NIEUWS | TEGENSPRAAK | SUPPLEMENT | AGENDA | ARCHIEF | ADVERTENTIES | SERVICE 




Overzicht eerdere
afleveringen


 ZEILEN
 NEDERLANDSE TOP
 KOPEN
 TIPS VOOR KOPERS
 ZEILTYPEN
 BOUWEN
 BRUINE VLOOT
 ELEKTRONICA
 SUCCESSEN
 ORGANISATIES
 BOEKEN
 AGENDA
 APPARATEN
 INFORMATIE
 LINKS

Electronica: Het spel van wind en stroom

Rob Biersma
Zeilboten ontwikkelen zich nog steeds meer tot drijvende caravans. Accu en zonnepaneel leveren stroom voor vele apparaten.

Aan het lijstje met basisbehoeften van de mens mag - zo is aan het eind van de twintigste eeuw wel gebleken - naast eten, slapen en seks, zeker ook elektronica worden toegevoegd. Vroeger was er geen elektronica, dus we wisten niet dat het onontbeerlijk was. Maar nu er eenmaal radio's, walkmans, TV's, CD-spelers, TL-lampen en personal computers zijn, blijkt dat niemand meer zonder kan.

Een zeilboot is ogenschijnlijk een stuk speelgoed om te ontsnappen uit de hectische wereld van alledag waarin elektronica overheerst. Lekker luieren op de plas tussen wind, zon en riet - wat heb je nog meer nodig om ontspannen maar sportief tot rust te komen? Het antwoord op deze vraag wordt dagelijks in de watersportwinkel gegeven. Het varieert van koelbox voor een koud pilsje tot marifoon om de brug te laten openen, van zonnepaneel om aan stroom te komen tot Global Positioning System (GPS) om de positie op zee te weten. Scheepselektronica is onontbeerlijk aan boord.

Het is begonnen met eenvoudige verlichting - niet zo zeer om 's avonds in de kajuit een kaartje te leggen, maar voor de buitenverlichting: het toplicht, het heklicht, de groene en rode navigatielichten, het ankerlicht, het stoomlicht en het driekleurentoplicht - alles wettelijk verplicht voor nachtelijke vaart van zeilboten vanaf zeven meter.

Wie dan toch elektrische leidingen aan het trekken is, kan daaraan net zo goed dekverlichting en instrumentenverlichting toevoegen. Voor dat alles was een stevige accu noodzakelijk. En wie toch stroom aan boord had, plaatste meteen een dieptemeter, dat handige instrument waarmee je constant kunt zien hoeveel water er onder de boot staat zodat je in onbekend water niet steeds de vrees hebt vast te lopen.

Wie geen motor met een dynamo had, was vroeger na een nachtje varen verplicht de accu mee naar huis te zeulen om hem daar op te laden. Tegenwoordig heeft een beetje haven overal walstopcontacten zodat het opladen aan boord kan gebeuren. Laadapparaten zijn tegenwoordig, door wat elektronica, zelfdenkend geworden. Vroeger moest je het opladen zorgvuldig bewaken om 'koken' van de accucellen te voorkomen. De moderne standaardacculader slaat vanzelf af boven een bepaalde spanning. Luxe acculaders kunnen gewoon de hele week aangesloten blijven, want de terugkruipstroom is minimaal - de accu loopt niet leeg via de afgeslagen lader. De erg goede laders doen ook nog aan druppelladen en houden de accucellen in vorm door ze beurtelings een beetje te laden en te ontladen.

Naast de dieptemeter is het elektronisch log meestal het tweede instrument dat wordt aangeschaft. Een schipper wil al gauw de afgelegde afstand en de snelheid door het water weten, al was het maar om te weten of het inderdaad in snelheid scheelt dat hij de grote genua heeft aangeslagen in plaats van de werkfok. Een elektronisch log werkt met een klein draaiend schoepje in het water waarvan het aantal omwentelingen wordt geteld. Zo kan de zeiler in de jachthaven vertellen dat zijn boot gemiddeld vijf knoop heeft gevaren, met uitschieters van negen knoop in de vlagen.

Wedstrijdzeilers voegen daar al gauw een windex aan toe, een instrument voor de windsnelheid en windrichting, een instrument dat overigens vooral handig is voor nachtzeilen als je niet goed kunt zien waar de wind vandaan komt.

Wie wel eens een zeiler machteloos blazend in een scheepstoeter voor een brug of sluis heeft zien draaien, begrijpt dat deze situatie een ernstige knak in het zelfrespect van de schipper teweeg heeft gebracht. Met een marifoon, een zend- en ontvangstinstallatie in het VHF-gebied (very high frequency), kan de boot gewoon een praatje maken met de brugwachter. Dat hij dan meestal net zo lang moet wachten, is een andere zaak, maar de eer is gered. In Nederland is voor een marifoon een machtiging vereist en een basiscertificaat (beginnerszenddiploma). De marifoon dient overigens vooral de veiligheid: wie op de juiste kanalen uitluistert, weet wat voor problemen hem te wachten staan. En eventueel kan de schipper in noodgevallen om hulp roepen, zelfs om radiomedische adviezen.

Zeezeilers leunen tegenwoordig nog zwaarder op elektronica. Voorbij is de tijd dat zeilers vertrouwden op een sleeplog (een propellertje door het water) voor het gegist bestek en op het sekstant voor de astronavigatie. Het is tegenwoordig allemaal GPS wat de klok slaat, het wonderbare apparaat dat met een nauwkeurigheid van minder dan honderd meter constant de positie opgeeft - en daarbij ook de snelheid, de afstand tot het doel en de afwijking van de beoogde koers. De GPS, die zich oriënteert op satellieten, heeft inmiddels volledig het Decca-systeem verdrongen, dat met landstations werkte en binnen enkele jaren wordt afgeschaft. Veel zeilers hebben een handheld GPS op battarijen als reserve in plaats van een sextant voor als de boord-GPS uitvalt.

Zeezeilers hebben meestal ook betere communicatie-apparatuur. Een sterkere marifoon (zeeuitvoering) waarvoor een Marcom-B-diploma vereist is, een Navtex-ontvanger voor actuele navigatiewaarschuwingen en weerberichten, en eventueel een Inmarsat-C-toestel voor wereldwijd berichtenverkeer. Wie nog zwaardere zendapparatuur wil (korte en middengolf), moet naar de zeevaartschool voor een Marcom-A-diploma. Jachtradars maken het mogelijk 's nachts en bij mist een haven binnen te lopen en ze vergroten de veiligheid in de buurt van scheepvaartroutes.

Voor comfort aan boord verschijnt er al gauw een elektrische koelkast (een gaskoelkast is gevaarlijk) en een kachel. Ook de meeste dieselkachels werken voor een groot deel elektrisch en worden elektronisch gestuurd.

Stuurautomaten, die het schip elektrisch op kompaskoers houden, zijn al lang niet duur meer. Ook de kaartplotter die posities op papieren kaarten snel in werkbare getallen omzet, zijn standaard op middelgrote jachten. Binnenkort breekt de tijd aan van de elektronische kaarten - ze zijn er al wel, maar er is vrijwel niemand die er volledig op durft te vertrouwen.

Al deze apparaten zijn stroomvreters, zodat het grote probleem voor zeilers tegenwoordig vooral is hoe hij zijn accu volhoudt. Dat kan door de hoofdmotor te laten draaien - maar daarvoor heeft hij geen zeilboot gekocht. Vroeger werd de oplossing gezocht in windmolens en meedraaiende schroeven die een hulpdynamo aandreven. Tegenwoordig mikken zeilers liever op zonnepanelen. Ook die hebben hun eigen regelkasten en problemen.

Zo lijkt dan als Umwertung aller Werte de rustige zeilboot die was gekocht om één te worden met de elementen, langzamerhand een drijvende caravan met elektronica te zijn geworden. Voor wie daaraan niet wil meedoen, is een oplossing gevonden: wedstrijdzeilen kan tegenwoordig op vrijwel elke personal computer - boottype, windkracht en wedstrijdparcours zijn instelbaar.

NRC Webpagina's
20 mei 1998

   Bovenkant pagina


NRC Webpagina's © NRC HANDELSBLAD (web@nrc.nl) MEI 1998