NRC Handelsblad Profiel WAO
NIEUWS | TEGENSPRAAK | SUPPLEMENT | AGENDA | ARCHIEF | ADVERTENTIES | SERVICE 



Overzicht eerdere
afleveringen


WAO
'HET ZIT FOUT TUSSEN DE OREN'
GESCHIEDENIS
POLITIEK
PLAN HOOGERVORST
PARTIJEN
SOCIALE PARTNERS
REÏNTEGRATIE
KEURING
STAP VOOR STAP
STRESS
INTERVIEWS
BIJ DE RECHTER
ORGANISATIES
UITKERINGEN
RAAD VAN BEROEP
VROUWEN
GRAFIEKEN

Geschiedenis

De chronologische ontwikkeling van de Wet op de arbeidsongeschiktheid in vogelvlucht:

  • 1967
    De WAO treedt in werking en vervangt onder meer de uit 1921 stammende Ongevallenwet. Mensen die niet of slechts gedeeltelijk kunnen werken krijgen een uitkering ter grootte van 80 procent van het gederfde inkomen. Verwacht wordt dat het aantal WAO'ers de 200.000 niet te boven zal gaan.

  • 1980
    ,,WAO blijkt een vat van verborgen werkloosheid.'' Dat is de conclusie uit een onderzoek van de Erasmus Universiteit.

  • 1985
    WAO-uitkering gaat omlaag: van 80 naar 70,5 procent.

  • 1987
    Iemand die gedeeltelijk arbeidsongeschikt wordt, krijgt na één jaar werkloosheid niet langer een volledige uitkering, maar blijft op het niveau van zijn gedeeltelijke WAO-uitkering.

  • 1991
    Kabinet besluit nieuwe WAO'ers een uitkering te verstrekken die aan leeftijd is gekoppeld. Mensen jonger dan 50 jaar gaan er op achteruit.

  • 1992
    Het wetsvoorstel leidt na lange strijd bijna tot een kabinetscrisis, totdat de regeringsfracties begin 1993 overeenstemming bereiken.

  • 1993
    Parlementaire enquêtecommissie-Buurmeijer concludeert dat ingrijpende veranderingen nodig zijn in de sociale zekerheid. Een conclusie is dat werkgevers en werknemers eendrachtig gebruik hebben gemaakt van de WAO als aantrekkelijke route om werknemers kwijt te raken.

  • 1993
    Op 1 augustus gaat de Wet terugdringing beroep op regelingen arbeidsongeschiktheid in: WAO'ers jonger dan 50 jaar moeten worden herkeurd en het begrip `passende arbeid' wordt verruimd. Verder wordt de WAO-uitkering afhankelijk gemaakt van leeftijd, waardoor alleen 58-jarigen nog de volledige 70 procent krijgen.

  • 1994
    Regeerakkoord kabinet-Kok: premiedifferentiatie en marktwerking in de WAO moeten in 1998 750 miljoen gulden opleveren.

  • 1995
    Kabinet vraagt advies aan SER over wetsvoorstel Pemba (premiedifferentiatie en marktwerking bij verzekeringen voor arbeidsongeschiktheid). Werkgevers kunnen uitvoering van de WAO-verzekeringen onderbrengen bij particuliere verzekeraars.

  • 1996
    Staatssecretaris Linschoten past wetsvoorstel Pemba aan en stuurt het voor advies naar de Raad van State. De Raad gaat akkoord met premiedifferentiatie per bedrijf(stak) maar verwerpt het marktwerkingsdeel van het voorstel. Linschoten introduceert een afgebakende periode waarin werkgevers de arbeidsongeschiktheidsuitkering van hun werknemers betalen, die later wordt bepaald op vijf jaar. Linschotens opvolger De Grave stelt de premiedifferentiatie niet langer afhankelijk van de bedrijfstak, maar van de grootte van de onderneming.

  • 1998
    De wet Pemba wordt ingevoerd. Bedrijven wagen schoorvoetend de stap van het publieke verzekeringsstelsel naar het private. Vlak voor de verkiezingen van mei komen minister Melkert en staatssecretaris De Grave met voorstellen voor een nieuwe organisatie van de uitvoering van de sociale zekerheid.

  • 1999
    Staatssecretaris Hoogervorst presenteert maatregelen die ervoor moeten zorgen dat de stijging van het aantal WAO'ers eind 2001 beperkt blijft tot 930.000 en niet uitkomt op 946.000.

NRC Webpagina's
28 JANUARI 1999

   Bovenkant pagina


NRC Webpagina's © NRC HANDELSBLAD (web@nrc.nl) 28 JANUARI 1999