|
afleveringen
30 DORPEN EN STADSBUURTEN DOBBELEN OM DE MACHT
KIEZERS: POLITIEKE |
Dobbelen om de macht
Het achterhalen van de oorzaken zou apart onderzoek vergen. Wel zijn er
indrukken: meer stress, meer angst voor 'vreemden op de stoep', meer
politieke desinteresse. En, niet in de laatste plaats: Nederland is de
colporteurs en telemarketeers meer dan beu - de moderne marskramers die
op- en aanbellen met hun gladde praatjes. Wegwezen, allemaal!
Waarover spraken zij die wel willen praten? Het politieke engagement van
de Nederlanders is de afgelopen jaren bepaald niet toegenomen. Het gros
van het electoraat beweegt zich tussen ,,ach, ik volg dat niet zo'' en
,,ze doen maar, daar in Den Haag''. Nederland mag van het volk een land
van regenten blijven.
Toch valt er, na aftrek van nonrespons en desinteresse, wel enige
beweging onder de kiezers te ontdekken. De verzorgingsstaat is weer in
de mode. De stemming in het land is 'zachter' dan aan de vooravond van
de verkiezingen in 1994. Vier jaar geleden waren 'de buitenlanders'
hét thema bij de kiezers. Het electoraat maakte zich zorgen over
de toekomst: hoe moest dat nu toch verder, met die hoge werkloosheid en
de uitkeringen, met de misdaad om de hoek en de oorlog op de Balkan die
steeds dichterbij kwam?
Bezorgdheid is er nog steeds, hoewel moeilijker van geklaag te
onderscheiden. Het vraagstuk van minderheden en asielzoekers heeft zijn
scherpste kantjes verloren. Drs. H. Janmaat te 's-Gravenhage is er niet
in geslaagd uit te groeien tot een Nederlandse Jean-Marie Le Pen of
Jörg Haider. Sterker nog, de Centrumdemocraat speelt zelfs nog geen
bijrolletje in de belevingswereld van de ondervraagde kiezers.
Botte praat over buitenlanders valt nog steeds te noteren. Maar vaak
volgen begrip en nuance als de eerste stoom is afgeblazen. De regels en
procedures voor de toelating van asielzoekers moeten duidelijk zijn.
Alleen dan kan Nederland streng zijn, zo valt her en der op te tekenen.
Het gaat voelbaar beter met Nederland dankzij banengroei en
beurshausse. Hebzuchtiger lijkt het land er niet van te zijn geworden.
De overheid staat niet langer symbool voor traagheid en geldverspilling.
En de markt is niet langer het middel tegen alle kwalen. Nee, nu het zo
goed gaat met Nederland mag er wel eens meer geld worden gestoken in de
gezondheidszorg en de sociale zekerheid. Waarom zoveel optie-miljoenen
in de zakken van de heren van Philips en ING? En waarom kunnen
patiënten in het verpleeghuis niet elke dag gewassen worden of
moeten bejaarden sappelen met een schamele AOW-uitkering?
Dat de verzorgingsstaat mag worden opgepoetst, heeft alles te maken met
de vergrijzende bevolking. En het zijn niet alleen de 65-plussers die
willen meedelen in deze vette jaren van economische groei. Ook
veertigers en vijftigers maken zich zorgen. De sociale zekerheid is nu
wel voldoende 'afgebroken'. En straks, als de ouderdom met gebreken
komt, hoe zal de kwaliteit van medische behandeling, verpleging en
verzorging dan zijn?
Wordt Nederland bij deze verkiezingen ook een 'linkser' land? Dat valt
nog te bezien. Om te beginnen laat het schema van links en rechts zich
steeds moeilijker hanteren in het politiek vlakke Nederland. Vorige week
nog stelde de 'rechtse' VVD in de Tweede Kamer voor een jaarlijkse
subsidie van honderd miljoen gulden aan Philips te beëindigen,
terwijl de 'linkse' PvdA zich opwierp als pleitbezorger van de
multinational.
Partijen zijn minder duidelijk links en rechts, maar ook kiezers brouwen
nieuwe melanges van politieke standpunten over allerlei kwesties. Het is
helemaal niet ondenkbaar meer te twijfelen tussen een stem op de VVD of
een stem op GroenLinks.
En twijfelen doet de kiezer - meer dan ooit. Eenderde weet drie weken
voor de verkiezingen nog steeds niet op welke partij hij zijn stem zal
uitbrengen. Een deel van hen hunkert naar kennis over partijprogramma's,
zoekt rationele argumenten om tot een keuze te komen.
Computerprogramma's die helpen bij het bepalen van de partijvoorkeur
kunnen zich in een grote populariteit verheugen. Maar er is ook een
flink aantal mensen dat nog geen idee heeft hóe tot een keuze te
komen. Toevalligheden van de laatste dag of het laatste uur kunnen
bepalend zijn voor de verdeling van tientallen zetels. Het is dobbelen
om de macht geworden.
Zo weifelend als de kiezers zijn over hun partijvoorkeur, zo
uitgesproken zijn ze in hun voorkeur voor de leider van het volgende
kabinet: Kok moet blijven! Bolkestein noch enige andere politicus kan in
zijn schaduw staan. Het zijn geen grootse visies of belangwekkende
beleidsdaden waaraan Kok deze ongekende steun te danken heeft. Het gaat
puur om de persoon, om het karakter, het imago. Kok is een 'goeie vent',
zo Hollands als maar zijn kan: sober, geen grote woorden, en het hart op
de goede plaats als de portemonnee dat toelaat.
Maar met wie moet Kok regeren? Daarover verkeert het land in verwarring.
Geen enkele coalitie is nog vanzelfsprekend, geen enkele is meer
uitgesloten. De vanzelfsprekendheid van regeringsverantwoordelijkheid
voor het CDA is na vier jaar paars volkomen verdampt. Bijna even vaak
als het CDA wordt GroenLinks genoemd als mogelijke coalitiepartij.
Kok staat intussen boven de partijen. Sommigen zien de PvdA-leider
zelfs als premier van een kabinet zonder PvdA. Wie zoekt naar een
bevestiging van de groeiende rol van personen en de afnemende rol van
denkbeelden in de politiek heeft de argumenten voor het oprapen.
De vanzelfsprekendheid van de terugkeer van Kok geldt in veel mindere
mate voor die van de paarse coalitie. Maar wat dan? Daarover heerst
totale verwarring. Tientallen combinaties worden voorgesteld - de een
nog onwaarschijnlijker dan de ander. Wat dat betreft is Nederland op
gemeenteniveau de afgelopen jaren al wel wat gewend. Zowel de groeiende
rol van personen als het gemak waarmee regeringscoalities wat de kiezer
betreft kunnen worden ingewisseld, duidt erop dat de landelijke politiek
steeds meer op gemeentepolitiek gaat lijken.
Het humeur van Nederland is sterk aan stemmingen onderhevig. Als het
economisch tegenzit, gaat het eigenbelang voor. Dan wordt er aan de
dorpspomp gemopperd op vreemd volk, en heerst de vrees voor geboefte.
Als het tij keert, mogen gasten meeëten en groeit de aandacht voor
alles wat zwak is. De afgelopen jaren zat het tij mee. Of dat dankzij
paars is, of ondanks paars - dat kan de kiezer eigenlijk niet veel
schelen. Nederland wordt rijker en milder.
|
NRC
Webpagina's
|