|
ECHTSCHEIDING
|
Alimentatie
Alimentatie is de wettelijke verplichting voor een verdienende ex-echtgenoot om na de scheiding bij te dragen aan de kosten van levensonderhoud van de andere partij. Er zijn twee soorten: alimentatie ten behoeve van de kinderen en alimentatie voor de minder draagkrachtige ex-partner.
Kinderen Wanneer de betalende partij in gebreke blijft, kan een beroep worden gedaan op het Landelijk Bureau Inning Onderhoudsbijdragen (LBIO). Zonodig legt het bureau beslag op het salaris of het (on)roerend goed van de wanbetalende ouder.
Ex-partner De alimentatieplicht vervalt wanneer de ontvangende partner opnieuw trouwt of gaat samenwonen, hij of zij voldoende verdient om in eigen levensonderhoud te voorzien, of wanneer de betalende partner niet langer genoeg verdient omdat hij of zij bijvoorbeeld in de bijstand terechtkomt. Sinds 1 juli 1994 is de Wet limitering alimentatieduur van kracht. Voor partneralimentaties die na deze datum zijn afgesproken of door de rechter bepaald, geldt dat de alimentatieplicht maximaal twaalf jaar duurt. Iemand die al 15 jaar of langer alimentatie betaalt, kan de rechter vragen die plicht te beëindigen. Wanneer een huwelijk minder dan vijf jaar heeft geduurd, geldt de alimentatieverplichting voor maximaal de duur van het huwelijk. Eenmaal vastgesteld, kan het alimentatiebedrag op verzoek door de rechter worden gewijzigd, wanneer de persoonlijke omstandigheden veranderen. Bovendien zijn alimentaties geïndexeerd. De hoogte van de bijdrage wordt met een jaarlijks door het ministerie van Justitie vastgesteld percentage verhoogd. Voor 1997 is dat 1,7 procent. Bij een huwelijk in gemeenschap van goederen geldt dat elke ex-partner behalve financiële aanspraken ook recht heeft op de helft van de boedel. Daartoe behoren huisraad, kleding, meubels, de auto, dus in feite alles wat de echtgenoten bezaten. Ook de waarde van een koophuis moet worden gedeeld. Blijft een ex in het huis wonen, dan zal hij of zij de ander moeten uitkopen. In principe blijft een huurhuis na overleg tussen de partijen op naam van een van hen staan. Mocht daarover onenigheid bestaan, dan beslist de rechter. Als de partners in huwelijkse voorwaarden waren getrouwd, dan wordt de boedel volgens de toen gemaakte afspraken gescheiden.
|
NRC Webpagina's
23 oktober 1997
|
Bovenkant pagina |