IDFA december 1995
Acht jaar IDFA
Verbond van koopman en verkondiger
De achtste IDFA is wederom groter dan de vorige
aflevering. Het festival, opgericht door een groep maatschappelijk
geëngageerde jonge vrouwen, groeide uit tot het voornaamste podium
van kopers en verkopers van de `creatieve documentaire' ter wereld. Een
blik op de handel en wandel.
Het IFDA-hoofdkwartier, op de voorgrond Jolanda KLarenbeek
(Foto Jorgen Krielen)
Door TOM ROODUIJN
Op de overloop van de eerste
verdieping van De Balie heerst een georganiseerde chaos. Gasten,
organisatoren en vrijwilligers, die in verschillende samenstelling rond
de vergadertafel gaan zitten of een individueel klusje doen, worden door
een Spaanse delegatie gemoedelijk voor de voeten gelopen. ,,Wij zijn een
erg interactief festival'', zegt IDFA-directeur Ally Derks. Ze doelt niet
alleen op de IDFA-site op Internet, waar makers en liefhebbers van
documentaires met elkaar kunnen discussiëren, maar ook op de
permanente dialoog die tijdens het festival in de wandelgangen pleegt
plaats te vinden. ,,Maar wij hebben geen star-appeal, zoals andere
festivals'', vult IDFA- bestuurslid Jan Vrijman aan: ,,De hoerigheid van
het speelfilmfestival in Utrecht past de documentaire niet. Bij ons gooit
niet een leger sponsors er prijzen tegenaan. Het zoeken naar financiers
vergt traditiegetrouw de grootst mogelijke inspanning.''
Ondanks de medewerking van honderd vrijwilligers, een totaal aantal
bezoekers dat nog hoger zal zijn dan de 36 duizend van vorig jaar en de
financiële ondersteuning van ondermeer Citroën Nederland en
deze krant, heeft het festival dit jaar nog een tekort van anderhalve
ton. Maar Ally Derks is ervan overtuigd dat ook dat gat zal worden
gedicht, een geloof in eigen vermogen dat kenmerkend is voor de acht jaar
oude organisatie.
Derks werd na haar studie Theaterwetenschap een kleine tien jaar geleden
coördinator van het educatieve filmfestival Festikon, waarna het
Nederlands Film Instituut (NFI) haar vroeg voor de leiding van een
documentair festival. De eerste IDFA trok slechts 2.000 bezoekers,
waarvan 25 gasten uit het buitenland - tegen naar verwachting 600 dit
jaar. Het festival behoort nu, naast die in Nyon, Sint Petersburg en
Marseille, tot de belangrijkste evenementen voor makers van de `creatieve
documentaire'.
De explosieve groei van de IDFA,
met sinds 1988 als thuisbasis het Amsterdams politiek- cultureel centrum
De Balie, doet de organisatoren al naar een grotere accommodatie dan het
Alfa- theater uitzien. Derks zou in de toekomst graag het tegenover
gelegen City-theater huren, maar de kosten daarvan, drie ton, belopen het
tienvoudige van die van de uitkoop van een week Alfa. Jan Vrijman kwam in
1989, na zijn besluit om te stoppen met het maken van documentaires, als
adviseur en bestuurslid bij het festival. ,,Ik dacht: ze hebben mij daar
nodig'', zegt hij. ,,Ally, Willemien van Aalst en Adriek van
Nieuwenhuyzen waren jong en enthousiast maar hadden weinig begrip van de
boze buitenwereld. Ik heb daar met het nodige cynisme en realisme de beuk
in gezet. Een paar jaar heb ik me er full-time mee bezig gehouden: hun
fantastische ideeën zien waar te maken en met de pet langs
geldschieters en instituties. En ik heb een ideologisch fundament gelegd:
over de ordenende functie van de documentaire in een steeds chaotischer
wordende informatiemaatschappij.''
Volgens Vrijman is Nederland hèt land om een documentair festival
te situeren, want behalve dat het een belangrijke rol speelt op
communicatiegebied, heeft Nederland met documentaristen als Van der
Horst, Haanstra en Ivens een naam hoog te houden. ,,Wij hebben een
belerende en een beeldende kant. Dat beeldende is tot uitdrukking gekomen
in onze schilderkunst, het belerende in de dominees en columnisten. Op
dramatisch gebied zijn we minder goed geëquipeerd - vandaar dat we
geen speelfilmcultuur hebben.'' Bij het festival behoorde geruime tijd
een links politiek engagement. ,,Ik wilde vijf jaar geleden van dat
geitenharen- sokken-imago af'', zegt Ally Derks. ,,Er is nog wel
maatschappelijke betrokkenheid bij de films die we selecteren, maar dat
wordt nu meer aan het individu opgehangen.''
Ook het koopmanschap, van oudsher eveneens een sterk Nederlands punt,
speelt een belangrijke rol op de IDFA. Gedurende drie dagen zullen
aanbieders en kopers van documentaires bij elkaar komen. Tijdens deze
derde aflevering van `Forum', een co-financieringsmarkt die zich afspeelt
in Paradiso, vinden korte project-presentaties plaats en worden vooraf in
de `Groene catalogus' geselecteerde documentaire-filmprojecten door
makers en omroepvertegenwoordigers bediscussieerd.
Daarnaast worden in de wandelgangen individuele contacten tussen makers
en zendgemachtigden gelegd en zijn ter consultatie experts op het gebied
van financiering, archief- reseach, marketing, distributie en
ondertiteling aanwezig. ,,Vijfenzeventig procent van de op het Forum van
vorig jaar gepresenteerde projecten is in productie of al gerealiseerd'',
meldt trots Jolanda Klarenbeek, coördinator van de markt waarop de
IDFA als lokale producent functioneert. Officieel is zij de directeur van
de nauw aan het IDFA gelieerde Stichting Forum, die verantwoordelijk is
voor de randvoorwaarden van de co-financieringsmarkt - de enige op dit
gebied ter wereld. Het Forum, legt Klarenbeek op de eerste verdieping van
de Balie uit, komt voort uit een samenwerkingsverband van vijf `MEDIA
1'-projecten van de Europese Unie en heeft een totaal budget van 310.000
ECU (ruim ƒ620.000,-). Ofschoon de organisatie dit jaar voor het
eerste een aantal Amerikaanse zenders (Discovery Channel, CNN, National
Geographic) verwelkomt, mogen uitsluitend Europese zenders een project
(co-)financieren; wel mogen de Amerikanen uiteraard de uitzendrechten van
een documentaire verwerven. Belangrijkste voorwaarde voor de deelname van
producenten/documentaristen is dat zij reeds 25 procent van hun
financiering rond hebben. Vervolgens worden zij geconfronteerd met het
puikje (,,We hebben hier geen onderknuppels'') van de film-inkopers van
Europese tv- stations en volgt het `pitchen', een systeem van loven en
bieden - in de voertalen Engels en Frans. Als de deelnemende partijen
inhoudelijk en financieel tot een akkoord zijn gekomen, volgt het
onderhandelen over het time-slot waarin de film moet passen; het komt
voor dat een producent van zijn documentaire drie verschillende lengtes
moet vervaardigen om drie verschillende afnemers tevreden te stellen.
De televisie bepaalt steeds meer de
documentaire- markt: Klarenbeek schat dat nu al zo'n tachtig procent van
de in Europa gemaakte documentaires geheel of gedeeltelijk door
zendgemachtigden is gefinancierd, waar enkele decennia geleden nog
particuliere en overheidsfondsen de voornaamste geldschieters waren. De
Nederlandse organisatoren van `Forum' verbazen zich over de geringe
respons uit juist Nederlands omroepkringen. ,,Nederlanders hebben er de
pee in om een projekt publiekelijk te moeten verdedigen'', stelt
Klarenbeek vast. ,,En we hebben elk jaar moeite de omroepen hierbij te
betrekken.''
Het versnipperde Nederlandse omroepsysteem zal daar debet aan zijn,
beaamt Klarenbeek, maar ook een praktisch punt: ,,Ze zitten niet in een
hotel en zijn niet, zoals hun collega's van bijvoorbeeld ZDF, Arte, BBC,
Canal Plus of Channel 4, hier drie dagen lang permanent aanwezig. Dat
werkt een grotere vrijblijvendheid in de hand. Vooral de kleintjes zijn
hier actief: de Humanistische Omroep Stichting, de IKON en de NPS. De
NCRV was actief, maar de creatieve documentaire sneuvelde toen ze `breed'
gingen programmeren.''
Hoe het festival aandacht besteedt aan verschillende aspecten van het
documentaire filmen, alsmede de inhoudelijke thema's die centraal staan,
valt elders in deze bijlage te lezen. Dat het festival zo'n succes is
geworden, is in belangrijke mate het resultaat van de vruchtbare
samenwerking tussen Vrijman en Derks. ,,Jan weet het beste in me boven te
krijgen'', zegt Ally Derks. ,,Hij brengt mij steeds weer een andere
denkrichting bij, is een stimulerende vriend en mijn goeroe. Na een avond
met hem bomen zit je weer boordevol ideeën.'' Vrijman, geestdriftig,
laat dat niet op zich zitten: ,,Zij is zó'n briljant mens, met een
geweldige betrokkenheid bij zowel de samenleving als individuele mensen.
Dit is de afdeling Houden Van.'' Acht jaar geleden, memoreert Vrijman,
was de documentaire een vrijwel uitgestorven filmgenre. ,,Dit festival
heeft de documentaire op de kaart teruggebracht, de vorm is zelfs
spraakmakend geworden. Dachten we aanvankelijk dat de video een
bedreiging van het genre zou betekenen, tegenwoordig omhelzen we video
als vehikel in het ontvoogdingsproces.'' Derks: ,,De nieuwe tendens in de
creatieve documentaire is dat je als maker laat zien waar je zelf voor
staat. Nu de koude oorlog is beslecht, doemt een nieuw vijandbeeld op:
armoede, criminaliteit, incest.'' De directrice staat te kijken van de
vlucht die het festival heeft genomen: ,,We hebben er met 600
buitenlandse gasten maar 150 minder dan het Filmfestival Rotterdam. Maar
zij doen het met een budget van 5,5 miljoen, en wij met 1,3 miljoen. Wij
zijn nog altijd het ondergeschoven kindje.''
De IDFA-site is
te vinden
in de Digitale Stad.