Fiscale regelingen
Behalve AOW en aanvullende pensioenen zijn er meer
oudedagsvoorzieningen die door de overheid worden gestimuleerd door ze
fiscaal aantrekkelijk te maken. Enkele voorbeelden:
Lijfrenten Systeem waarbij er periodieke uitkeringen worden gedaan
zolang een of meer personen in leven zijn. Stopt 'lijf' met leven, dan
stopt ook de periodieke uitkering ('rente').
Koopsompolis Bij de meest gebruikelijke vorm van
lijfrente-overeenkomsten wordt eerst een kapitaal verzekerd door
betaling van een eenmalige of een periodiek terugkerende premie. Vanuit
het verzekerde kapitaal (uit te keren als de verzekerde persoon op een
gegeven moment nog in leven is of bij diens overlijden) worden
vervolgens de lijfrente-uitkeringen gefinancierd. Dat kapitaal dient als
het ware als 'koopsom' voor die uitkeringen. Vandaar de naam
'koopsompolis'. Onder een aantal voorwaarden is de premie aftrekbaar
voor de inkomstenbelasting; de uitkeringen zijn belast.
Saldo-lijfrente Hierbij wordt een bepaald kapitaal aan een ander
verstrekt, waartegenover die ander zich verplicht lijfrente-uitkeringen
te doen. Die 'ander' kan een verzekeraar zijn, maar dat hoeft niet per
se. De ontvanger van de lijfrente-uitkeringen hoeft pas
inkomstenbelasting te betalen zodra de som van de uitkeringen het bedrag
van het 'ingelegde kapitaal' overschrijdt. Dus: als bij een 'inleg' van
200.000 gulden ieder jaar (levenslang) een uitkering van 20.000 gulden
staat, worden vanaf de elfde uitkering de lijfrentetermijnen belast.
Ondernemers-lijfrente De zelfstandige of vrije beroepsbeoefenaar die
zijn bedrijf of beroep staakt, kan een koopsompolis afsluiten bij een
professionele verzekeraar, om daarmee directe belastingheffing over de
stakingswinst en eventueel vrijvallende Fiscale Oudedags Reserve (FOR)
te vermijden. Maar hij kan ook van degene die zijn bedrijf overneemt,
lijfrente-uitkeringen gaan ontvangen. De lijfrente-uitkeringen vormen
belastbaar inkomen.
Gespaard/belegd vermogen Het 'ontsparen' van gespaard of belegd vermogen
levert geld op om van te leven. Buiten de heffing over de inkomsten op
het vermogen (inkomstenbelasting over rente/dividend) en het vermogen
zelf (vermogensbelasting) wordt geen belasting geheven over de
onttrekkingen aan het vermogen. Vermogen kan worden gevormd door
eenvoudig te sparen op een spaarrekening, maar ook via een onnoemelijk
aantal vormen van beleggingen. Het kan ook worden bereikt door het
sluiten van kapitaalverzekeringen.
|