Planta

Wanneer kwam de zaak in het nieuws?
Zomer 1960

Wat zat waarin?
Aan Planta van Unilever, de eerste plantaardige margarine, werd zeven jaar nadat het op de markt was gebracht, de "anti-spat emulgator ME 18" toegevoegd. De stof had in dierproeven van het Rijksinstituut voor de Volksgezondheid niet tot ziekteverschijnselen geleid. (Wel was twee jaar eerder dezelfde ziekte in Duitsland opgetreden nadat een Unilever-dochter daar dezelfde stof in margarine op de markt had gebracht. De Duitsers dachten aanvankelijk aan een besmettelijke virusziekte, die om onverklaarbare redenen bij de grenzen ophield.)

Wat waren de gevolgen?
Ruim 100.000 Nederlanders kregen last van "blaasjesziekte": een huiduitslag die leek op netelroos en koorts veroorzaakte. Vier mensen overleden; honderden werden opgenomen in ziekenhuizen.
Twee weken na de ontdekking werd via de radio een verkoopverbod afgekondigd voor alle 55 margarinemerken van Unilever, waaroner ook Zeeuws Meisje en Blue Band, omdat door gebruik van dezelfde ketels ook daarin ME-18 was terechtgekomen. Enkele uren na de waarschuwing was de roomboter overal uitverkocht.
Unilever keerde aan ruim 8.000 personen in totaal 1,25 miljoen gulden smartengeld uit, waarbij het bedrijf benadrukte dat dit geen schuldbekentenis inhield. Unilever leed een direct verlies van 7,5 miljoen gulden. Planta werd later Brio genoemd. Dit bestaat nog steeds.

Over deze affaire zijn geen artikelen in elektronische vorm beschikbaar.