noorden. Dat is de grote paradox van Kims strooien met liefdadigheid naar het noorden, het zogenoemde 'zonneschijnbeleid'. Het is onvoorstelbaar dat de Zuid-Koreanen de zwaar bevochte vrijheid van militaire dictatuur zullen inruilen voor een bestaan in een semi-religieuze kluizenaarsstaat. Het is al even onvoorstelbaar dat Noord-Koreanen die hebben geroken aan de welvaart en vrijheid van het zuiden, hun eigen land nog als heilstaat zien. Noord-Korea realiseert zich dat het systeem gevaar loopt als de grenzen op een kier opengaan. De staatsmedia hebben Kim Dae-jungs beleid in het verleden om die reden verketterd. Maar het land kan zich de luxe niet meer veroorloven om de voors en tegens van de aangeboden hulp rustig af te wegen. Volgens de Zuid-Koreaanse regering krimpt de noordelijke economie al sinds 1990, ofwel sinds het einde van de Koude Oorlog toen de communistische bondgenoten van Noord-Korea verdwenen en daarmee ook de economische steun. ,,De paradoxen in het systeem en de zware economische moeilijkheden creëren ernstige sociale problemen als misdaad en antisociaal gedrag'', schrijft de Zuid-Koreaanse regering over de situatie in het noorden. ,,Recentelijk verspreidt zich een gevoel van onveiligheid ten aanzien van het systeem, gepaard gaande met een groei van het aantal vluchtelingen uit de hogere segmenten van de Noord-Koreaanse regering.'' Voor Kim Dae-jung geldt het adagium van president Clinton bij diens eerste verkiezingsoverwinning acht jaar geleden: It's the economy, stupid. Bij een bezoek aan het hoofdkantoor van het bedrijf Hyundai Asan in Seoul lijkt het alsof Kim Dae-jung de uitvoering van zijn toenaderingsbeleid tot het noorden heeft uitbesteed aan het bedrijfsleven. De stokoude oprichter en honorary chairman Chung Ju-yung van Hyundai, het grootste conglomeraat van het land, is geboren en getogen in het huidige Noord-Korea. Al sinds de jaren tachtig probeert Chung een voet tussen de deur te krijgen bij het Noord-Koreaanse regime. Sinds enige jaren staat de deur van Kim Jong-il in het noorden altijd open voor Chung. Hyundai Asan is binnen het conglomeraat verantwoordelijk voor de commerciële contacten met Noord-Korea. Sinds november 1998 organiseert het bedrijf cruises voor Zuid-Koreanen naar het Kumgang-gebergte in het noorden. Daar hebben tot dusver al driehonderdduizend mensen van gebruikgemaakt. Maar de plannen van Chung reiken veel verder. Wie vanuit de eerder genoemde bestandsplaats Panmunjon aan de zwaarbewaakte grens naar het noorden kijkt, ziet een vlakte waarin een gigantische Noord-Koreaanse vlag staat. Hyundai is in augustus met het noorden overeengekomen om op die plek een industriegebied uit de grond te stampen, al moeten er nog enkele technische details worden uitgewerkt voordat de eerste schop de grond ingaat. Zo kent het noorden bijvoorbeeld niet het concept 'privé-bezit'. Het project is wellicht het best te omschrijven als landaanwinning. Noord en zuid werken aan herstel van een spoorlijn tussen beide landen. De eerste stop van deze trein zal in het nieuwe industriegebied zijn. Over acht jaar moeten er 160.000 man werkzaam zijn, in dienst van 1.200 bedrijven uit binnen- en buitenland die allemaal willen profiteren van de lage lonen in Noord-Korea. Volgens een directielid van Hyundai Asan liggen die op een vijfde van het niveau van het zuiden. Noord-Korea zal zorgen voor een omheining om het terrein en ,,de selectie van personeel dat er mag werken voor zijn rekening nemen'', aldus de woordvoerder. Zo breidt Zuid-Korea zich langzaam uit op noordelijk gebied. Als het deze ontwikkeling goed weet te doseren, kunnen de gigantische problemen worden voorkomen die optraden bij de Duitse eenwording. Daar hield op een dag de Duitse Democratische Republiek plotseling op te bestaan om deel te worden van het herenigde Duitsland. De rekening daarvoor is na tien jaar nog steeds niet betaald. Natuurlijk kosten ook de Hyundai-plannen handenvol geld en voorlopig is Hyundai Asan een verliesgevend bedrijf. Bij de reizen naar het Kumgang-gebergte hoopt men quitte te spelen bij de vijfhonderdduizendste toerist in 2002. Intussen vragen de plannen voor het industriegebied alweer geld: tot 2008 zijn de investeringen geraamd op ruim 10 miljard gulden. Maar het in stand houden van Noord-Korea voorkomt gefrustreerde verlangens en sociale onrust als in de voormalige DDR. Het 'zonneschijnbeleid' van Kim Dae-jung is dus vooraleer gericht op verstérking van beide staten, niet op hereniging. De twee moeten naar elkaar toe groeien en aan elkaar wennen. Het liefst in een losse confederatie. Kim zei bij terugkeer uit Pyongyang in juni dat noordelijk leider Kim Jong-il daar in principe mee heeft ingestemd. Kim Dae-jung vermijdt opmerkingen over de situatie van de rechten van de mens in het noorden en het politieke systeem, om Kim Jong-il niet tegen zich in het harnas te jagen. Ook vraagt hij andere landen betrekkingen met het noorden aan te gaan zonder voorwaarden te stellen over de rechten van de mens. Als beide landen aan elkaar gewend zijn, kunnen ze volgens Kim Dae-jung overstappen van een losse confederatie naar een federatie. Nog voor hij president werd schreef Kim in zijn boek 'Three-Stage' Approach to Korean Reunification dat die overgang na zo'n tien jaar vreedzame samenwerking kan plaatshebben. De eerste voorwaarde is dat ,,Noord-Korea democratiseert door een meerpartijenstelsel en vrije verkiezingen te accepteren''. Over een jaar of tien is Kim Jong-il de 65 gepasseerd, maar het is de vraag of een leider die zijn hele leven als god is behandeld, genoegen neemt met AOW. De Koreanen gaan spannende jaren tegemoet.
|
NRC Webpagina's 26 oktober 2000
|
Bovenkant pagina |
|