|
Jan Nico Scholten
Onder vuur
|
Koopman
Wel wordt ook Scholten in zijn nieuwe leven geregeld onderwerp van kritiek op zijn financiële werkwijzen. Dat er een voedingsbodem is voor zulke kritiek, ligt mede aan een kwestie waarin Scholten in het begin van zijn loopbaan betrokken was. In 1970 blijkt dat hij als burgemeester van Andel eerder 130.000 gulden op zijn priverekening kreeg van een aannemer met wie zijn gemeente zaken deed. Het geld was bedoeld voor grondtransacties voor de gemeenschap, zei Scholten ter verdediging, en een justitieel onderzoek leverde geen strafbare feiten op. Later beaamt Scholten nochtans dat hij ,,onvoldoende bestuurlijke zorgvuldigheid'' aan de dag legde. In het boek Vrijheid zegt hij: ,,Ik was te veel als 'koopman' opgetreden''. Koopmanschap en bevlogenheid zullen zijn openbare leven blijven bepalen. Als Scholten in 1983 voorzitter wordt van Vluchtelingenwerk Nederland (VWN) is dat een krakkemikkige organisatie. Hij stroomlijnt de vereniging en dwingt professionalisme in structuur en presentatie af. De lobby van de vereniging in Den Haag wint aan kracht en de financiële positie van de organisatie knapt spectaculair op, mede dankzij het feit dat VWN de laatste jaren 20 miljoen gulden ontvangt van de Postcodeloterij. Met dank aan Scholten kan VWN voortaan een financieel zorgeloos bestaan leiden. Er is een keerzijde. Begin 1998 wordt bekend dat het zeven leden tellende dagelijks bestuur van VWN zichzelf per jaar 400.000 gulden aan onkostenvergoedingen en honorering uitbetaalt. Uit gegevens van VWN kan worden herberekend dat Scholten hiervan minstens 60.000 gulden honorarium per jaar ontvangt, exclusief onkosten. Het is de prijs van de professionalisering, oordeelt een extern adviseur in opdracht van het VWN-bestuur. Volgens de adviseur is op een correcte wijze toestemming verleend voor de betalingen. Hij vindt ze bovendien redelijk; Scholten besteedt twee dagen per week aan VWN. Maar Amnesty International, dat een zetel in het bestuur van VWN bezet, blijft ook daarna van opvatting dat in een vrijwilligersorganisatie dergelijke betalingen aan bestuursleden ongepast zijn. De voorzitter van de voorloper van VWN, prof. H. Meijers, wijst begin dit jaar direct de beschuldigende vinger naar Scholten. In het boek Het zout der aarde zegt hij: ,,Het vluchtelingenwerk werd belangrijker en dan, ik ben tendentieus maar toch, komen de statuszoekers erop af. Die worden zoals bij Vluchtelingenwerk voorzitter. Ze moeten gewoon het geld hebben. Ze veranderen de statuten en de leden van het dagelijks bestuur keren zichzelf als semi-permanente bestuurders een onkostenvergoeding uit.''
|
NRC Webpagina's
7 NOVEMBER 1998
|
Bovenkant pagina |