Profiel Zingen
NIEUWS | TEGENSPRAAK | SUPPLEMENT | AGENDA | ARCHIEF | ADVERTENTIES | SERVICE 





ZINGEN
SCHREEUWEN IS VERBODEN
INFORMATIE
TECHNIEK
STEMBEREIK
ZANGLERARES
ZINGEN DOE JE MET JE LICHAAM
POP
JAZZ
ONDERWIJS
OPLEIDINGEN
BARBARA BONNEY
VOCAAL FESTIVAL



Overzicht eerdere
afleveringen Profiel

Stembereik

Uitgebreide classificatie van stemmen:

  • Coloratuur-sopraan: hoogste vrouwenstem, moet tot de f³ gaan (Königin der Nacht in Die Zauberflöte).

  • Coloratuur-soubrette of Soprano lirico leggiero: gaat ongeveer tot d3, veelal jeugdige rollen.

  • lyrische sopraan: tot c³, de meest veelzijdige sopraan (Mimi in La Bohème).

  • Soprano lirico spinto: dit is de overgang tussen lyrische en dramatische sopraan. Mooie volle stem tot c³.

  • Dramatische sopraan: tot c³ of d³ is in het Italiaanse repertoire (Turandot en Aida in gelijknamige opera's) vaak iets donkerder dan in het hoog-romantische Duitse repertoire (Isolde in Tristan und Isolde).

  • De hoogste mezzosopranen zijn genoemd naar zangeressen: Dugazon en de Galli-Marié. Tot b²

  • Lyrische-coloratuur alt: tot ongeveer bes² en vooral voor alt-rollen van Rossini.

  • Dramatische mezzosopraan: een lichte alt-stem tot a², die in sommige gevallen ook dramatische-sopraan rollen kan zingen (Amneris in Aida).

  • Dramatische alt: donkerder dan de mezzo, tot as² (Dalila in Samson et Dalila).

  • Contralto: zeer donker, komt in opera weinig voor

  • Countertenor: bijzondere mannenstem die op een alt-hoogte zingen, door het gebruik van falset-register. (tegenwoordig ook wel voor rollen die eigenlijk waren geschreven voor 18de-eeuwse castraten, maar met een heel ander timbre).

  • Lyrische tenor: mannelijke variant van de lyrische sopraan. Gaat tot ongeveer c². Gaat evenals de tenore leggiero en tenore di grazia (Ottavio in Don Giovanni) tot ongeveer c².

  • Tenore lirico-spinto: overgang naar de dramatische tenor, tot c². (Lohengrin in gelijknamige opera).

  • Tenore drammatico of heldentenor: in Italiaanse opera's beroemd om zijn 'hoge c' (c². In het Duitse repertoire iets donkerder van klank, grenzend aan de bariton (Otello in gelijknamige opera).

  • Tenore buffo: buigzame heldere stem, ongeveer tot a¹, bedoeld voor acterende rollen ( Jaquino in Fidelio).

  • Baryton-Martin: hoogste bariton-stem, genoemd naar een Franse zanger, komt vrijwel alleen voor in Frans repertoire. Faust in gelijknamige opera en Franse operette-helden.

  • Lyrische bariton: tot ongeveer as¹ (Figaro in Il barbiere di Siviglia).

  • Bas-bariton of karakterbariton: wat serieuzer en tot g¹ (Figaro in Le Nozze).

  • Heldenbariton: zware, brede stem tot g¹ (Boris in Boris Godoenov)

  • Baritono brillante of Spielbariton: bariton met 'buffo' karakter (Gianni Schicchi in gelijknamige opera).

  • Bas buffo: Ook wel 'speelbas', met een bereik tot f¹ (Mefisto in Faust).

  • Basso serioso of basso profundo: gaat ongeveer tot e¹ en moet in de laagte tot de lage E kunnen zingen. (Sarastro in Die Zauberflöte).

  • NRC Webpagina's
    20 JANUARI 2000


       Bovenkant pagina


    NRC Webpagina's © NRC HANDELSBLAD (web@nrc.nl) JANUARI 2000