|
Coca-Cola
|
Wees gewaarschuwd voor de kip
AMSTERDAM, 28 JULI. 'Let op, dit product bevat ziekmakende bacteriën.' Per 1 mei 2001 wil minister Borst (Volksgezondheid) deze waarschuwing laten plakken op alle besmette kippen, hanen, ganzen, kalkoenen en parelhoenders in supermarkten en slagerijen en bij poeliers. 'Zorg dat deze bacteriën niet via de verpakking, uw handen, of het keukengerei in uw eten terechtkomen', vervolgt de wettelijke waarschuwingstekst. 'Maak het vlees door en door gaar om de bacteriën uit te schakelen.' Wie kip koopt (vorig jaar gemiddeld per Nederlander 21,4 kilo), koopt vaak ook salmonella of campylobacter. Bij een test van de Consumentenbond in juni bleek 13 procent van de 200 onderzochte kipfilets besmet met salmonella, en 42 procent met campylobacter. Salmonella, indien niet uitgeschakeld, leidt na consumptie al snel tot diarree en overgeven. De campylobacter komt na een paar dagen tot wasdom in ernstige diarree. Vooral yopi's (the young, old, pregênant en immunocompromised) lopen een klein risico op complicaties, zoals de ziekte van Guillain Barré, een spierziekte. In 1997 beloofde de pluimveesector om met een 'plan van aanpak' kip- met-salmonella in drie jaar terug te brengen tot tien procent, en kip- met-campylobacter tot vijftien procent. Hoewel de percentages sindsdien fors gedaald zijn, zijn die doelen niet gehaald. "Het is een lange productie cyclus", zegt Ewa Walters van de productschappen Vee, Vlees en Eieren. "Alle schakels nemen hun maatregelen. Dat kost tijd." Sommige poeliers zien de sticker als straf. J. Sier uit Amsterdam wil liever een keurmerk voor goed vlees. "Ik laat mijn vlees regelmatig controleren en er is nog nooit een bacterie aangetroffen." C.G. Staarthof, 'de Osdorpse poelier Cor Kip', vindt een sticker wel een goede zaak. "Een soort garantiebewijs of handleiding. Als ik bij de Hema een zaklamp koop zit dat er ook bij." Staarthof begint deze week eigener beweging met het plakken van stickers. Maar: "Je moet niet iemand zijn mond dichtnaaien en er dan een kip in stoppen", dus hij heeft de tekst van het ministerie wel wat verzacht. 'Let op: Dit product kan, indien niet door en door gegaard is, uw gezondheid schaden', luidt zijn eerste zin. Staarthof: "Mijn eigen klanten wil ik dit al meegeven. Kijk, het is weer barbecuetijd. Mensen komen kip halen en gaan naar de camping. Dan ligt het een uur in de auto, nog een half uurtje naast de barbecue. En dan komen ze terug en krijgt de poelier het om zijn oren." En ach, zo'n waarschuwing. "Bij sigaretten staat het er ook op en niemand stoort zich er meer aan." Waarom blijft het kwakkelen met de Nederlandse kip? De Zweedse importkip Kronfgel bleek in de Consumentenbond-test vrijwel bacterievrij. Dit weer in tegenstelling tot de Franse importkip Loué, een ware bacterievrijplaats. De controle is in Nederland grotendeels in handen van de pluimveesector zelf. Sinds het plan van aanpak nemen controleurs overal in de productieketen (fokkerij, broederij, slachterij) monsters van bloed, mest, dons of nekvel van kuiken of kip. Maar wordt een bacterie aangetroffen, dan gaat het vlees gewoon door naar slachterij en winkel. Het enige gevolg zijn extra hygiënemaatregelen op de plaats van herkomst en in de slachterij. Vernietiging van de besmette kip is volgens woordvoerder Ewa Walters van de productschappen Vee, Vlees en Eieren niet haalbaar. "Denemarken bijvoorbeeld doet dat wel, maar daar is subsidie, onder meer van de Europese Unie." Ook Zweden heeft op die manier de bacteriën succesvol bestreden. Bij toetreding tot de Europese Unie heeft Zweden bovendien bedongen dat het importkip mag controleren en eventueel weren. Een andere mogelijkheid is het ontsmetten van de karkassen in de slachterij, zoals in de Verenigde Staten gebruikelijk is, bijvoorbeeld met gechloreerd water of een melkzuuroplossing. Dit is in de Europese Unie echter niet toegestaan, omdat men vreest dat pluimveebedrijven zich dan weinig meer zullen aantrekken van hygiëne. Volgens Bert Urlings van het Instituut voor Dierhouderij en Diergezondheid in Lelystad zou het niettemin een goede toevoeging op de hygiënemaatregelen kunnen zijn. " Zo kun je besmetting een heel eind voorkomen." Met name tegen de campylobacter is volgens Urlings verder nog weinig te beginnen. Intussen lijkt de consument zich weinig aan te trekken van de risico's van kip. De kipconsumptie is al jaren stabiel, een lichte daling na de dioxinecrisis daargelaten. Zelfs Bram Vingerling uit Zwijndrecht, die vermoedelijk door het eten van verkeerde kip lijdt aan de ziekte van Guillain Barré, eet het nog minstens één keer per week. "Ik heb niets tegen kip. Maar er is veel te weinig voorlichting. Zelfs in kookprogramma's op de televisie doen ze het soms fout. Kip, rundvlees, groenten, alles op dezelfde plank." Vingerling vindt de waarschuwingssticker van Borst daarom heel goed. De Nederlandse Organisatie van Pluimveehouders vindt de tekst te ver gaan. " Met zo'n sticker laat de consument het vlees liggen", zegt algemeen secretaris Andries May. "Dat betekent dat je een overigens goed product kunt weggooien." Hij vraagt zich ook af of de invoering technisch mogelijk is. Komt de sticker alleen op besmet vlees, dan moet al het vlees tussen slachterij en winkel worden getest. Het vinden van de campylobacter kost op dit moment nog ten minste twee dagen. Dan is het vlees doorgaans al op. De sector voelt zelf meer voor een 'bewaar- en bereidingsadvies' op alle pluimveevlees. Maar voor de Consumentenbond is dat weer te mager. "Wij willen geen receptetiket."
|
NRC Webpagina's |
Bovenkant pagina |
|