NIEUWS  TEGENSPRAAK  SUPPLEMENT  DOSSIERS  ARCHIEF  ADVERTENTIES   SERVICE


Voedingsschandalen

Nieuws

Coca-Cola
Dioxinen
Varkenspest
Brinta
Raak Cassis
Olvarit
Frisolac
Heineken
Rauwe eieren
Perrier
Iglo
Planta

Links

Oorlog in de varkenssector

Door onze redacteuren KOEN GREVEN en KEES VERSTEEGH

Vandaag kondigde minister Van Aartsen nieuwe maatregelen aan om de varkenspest het hoofd te bieden. Alle varkens in de buurt van met varkenspest besmette houderijen worden uit voorzorg gedood. Defensie staat klaar om soldaten en materieel in te zetten.

DEN HAAG, 10 APRIL 1997. “Ik beschouw de strijd tegen de varkenspest als een soort oorlogsvoering met het virus als onberekenbare tegenstander”, zegt minister Van Aartsen. “De strijd gaat vandaag de tweede fase in. Ze zal in het meest optimistische scenario niet voor september van dit jaar worden gewonnen.”

Alsof de minister van Landbouw schrikt van zijn eigen oorlogszuchtige taal, schakelt hij meteen over op een veel persoonlijker beschouwing van de pest-plaag die hem nu al twee maanden vrijwel continu bezighoudt. In zijn werkkamer van het ministerie aan de Bezuidenhoutseweg te Den Haag zegt hij zachtjes: “Begrijp me goed, ik "ijs" langzamerhand van die varkenspest. Het is een afschuwelijk gezicht als je in het getroffen gebied rondloopt of rondrijdt, zoals ik vele malen gedaan heb. Boeren verwijten me wel eens geen oog te hebben voor de emoties op de varkenshouderij. "De minister is gek. Die heeft niet eens een kat thuis", zeggen ze dan. "Wat weet hij nou van beesten?" Maar ook ik vind het verschrikkelijk dat honderdduizenden varkens afgemaakt moeten worden. We hebben echter geen alternatief. Anders loopt de varkenspest volstrekt uit de klauwen.”

Het is de avond voordat de minister zijn nieuwste plannen bekend zal maken om de pest de baas te worden. Ruim zeshonderdduizend varkens zijn inmiddels afgemaakt en 89 varkensbedrijven zijn besmet verklaard. Vanavond kunnen deze getallen al weer achterhaald zijn. Bij het begin van de pest in februari hoopte de minister dat het einde van de pest in maart zicht was, maar het tegendeel bleek het geval. Het virus breidde zich niet alleen uit naar nieuwe gebieden, de plaag kreeg er een dimensie bij door de besmetting via varkenssperma, iets waarmee wetenschappers volgens Van Aartsen niet eerder rekening hadden gehouden. Hij vond het reden zwaarder geschut in te zetten.

Chirurgie en containment - alweer zo"n (koude) oorlogsterm - zijn de twee sleutelbegrippen die de minister hierbij hanteert. “Alle 1675 bedrijven die sperma hebben betrokken van het station in Wanroij worden collectief verdacht verklaard”, aldus Van Aartsen. Er zullen op alle varkens van alle bedrijven bloedproeven worden gedaan - de chirurgie. Mocht er vervolgens maar “een begin van een vermoeden van een besmetting” opduiken, dan worden alle varkens van het betreffende bedrijf preventief vernietigd - de containment oftewel indamming. Om het oorlogsbeeld compleet te maken zullen hierbij soldaten en materieel van de collega van Defensie worden ingezet, meldt Van Aartsen.

Dit deel van de nieuwe bestrijdingsstrategie is een gevolg van het wangedrag van het KI-station in Wanroij. Op het Brabantse bedrijf, dat sperma levert voor kunstmatige inseminatie, werd half maart varkenspest geconstateerd. Een Limburgs bedrijf in Nederweert liep door een inseminatie het virus op, terwijl wetenschappers eerder uitgesloten achtten dat een dergelijke besmetting mogelijk was. “De besmetting via sperma in Nederweert staat vast”, aldus Van Aartsen. Bij de overige klanten van het KI-station leeft men nog in onzekerheid of de tijdbom in de vorm van het besmette sperma zal ontploffen.

De minister toont zich ontzet over de handelswijze van het station. “Het was daar één grote rommel. Er is uiterst onvoorzichtig te werk gegaan. Nadat de besmetting was geconstateerd heeft het station geprobeerd om illegaal het sperma via een ander station op de markt te brengen. Ik heb het openbaar ministerie verzocht een strafrechtelijke procedure tegen het station te starten.” Van Aartsen vindt ook dat het Landbouwschap in zijn controle op het station in Wanroij heeft gefaald. “Ook daar zal naar gekeken worden.”

Ondanks zijn boosheid kiest de minister zijn doelwitten zorgvuldig. Voor een algeheel fokverbod van varkens waarover de afgelopen dagen druk is gespeculeerd, vindt hij het nog te vroeg. “Dat is pas aan de orde als de varkenspest zich over het hele land verspreidt en de crisis langer duurt. Je raakt daar namelijk aan sterke emoties. Het is dat de beeldspraak niet deugt, maar anders zou ik zeggen: Als je aan het sperma komt, raak je een open zenuw van de fokker. Je moet ingrijpen in de varkenscyclus van de fokkerij.”

Ook een algehele vaccinatie tegen varkenspest wijst de minister af. “Er is een heel nieuw vaccin, dat eerst door de gebruikelijke testperiodes heen moet. Het al langer bestaande vaccin heeft het grote nadeel dat het in feite een afgezwakt pestvirus is dat anti-stoffen moet opwekken. Als je dat vaccin gebruikt, is het heel moeilijk nog onderscheid te maken tussen werkelijk zieke dieren en gevaccineerde dieren. Het resultaat is dat het buitenland, dat wil weten met voor produkt ze te maken heeft, een exportverbod voor al het Nederlandse varkensvlees afkondigt. Daar zit niemand op te wachten.”

De minister reageert enigszins getergd als hem het verwijt wordt voorgehouden dat hij zich vanaf 4 februari, toen het eerste geval van varkenspest zich openbaarde, op de ernst van de situatie heeft verkeken. De minister zou te veel, te vaak en te graag hebben geroepen dat hij de situatie onder controle had. Ook zou hij te lang het gebruik van sperma hebben getolereerd.

Van Aartsen: “Ik heb nooit termen als "onder controle hebben" in de mond genomen. Dat hebben altijd anderen gedaan. Ik heb altijd beklemtoond dat het van groot belang is een zo goed mogelijk bestrijdingsapparaat op te bouwen. "Maar er waren geen draaiboeken", zeggen de mensen dan. Natuurlijk waren die er, maar elke situatie is weer anders, weet ik inmiddels uit mijn tijd als secretaris-generaal bij Binnenlandse zaken. Daar ben ik door de wol geverfd geraakt in crisissitiuaties en rampen, zoals de boerenopstanden in Brabant, de rellen rond Dodewaard, de gevolgen van de kernramp in Tsjernobyl. Toen heb ik geleerd dat we ons moeten hoeden voor draaiboeken-fetisjisme.”

“En wat betreft die sperma”, davert de minister door: “Als in de handboeken had gestaan dat varkenspest zeker via sperma kon worden overgebracht, had ik het gebruik daarvan onmiddellijk verboden. Maar dat schreven die handboeken niet, en trouwens ook de Europese regelgevers niet.”

Tijdens de twee maanden dat de pest nu duurt, is Van Aartsen ook positieve kanten van de varkenspest gaan ontdekken. “Ik zie nog weinig signalen dat buitenlandse concurrentie het vacuüm aan het vullen is dat op de exportmarkt is ontstaan. Dat betekent dat we een sterke sector hebben die, als het probleem eenmaal onder controle is, in staat moet zijn de verliezen goed te maken.” Ook kan de varkenspest de discussie over de toekomst van de varkenssector versnellen. “Wat leren we hier nou uit? Dat moet de sector zich gaan afvragen, al speelt de politiek daar natuurlijk ook een rol bij.”

De minister doet zelf alvast een voorzet. “Nederland is wat betreft de varkens inmiddels de kraamkamer van Europa aan het worden. Werden er halverwege de jaren tachtig nog 700.000 biggen gefokt en geëxporteerd, nu zijn dat er al 3,8 miljoen. Wil je die lijn doortrekken, dan ontkom je ook niet aan het welzijnsvraagstuk voor varkens. Daar moet meer aandacht voor komen. Dat zeg ik trouwens niet alleen als minister, maar ook als consument. Consequentie is dat de intensievere varkenshouderij extensiever moet worden. Als ik nu door de Peel rijd met al die boerderijen die kop aan staart staan, dan denk ik: dat kan op den duur niet meer.”

NRC Webpagina's
6 januari 2000

    Bovenkant pagina

NRC Webpagina's © NRC Handelsblad