|
ECLIPS IN BEELD ALLEEN IN SUPERLATIEVEN TE BESCHRIJVEN NEDERLAND EN BELGIË OMRINGENDE LANDEN EUROPA OOGGETUIGEN HET WEER WETENSCHAP NATUUR KIJKEN, FOTO'S, FILM MYTHEN EN LEGENDEN BIJBEL REIZEN BOEKEN LINKS |
Op 11 augustus is de zon korte tijd verduisterd. Tips voor fotografen.
Flitsen overbodig
WIM KOHLER
Elk fototoestel is goed genoeg om de totale zonsverduistering mee te fotograferen.
Een foto van de gedeeltelijk verduisterde zon vereist echter - om een
camerabinnenbrand te voorkomen - een speciaal filter dat slechts een
fractie van de overdonderende hoeveelheid zonlicht doorlaat.
Het makkelijkst is het fotograferen van de verduisterde zon als hij helemaal
achter de maan verdwenen is. Rond de donkere maanbol is dan de corona zichtbaar,
de lichtkrans om de zon die bij onbedekte zon door overstraling van het directe
licht onzichtbaar is. Zelfs een automatisch belichtende autofocus-compactcamera
zal tijdens de totale eclips een redelijk beeld opleveren. Denk eraan dat
flitsen geen zin heeft en voor omstanders hinderlijk is. Schakel de flitser
dus uit. Verder hebben nogal wat autofocuscamera's moeite met het instellen
op oneindig. Sommige camera's moeten met de hand op oneindig worden ingesteld.
Voor spiegelreflexcamera's waarvan de fotograaf de belichting zelf kan
regelen luidt het recept bij totale verduistering: een 100 ASA film in het
toestel, het diafragma op 8 en belichtingstijden tussen 1/250-ste en 4 seconden.
De enorme variatie in belichtingstijd bepaalt de grootte van de stralenkrans
rond de verduisterde zon. Bij de lange belichtingstijd van 4 seconden is de
foto overbelicht rond de donkere vlek, maar de stralenkrans wordt zeker vijf
maal zo groot als de zon zelf. Bij een korte belichtingstijd wordt de corona
vlak rond de zon goed belicht en is de prachtige structuur daarin goed te
zichtbaar.
Hoe groot de verdwenen zon op de foto komt, hangt af van het brandpunt
van de gebruikte lens. Een standaardlens met 50 millimeter brandpunt zet de
verduisterde zon als een punt van 0,5 millimeter op kleinbeeldnegatief. Op
een foto van 10 bij 15 centimeter, zoals de ontwikkelcentrale die aflevert,
verschijnt dan een teleurstellend kleine donkere stip van ruim 2 millimeter
en daaromheen de corona. Een telelens van 200 millimeter levert een foto met
een zon van nog geen centimeter. Beeldvullende opnamen van de corona direct
rond de zon maakt u met extreme telelenzen met een brandpuntsafstand van 1
tot 2 meter.
Voor de gewone fotograaf loont het daarom de moeite om ook de omgeving
op de eclipsfoto te zetten. Bedenk bij het kiezen van het camerastandpunt
dat de zon op 11 augustus 's morgens om half elf, als hij verduisterd wordt,
onder een hoek van krap 55 graden met de horizon staat. Een belichtingstijd
van een paar seconden is nodig om de omgeving als donker silhouet tegen de
lucht zichtbaar te maken. Of vergeet die verduisterde zon en fotografeer de
waanzin: eclipsfiles, berghellingen vol toeschouwers, mensen met maffe brilletjes.
Fotografisch ingewikkelder is de situatie als de zon (nog) niet helemaal
is verduisterd. Het is ongezond voor de ogen om zonder eclipsbrilletje naar
dat overblijvende felle sikkeltje te kijken. Ook camera en film hebben een
eclipsbrilletje nodig. De fotograaf verkoopt extreme grijsfilters die het
licht een factor 400 of 500 verzwakken. De folie die in de eclipsbrilletjes
zit verzwakt het licht net zoveel. Het is mogelijk om een eclipsbrilletje
voor de camera te houden, maar de folie maakt van de zon een blauwgrijze schijf.
Wie een kleurenfilm heeft geladen en een oranje-gele zon wil, moet zo'n filter
aanschaffen. Ongefilterd de zon fotograferen levert overbelichte foto's en
kan de camera beschadigen. Een cameralens is een goed brandglas dat in de
camera een binnenbrandje kan veroorzaken. Een belichtingsadvies voor de zon
met een steeds groter wordend hapje eruit is: 100 ASA film, diafragma 16,
1/1000-ste seconde belichten, mét een 400 keer verzwakkend (NDx400)
filter op de lens geschroefd.
Maar ook hier geldt: die zonnesikkeltjes worden duizend keer gefotografeerd.
Leuker is om wat te experimenteren met licht en onderwerpen. Een camera op
rotsvast statief met gewone lens en zo'n extreem grijsfilter, met open sluiter
(op B, tijdopname) maar afgedekt, kan een hele rij zonnetjes vastleggen als
de bedekking om het kwartier zeer kort, in een flits dus, even wordt verwijderd.
Aangezien de zon steeds opschuift, komen die beeldjes van de verlopende verduistering
in een mooie boog op het negatief. Als het donker is, kan eenmaal inflitsen
de omgeving vastleggen. Als zo'n foto mislukt, beseft u pas goed wat een once-in-a-lifetime-event
is.
Fotobladen als Cameramagazine, Focus en Color Foto hebbendeze maand artikelen
over het fotograferen van de eclips, maar het meest uitgebreid is de informatie
op de Internetsite http://sunearth.gsfc.nasa.gov/eclipse/eclipsePhoto.html of: www.kodak.fr/go/eclipse
Voor een fototentoonstelling en een uitgave over de zonsverduistering in
het voorjaar 2000 worden foto's gezocht van amateurs en professionals: fotografeer
de zon, partner, kind, maak een zelfportret, stilleven of landschap tijdens
de zonsverduistering.
Insturen met naam en adres naar:
W. van Zoetendaal,
Lijnbaansgracht 109, 1016 KT Amsterdam.
|
NRC
Webpagina's
|
Bovenkant pagina |