afleveringen BIJLMERRAMP RECONSTRUCTIE VRAGEN ENQUÊTECOMMISSIE BEVOEGDHEDEN VOORZITTER EERDERE ENQUÊTES ONDERZOEK VRACHT OPVANG SPEURNEUZEN OOGGETUIGE ONDERZOEKEN LINKS | Iedereen is gek, behalve ik Herman Staal
Ze strooien met specialistische termen. Ze pakken er dikke Amerikaanse boeken bij. Ze leven tussen stapels rapporten. Uren kunnen ze praten over de speurtochten die ze hebben ondernomen. ,,Dat is lang nog niet alles'', wijst Bertholet naar de georganiseerde chaos in zijn woonkamer. ,,Boven heb ik nog dertig ordners.'' Ze worden wel de 'Bijlmerspeurders' genoemd. Een groepje van nog geen tien fanatiekelingen die al jaren op zoek zijn naar feiten en gevolgen van het neerstorten van Boeing 747-258F4 AXG. Ze kwamen de afgelopen jaren geregeld in het nieuws. Zoals Hans de Jonge van de Stichting Visie met een onderzoek naar het uraniumgehalte in de ontlasting van enkele betrokkenen bij de ramp. ,,De Bijlmerramp was een nucleaire ramp'', zegt De Jonge in zijn huiskamer in een voormalig kraakpand in Amsterdam-Oudwest. ,,En in Nederland heeft men totaal geen ervaring met het omgaan met nucleaire rampen.'' De Jonge heeft veel kennis opgedaan uit studies naar het Golfsyndroom, waarmee Amerikaanse veteranen uit de Golfoorlog zouden kampen. In munitie en tanks was verarmd uranium verwerkt dat tijdens de oorlog vrijgekomen zou zijn. De Jonge, HTS'er en niet-afgestudeerd geneeskundige, werkte sinds begin jaren negentig als vrijwilliger bij LAKA, het Landelijk Antikernenergie Archief. ,,Ik heb me altijd al zorgen gemaakt over de ontwikkeling van de nucleaire industrie.'' Hij bestudeerde ook alles over de gevolgen van amalgaamvullingen in kiezen, waar hij zelf ook erg last van zegt te hebben gehad. Hij maakte de overstap naar de stichting Visie, omdat ze ,,bij LAKA helemaal niets bereikten''. De Jonge is alle ontkenningen meer dan beu over de gevolgen van het verbranden van het uranium dat in het toestel zat. Als gevolg van het vrijkomen van uranium tijdens de Bijlmerramp, zo berekende TNO, is er kans op een extra kankergeval per 100 miljoen mensen. De Jonge gelooft er niets van: ,,Ik erger me geweldig aan het infantiele gedrag van alle Nederlandse instituten. Zelfs in chemische handboeken uit de jaren vijftig staat dat verarmd uranium boven de 300 graden verbrandt. Latere Amerikaanse studies toonden aan dat het inhaleren van uraniumdeeltjes gevaarlijk is. En hier, in Nederland, wordt het gevaar niet onderkend.'' Vier mensen die bij de ramp betrokken waren, zijn volgens De Jonge aan kanker overleden, maar daaraan wordt niet serieus aandacht besteed. Een paar seconden is hij stil. ,,Iedereen is gek, behalve ik.'' Bertholet is de voorman van de Onderzoeksgroep Vliegramp Bijlmermeer. ,,Een dagtaak'', zegt Bertholet. Hij noemt zich kunstenaar/vakfotograaf en paranormaal begaafd. De laatste jaren heeft hij geen kunstwerk meer gemaakt. Hij raakte bij de ramp betrokken omdat zijn zoon en een vriend foto's van het toestel hadden gemaakt op 4 oktober toen het 's middags op Schiphol landde. De foto's stuurde hij naar de Rijksluchtvaartdienst (RLD) omdat hij corrosieplekken op motor 3 van het toestel meende te zien. De RLD maakte hem erop attent dat de motor wellicht scheef hing en vroeg of hij de negatieven wilde afstaan. ,,Dat heb ik gelukkig nooit gedaan. Want dan waren ze ongetwijfeld verdwenen.'' De RLD kwam al snel op zijn bewering terug. Maar Bertholet toonde, volgens hemzelf, samen met dr. P. Latour, voormalig TNO-medewerker, aan dat de motor wel degelijk drie graden scheef stond. TNO concludeerde echter na uitgebreid onderzoek dat er sprake was van ,,optische illusie''. Bertholet is van zijn gelijk overtuigd. Sindsdien laat de Bijlmerramp hem niet meer los. Bij Hans de Jonge gaat de telefoon. Het gesprek dat volgt gaat al snel over de parlementaire enquête. En dan over Bertholet. ,,Ach, die Louis Bertholet brengt alles maar in omloop'', zegt De Jonge. ,,Nou zit hij weer achter dat mycoplasma aan. Dat hele verhaal is onzin.'' De Bijlmerspeurders werkten de afgelopen jaren veel samen, maar het ging ook wel eens mis. Bertholet en De Jonge raakten met elkaar gebrouilleerd na het ontlastingsonderzoek dat ze bij het Zweedse bedrijf Biospectron lieten doen, nadat Nederlandse instituten weigerden mee te werken. Er werden verhoogde concentraties uranium gemeten in twee van de veertien onderzochte monsters, afkomstig van tien omwonenden van de Bijlmerramp plus vier brandweerlieden. Maar ook het poepmonster van een referentiepersoon vertoonde een lichte verhoging. Bertholet vond dat de resultaten nog niet naar buiten moesten, omdat ze nog geen sluitend bewijs vormden voor de besmetting met uranium. Zo was er niet naar de medicijnen en voedingsgewoonten gevraagd van de personen, iets dat invloed kon hebben op de resultaten. ,,Ik ben overtuigd dat verarmd-uraniumoxidedeeltjes zijn vrijgekomen, maar dit onderzoek was niet meer dan een indicatie.'' De Jonge stapte echter naar het NOS-Journaal, dat het nieuws groot naar buiten bracht. De kritiek op De Jonge barstte daarna los. Hij had onnodig paniek gezaaid in de Bijlmer. ,,Ik heb er geen nacht van wakker gelegen. Het is altijd vies als je in iemands poep roert. Ik ben helemaal afgebrand, maar dat zegt meer over de media dan over de boodschapper.'' Hij erkent dat er geen verregaande conclusies uit het onderzoek konden worden getrokken. ,,Ik heb geen enkele publiciteitsbehoefte. Maar ik wilde iets op gang brengen. Het ging mij om de mensen die besmet zijn geraakt.'' Er volgde een spoeddebat in de Tweede Kamer. ,,Dat heeft een essentiele duw gegeven in richting van de parlementaire enquête.'' Bertholet schrok toen hij het bewuste onderwerp in het NOS-Journaal zag. ,,Ik viel van mijn stoel. Mensen in de Bijlmer wilden van hun flat springen.'' Bertholet en De Jonge spreken sindsdien weinig meer met elkaar. De Jonge: ,,Onze ruzie is natuurlijk koren op de molen van de overheid. Als we meer samenwerkten dan zouden we veel meer kunnen bereiken.'' Hij wil eigenlijk niet meer over de ruzie praten. Even later kan hij zich toch niet inhouden. ,,Hij is ingehuurd om te zieken'', zegt hij over Bertholet. Bertholet houdt zich nu bezig met onderzoek naar de gevolgen voor de werknemers van stortplaats Nauerna, waar wrakstukken van de Boeing zijn gestort. Bij een KLM-medewerker die werkte in hangar 8 is een mycoplasma-infectie aangetroffen. Hoewel dit niet zeldzaam is, wijst dit er volgens Bertholet op dat het vliegtuig biologische wapens heeft vervoerd en dat het niet ondenkbaar is dat medewerkers van de stortplaats besmet zijn geraakt. De mycoplasma-infectie duidt volgens hem op een bacterie met infectueuze eigenschappen. ,,Dit kan zich dus als een olievlek gaan verspreiden.'' Hij wil over zijn onderzoek nog niet al te veel zeggen. ,,Maar dit gaat van grote betekenis worden, misschien wel voor de gehele medische wetenschap.'' Bertholet en De Jonge zijn in voorgesprekken door de parlementaire enquête- commissie gehoord. Ze gaan er vanuit dat ze een uitnodiging voor een openbaar verhoor zullen krijgen. ,,Dat lijkt me toch wel. Ik heb zoveel kennis van zaken'', zegt Bertholet. De Jonge wil de enquête zo veel mogelijk volgen, wat niet makkelijk zal zijn want hij is net begonnen in een nieuwe baan als IT-specialist. ,,We zullen de commissie af en toe moeten bijsturen. Er zit niet echt veel deskundigheid in.''
| NRCWebpagina's |
Bovenkant pagina |