|
|
|
NIEUWSSELECTIE Officiële site van Iraanse president
|
Een nieuw Iran
Twee belangrijke verkiezingen, die van president Khatami in mei 1997 en die van een hervormingsgezind parlement afgelopen vrijdag, maken nog geen democratie. Er heeft zich een revolutie binnen een revolutie voorgedaan, maar het Iraanse systeem kent nog steeds een aantal uiterst ondemocratische elementen. Het instituut van de Opperste Leider is daar duidelijk een van. Deze voor onbepaalde termijn, religieus-politieke leider heeft rechtstreeks controle over onder andere strijdkrachten, rechterlijke macht en inlichtingendiensten. President of parlement hebben daar geen greep op. Een ondemocratisch orgaan is ook de benoemde Raad van Hoeders van de Grondwet, die kandidaten voor verkiezingen toetst en door het parlement aangenomen wetten als anti-islamitisch kan schrappen.
MET NAME DE Opperste Leider blijft onaantastbaar; dis cussie over zijn functie en functioneren was taboe. Maar ook hierin is inmiddels verandering gekomen. De huidige functionaris, ayatollah Ali Khamenei, heeft nooit het aanzien gehad van zijn voorganger, imam Khomeiny, en zijn positie is de laatste tijd ernstig verzwakt door zijn associatie met de gehate conservatieven. Te voorzien is dat op termijn aan de positie van Opperste Leider en Raad van Hoeders zal worden geknaagd. Die is immers ook niet heilig: zij is vastgelegd in de grondwet die kan worden geamendeerd. Met zaken die in de islam zijn geworteld, zoals het echtscheidingsrecht, waarbij vrouwen er op dit moment erg slecht afkomen, ligt hervorming heel wat moeilijker. Met deze ontwikkelingen in Iran is het nu hoogste tijd geworden voor minister van Buitenlandse Zaken Van Aartsen.In tegenstelling tot de meeste Europese hoofdsteden heeft Den Haag een zeer afhoudende lijn gevolgd ten aanzien van Iran. Daarbij speelt een rol dat het parlement de ontwikkelingen in Iran met groot wantrouwen beziet, mede als gevolg van de propaganda van het zogenaamde Iraanse democratische verzet van de Mujahedeen-Khalq. Deze sektarische groep, die Khatami verkettert als erger dan de zwartste mullahs, claimt brede groepen in Iran te vertegenwoordigen. De waarheid is dat ook de scherpste critici van het islamitische bewind binnen Iran niets moeten hebben van de Mujahedeen- Khalq.
DE ECONOMISCHE toestand in Iran is zeer slecht, met een hoge inflatie en een grote werkloosheid. Willen de hervormers de wind in de zeilen houden, dan zullen zij de economische problemen snel en grondig moeten aanpakken. Daarbij is de hulp van buitenlandse investeerders onontbeerlijk. Dit betreft hoofdzakelijk Europa, aangezien de Amerikaanse regering nog steeds een handelsboycot tegen Iran (als sponsor van internationaal terrorisme) handhaaft. De meeste Europese regeringen hebben al toenadering tot het nieuwe Iran gezocht en daarmee potentiële investeerders aangemoedigd. De Iraanse democratische beweging is het waard gesteund te worden. Ook door Nederland.
Zie ook:
Weer taboe Iran overboord (23 februari 2000)
|
NRC Webpagina's
25 FEBRUARI 2000
( a d v e r t e n t i e s )
|
Bovenkant pagina |