|
|
Leren jezelf serieus te nemen Ook in de psychotherapie kunnen boeddhistische elementen worden gebruikt. Met mantra's, mediteren en theeceremonies proberen om het leven tot rust te brengen.
Op het eerste gezicht lijkt het een vreemde combinatie: westerse psychotherapie en oosters boeddhisme. Iemand die in psychotherapie is wil zijn geest genezen, beter maken; een boeddhist wil de geest onderzoeken. Wie in therapie is wil zelf, als persoon, sterker worden; een boeddhist gelooft niet dat er een 'zelf' bestaat. Maar dat zijn theoretische obstakels. In de praktijk blijkt psychotherapie op boeddhistische grondslag opvallend down to earth. Er wordt vooral gebruik gemaakt van technieken, oefeningen, die met discipline volgehouden moeten worden. En die technieken mogen dan afkomstig zijn uit verschillende boeddhistische tradities - ze werken ook in Nederland, aldus de therapeuten die ze toepassen. Neem mantra's. Psychiater Herman Kief las in het boek Zen meditation and psychotherapy uit 1977, van Tomio Hirai: als je op de trein staat te wachten, herhaal dan steeds dezelfde positieve dingen tegen jezelf. Verrek, dacht hij, dat kan ik gebruiken. "Veel mensen hebben het gevoel dat ze niet gewenst zijn; ze zijn bijvoorbeeld mishandeld of misbruikt. Als je die mensen dagelijks 25 minuten laat mediteren, en ze halen tien tot twaalf keer adem per minuut, en op elke uitademing herhalen ze die positieve suggestie, dan zeggen ze dus dagelijks 250 tot 300 keer tegen zichzelf: 'ik mag er zijn'. Na verloop van tijd gaat dat een eigen leven leiden; onderschat dat niet. Ik heb daar wondertjes van gezien." Kief is lid van de werkgroep Boeddhisme en Psychotherapie, een vereniging van ruim vijftig Nederlandse psychotherapeuten, psychiaters en andere hulpverleners, met een 'reguliere' opleiding en daarnaast interesse in boeddhisme. Ze wisselen ervaringen uit over het gebruik van boeddhistische technieken, afkomstig uit verschillende tradities. De werkgroep bestaat pas twee jaar, en de meeste leden hebben in eerste instantie op eigen houtje gezocht naar methodes om boeddhistische technieken in hun praktijk te gebruiken. Er zijn dan ook flinke verschillen in de manieren waarop de hulpverleners te werk gaan. Kiefs zenmeditatie-therapiecursus is vrij formeel van aard, vol rituelen. Tijdens de wekelijkse bijeenkomsten zitten de cursisten in twee rijen op kussentjes. Na een korte inleiding wordt gezamenlijk de hartsoetra gezongen, een klassiek Japans boeddhistisch gezang en een goede ademhalingsoefening, volgens Kief. Daarna volgen twee keer 25 minuten zitmeditatie, met daartussen 5 minuten loopmeditatie, om de bloedsomloop te bevorderen. Tot slot wordt een traditionele theeceremonie gehouden, als aandachtsoefening, en er wordt besloten met een groepsgesprek. De meditatie is het belangrijkste onderdeel. Kief laat zijn cliënten verschillende technieken gebruiken om op hun problemen variërend van fobieën, stress en depressies tot relatieproblemen te mediteren. Behalve de positieve mantra's kunnen ze zich ook concentreren op een vraag ('waarom drink ik?') of op een voor het probleem relevant persoon. En dan 'poppen' de inzichten vanzelf op, aldus Kief. "Ik had een keer een vrouw wier derde relatie binnen korte tijd op de klippen was gelopen. Die liet ik mediteren op haar vader. Na drie weken kwam ze naar me toe en zei: 'Ik ben eruit! Ik heb mijn hele leven mijn best gedaan om hem te pleasen, en dat doe ik ook met mannen. Ik hou er nu mee op!' Ja, inderdaad, een damesbladenverhaal, ik kan er ook niks aan doen. Maar het gaat om de kracht waarmee het inzicht komt, en de keus die je dan maakt." Johan Tinge uit Rolde gebruikt minder klassieke rituelen. Hij geeft aandachtstrainingen, waarbij mensen in wekelijkse bijeenkomsten meditatie-oefeningen en yoga doen en ook thuis, een uur per dag, met cassettebandjes. De 'total body scan' bijvoorbeeld: een oefening waarbij Tinge de cursist als het ware in drie kwartier door zijn lichaam heen praat, en hem zich achtereenvolgens op alle afzonderlijke lichaamsdelen laat concentreren. "Zo leren ze weer aandacht voor zichzelf te hebben, zichzelf serieus te nemen. Bijvoorbeeld mensen die zichzelf voorbijgerend zijn." Vergelijkbaar zijn de preventieve 'aandacht voor stress'-cursussen die de Nijmeegse psycholoog Noud de Haas geeft aan mensen uit het bedrijfsleven. Vooral zijn niet-formele meditatie-oefeningen slaan erg aan, zegt hij. "Dat je eens bewust ademhaalt, écht aandacht hebt voor collega's - en voor jezelf. Of ik laat mensen vijf minuten stil op een stoel zitten zonder iets te doen. Dat kan heel weldadig zijn. Dan zeggen ze: jee, wat me nou gebeurt! Stoppen is de kern van meditatie." Er zijn veel overeenkomsten tussen de technieken die boeddhistisch georiënteerde therapeuten gebruiken en de reguliere psychotherapie. Veel ontspannings- en concentratieoefeningen worden ook in de gedragstherapie toegepast. Het idee dat iedereen 'er mag zijn' lijkt rechtstreeks afkomstig uit de transactionele analyse 'ik ben oké, jij bent oké'. En meditatie heeft wel iets weg van hypnose. Maar officieel is over de werking van boeddhistische therapie nog weinig bekend. Het is één van de doelen van de werkgroep Boeddhisme en Psychotherapie: een centrum waar therapie en training worden gegeven, en daarbij wetenschappelijk onderzoek gedaan wordt naar de werking van boeddhistische technieken. Af en toe filosoferen de werkgroepleden ook nog wel over theoretische vraagstukken. Bijvoorbeeld over hoe je 'een gezond persoon' definieert vanuit westerse en boeddhistische opvattingen, of over wat het 'zelf' is, en of het verschilt van het 'ego'. "Er is geen ego," zei een lid van de werkgroep daarover in een onderzoek van boeddhologe Ria Kloppenborg. "Het gaat om de stroom van processen. Maar ik val een patiënt met dergelijke gedachten niet lastig; ik ga op praktisch niveau zitten."
|
NRC Webpagina's 28 SEPTEMBER 2000 |
Bovenkant pagina |
|