|
afleveringen NEDERLANDSE TOP KOPEN TIPS VOOR KOPERS ZEILTYPEN BOUWEN BRUINE VLOOT ELEKTRONICA SUCCESSEN ORGANISATIES BOEKEN AGENDA APPARATEN INFORMATIE LINKS |
Kopen: Moderne mens wil een polyester romp
Z.C.A. Luyendijk
Vier jaar lag de prachtige, klassieke Trintella 1a (een kajuitzeiljacht van ruim negen meter, bouwjaar '68) te koop voor een schappelijke prijs. Alle slijtage was vernieuwd. En toch kwam er geen koper opdagen. Tot vorig jaar september. Toen was het onverwachts binnen een dag verkocht. Van de prijs had de eigenaar een kwart moeten afdoen. De markt voor zeiljachten is buitengewoon conjunctuurgevoelig. Gaat het even wat minder met de Nederlandse economie, dan merkt de markt voor plezierjachten dat onmiddellijk. Prijzen dalen en het altijd overvloedige aanbod wordt nog groter, wat de prijzen weer verder onder druk zet. Dat gebeurde bijvoorbeeld vanaf 1993, na jaren van stijgende belangstelling voor zeilen. De markt klapte in elkaar, mede doordat de vraag van Duitse zeilers dramatisch daalde. Prijzen kelderden. De krantenadvertenties met zinnetjes als 'boot moet weg' namen toe. Eigenaren die per se moesten verkopen, boekten grote verliezen. ,,De markt is de laatste jaren behoorlijk bijgetrokken'', zegt Ties van Os, voormalig Whitbread-zeiler en makelaar bij Scheepsmakelaardij Enkhuizen, een specialist in traditionele zeilschepen. ,,Makelaars hebben het weer druk.'' Ook bij Het Wakend Oog, grootmacht onder de jachtmakelaars, heerst tevredenheid. ,,Als wij 1996 op 100 indexeren, dan is 1997 uitgekomen op 123 en zit 1998 al op 133'', zegt directeur-eigenaar Tom Buch. Met name Nederlanders zijn kooplustig. Bij Het Wakend Oog maken ze meer dan 60 procent van de cliëntèle uit. ,,Nederlanders hebben een rotsvast vertrouwen in de economie'', aldus Buch. De belangstelling uit Duitsland blijft achter. Ook de nieuwbouwmarkt mag zich na een dieptepunt in 1996 weer op hernieuwde belangstelling verheugen. ,,Alles trekt weer een beetje aan'', zegt Herman Denekamp van Sail Centre Makkum, importeur van het goed in zeiltesten scorende Zweedse jacht Comfortina. Na een periode van stagnatie heeft hij weer een aantal jachten in bestelling. Bij Denekamp komen veel Nederlanders, maar ook kloppen weer relatief veel Duitsers bij hem aan voor boten. De markt van zeiljachten is onverminderd sterk aan trends onderhevig. Wat het ene jaar hevig in de belangstelling staat, kan het jaar daarop uit de gratie zijn. In een langere golf is onmiskenbaar een trek naar grotere jachten zichtbaar. Het Wakend Oog stootte een jaar of zes geleden de markt voor 'kleinere' zeiljachten af en concentreerde zich op de 'plus-tien-meter-jachten' met prijzen vanaf 50.000 gulden tot enkele tonnen. ,,In trek'', zegt Buch van Het Wakend Oog, ,,zijn vooral schepen van gerenommeerde werven, als Janneau en Bavaria. Met name dat laatste merk is bijzonder populair.'' Denekamp verkoopt uitsluitend jachten van 35 voet (tien meter) en meer. Ook Scheepsmakelaardij Enkhuizen merkt dat grote jachten in trek zijn. ,,Vroeger wilde iedereen een jacht van acht of negen meter, nu moet het minimaal tien meter zijn'', aldus Ties van Os. Bij de traditionele schepen zijn Lemsteraken veel gevraagd. ,,Verder zijn oude vrachtvaarders bijzonder gewild'', meldt Ties van Os. ,,Er is een enorme vraag naar schepen die tevens als woning kunnen dienen. Met name als er een ligplaats aan vastzit, die zeer schaars zijn, worden ze snel verkocht.'' De vraag naar klassieke scherpe jachten valt tegen. ,,De moderne mens wil stahoogte en een polyester romp. Een klassiek jacht vraagt veel aandacht, zeker als het van hout is. De markt voor houten schepen is dan ook ronduit slecht'', aldus Buch van Het Wakend Oog. Ook moeilijk is de markt voor kleine jachten (tot zeven à acht meter). De bouw van nieuwe kleine jachten in Nederland ligt praktisch stil, maar er wordt nog wel geïmporteerd. Op de tweedehandsmarkt staan de prijzen van kleine schepen nog altijd onder druk, door een groeiend aanbod en achterblijvende vraag. ,,De markt voor kleine jachten is volledig verzadigd'', moppert een makelaar in kleine kajuitjachten in Friesland die niet met zijn naam in de krant wil. ,,Mensen hebben tegenwoordig te veel geld en kopen een heel groot jacht of een open boot, zoals een Valk.'' ,,Het probleem met de kleine boten is dat er aan de onderkant nauwelijks jachten verdwijnen'', zegt E.B.P. Brenninkmeijer van de Friese jachtcentrale in Heeg, die zich toelegt op de handel in kleine zeil- en motorjachten voor ,,modaal en de middenklasse''. Brenninkmeijer (,,het is een moeilijke materie meneer, waarmee u voorzichtig moet omgaan'') zegt goed te verkopen, maar geeft toe dat er een categorie boten is waar eigenaren nog maar moeilijk van af komen. ,,Er is sprake van vergrijzing. Een hele groep polyester zeiljachtjes uit de jaren zeventig en begin jaren tachtig is minder in trek. Af en toe slijten wij eens een partij aan voormalig Oost-Duitsland, maar het overgrote deel blijft hier liggen.'' Aan sloop van de ongewenste polyester schepen wordt nog niet gedacht. ,,Heel soms zagen we er een doormidden. En af en toe daagt er toch nog iemand op die zo'n bootje nog een lik verf geeft.'' Ten opzichte van vijf jaar geleden is de waarde van kleine zeiljachten volgens Brenninkmeijer met ongeveer een kwart verminderd. Met waardevermindering krijgen alle botenbezitters te maken, ongeacht de lengte. Nieuw gebouwde zeiljachten schrijven volgens alle makelaars de eerste vijf tot zes jaar gemiddeld 10 tot 15 procent per jaar af van hun nieuwwaarde. Volgens Ties van Os is daarna de waarde afhankelijk van het onderhoud. ,,Elk jaar moet een eigenaar zo'n vijf procent van de marktwaarde van het schip steken in vervanging.'' Alleen dat voorkomt volgens Van Os verdere waardedaling. Volgens Buch van Het Wakend Oog heeft de koper van een tien jaar oud gebruikt schip een ,,grote kans'' dat het na een aantal jaren ,,meer oplevert dan de verkrijgingsprijs''. Gezien de hoge prijzen van nieuwe jachten kunnen de prijzen van de (grotere) gebruikte schepen waarin Het Wakend Oog zich specialiseert ,,nog wel wat omhoog''. Het aanbod valt volgens Buch mee. ,,Maar een zeiljacht moet nooit gezien worden als een belegging. Je moet een schip kopen omdat je het leuk vindt om te varen. En dat kost keihard geld.''
|
NRC
Webpagina's
|