NIEUWS |  TEGENSPRAAK  | SUPPLEMENT  | AGENDA | ARCHIEF | ADVERTENTIES | SERVICE 



Overzicht eerdere
afleveringen

 PROFIEL KIEZERS


  KIEZERSENQUETE 1998:
 30 DORPEN EN STADSBUURTEN
 DOBBELEN OM DE MACHT

 KIEZERS:
PREMIER
 COALITIE
 NIET
 MISSCHIEN
 TROUW
 TWIJFEL
 NIEUW
 HARTENKRETEN

POLITIEKE
KWESTIES:

VEILIGHEID
 MILIEU
 BUITENLANDERS
 ZORG
 SOCIAAL
 PROGNOSE

 ENQUÊTE 1994

Verkiezingssite

Dobbelen om de macht


Dick van Eijk en Gijsbert van Es
LAAT NEDERLAND met rust. Bij enkele duizenden huizen moesten verslaggevers van NRC Handelsblad eind vorige week aanbellen om uiteindelijk 589 Nederlanders te spreken te krijgen. Onaangekondigd bezoek kan ongelegen komen. Maar er lijkt meer aan de hand. Bij vergelijkbaar huisbezoek, vier jaar geleden, zwaaiden de voordeuren soepeler open dan aan de vooravond van de Tweede-Kamerverkiezingen '98.

Het achterhalen van de oorzaken zou apart onderzoek vergen. Wel zijn er indrukken: meer stress, meer angst voor 'vreemden op de stoep', meer politieke desinteresse. En, niet in de laatste plaats: Nederland is de colporteurs en telemarketeers meer dan beu - de moderne marskramers die op- en aanbellen met hun gladde praatjes. Wegwezen, allemaal!

Waarover spraken zij die wel willen praten? Het politieke engagement van de Nederlanders is de afgelopen jaren bepaald niet toegenomen. Het gros van het electoraat beweegt zich tussen ,,ach, ik volg dat niet zo'' en ,,ze doen maar, daar in Den Haag''. Nederland mag van het volk een land van regenten blijven.

Toch valt er, na aftrek van nonrespons en desinteresse, wel enige beweging onder de kiezers te ontdekken. De verzorgingsstaat is weer in de mode. De stemming in het land is 'zachter' dan aan de vooravond van de verkiezingen in 1994. Vier jaar geleden waren 'de buitenlanders' hét thema bij de kiezers. Het electoraat maakte zich zorgen over de toekomst: hoe moest dat nu toch verder, met die hoge werkloosheid en de uitkeringen, met de misdaad om de hoek en de oorlog op de Balkan die steeds dichterbij kwam?

Bezorgdheid is er nog steeds, hoewel moeilijker van geklaag te onderscheiden. Het vraagstuk van minderheden en asielzoekers heeft zijn scherpste kantjes verloren. Drs. H. Janmaat te 's-Gravenhage is er niet in geslaagd uit te groeien tot een Nederlandse Jean-Marie Le Pen of Jörg Haider. Sterker nog, de Centrumdemocraat speelt zelfs nog geen bijrolletje in de belevingswereld van de ondervraagde kiezers.

Botte praat over buitenlanders valt nog steeds te noteren. Maar vaak volgen begrip en nuance als de eerste stoom is afgeblazen. De regels en procedures voor de toelating van asielzoekers moeten duidelijk zijn. Alleen dan kan Nederland streng zijn, zo valt her en der op te tekenen.

Het gaat voelbaar beter met Nederland dankzij banengroei en beurshausse. Hebzuchtiger lijkt het land er niet van te zijn geworden. De overheid staat niet langer symbool voor traagheid en geldverspilling. En de markt is niet langer het middel tegen alle kwalen. Nee, nu het zo goed gaat met Nederland mag er wel eens meer geld worden gestoken in de gezondheidszorg en de sociale zekerheid. Waarom zoveel optie-miljoenen in de zakken van de heren van Philips en ING? En waarom kunnen patiënten in het verpleeghuis niet elke dag gewassen worden of moeten bejaarden sappelen met een schamele AOW-uitkering?

Dat de verzorgingsstaat mag worden opgepoetst, heeft alles te maken met de vergrijzende bevolking. En het zijn niet alleen de 65-plussers die willen meedelen in deze vette jaren van economische groei. Ook veertigers en vijftigers maken zich zorgen. De sociale zekerheid is nu wel voldoende 'afgebroken'. En straks, als de ouderdom met gebreken komt, hoe zal de kwaliteit van medische behandeling, verpleging en verzorging dan zijn?

Wordt Nederland bij deze verkiezingen ook een 'linkser' land? Dat valt nog te bezien. Om te beginnen laat het schema van links en rechts zich steeds moeilijker hanteren in het politiek vlakke Nederland. Vorige week nog stelde de 'rechtse' VVD in de Tweede Kamer voor een jaarlijkse subsidie van honderd miljoen gulden aan Philips te beëindigen, terwijl de 'linkse' PvdA zich opwierp als pleitbezorger van de multinational.

Partijen zijn minder duidelijk links en rechts, maar ook kiezers brouwen nieuwe melanges van politieke standpunten over allerlei kwesties. Het is helemaal niet ondenkbaar meer te twijfelen tussen een stem op de VVD of een stem op GroenLinks.

En twijfelen doet de kiezer - meer dan ooit. Eenderde weet drie weken voor de verkiezingen nog steeds niet op welke partij hij zijn stem zal uitbrengen. Een deel van hen hunkert naar kennis over partijprogramma's, zoekt rationele argumenten om tot een keuze te komen. Computerprogramma's die helpen bij het bepalen van de partijvoorkeur kunnen zich in een grote populariteit verheugen. Maar er is ook een flink aantal mensen dat nog geen idee heeft hóe tot een keuze te komen. Toevalligheden van de laatste dag of het laatste uur kunnen bepalend zijn voor de verdeling van tientallen zetels. Het is dobbelen om de macht geworden.

Zo weifelend als de kiezers zijn over hun partijvoorkeur, zo uitgesproken zijn ze in hun voorkeur voor de leider van het volgende kabinet: Kok moet blijven! Bolkestein noch enige andere politicus kan in zijn schaduw staan. Het zijn geen grootse visies of belangwekkende beleidsdaden waaraan Kok deze ongekende steun te danken heeft. Het gaat puur om de persoon, om het karakter, het imago. Kok is een 'goeie vent', zo Hollands als maar zijn kan: sober, geen grote woorden, en het hart op de goede plaats als de portemonnee dat toelaat.

Maar met wie moet Kok regeren? Daarover verkeert het land in verwarring. Geen enkele coalitie is nog vanzelfsprekend, geen enkele is meer uitgesloten. De vanzelfsprekendheid van regeringsverantwoordelijkheid voor het CDA is na vier jaar paars volkomen verdampt. Bijna even vaak als het CDA wordt GroenLinks genoemd als mogelijke coalitiepartij.

Kok staat intussen boven de partijen. Sommigen zien de PvdA-leider zelfs als premier van een kabinet zonder PvdA. Wie zoekt naar een bevestiging van de groeiende rol van personen en de afnemende rol van denkbeelden in de politiek heeft de argumenten voor het oprapen.

De vanzelfsprekendheid van de terugkeer van Kok geldt in veel mindere mate voor die van de paarse coalitie. Maar wat dan? Daarover heerst totale verwarring. Tientallen combinaties worden voorgesteld - de een nog onwaarschijnlijker dan de ander. Wat dat betreft is Nederland op gemeenteniveau de afgelopen jaren al wel wat gewend. Zowel de groeiende rol van personen als het gemak waarmee regeringscoalities wat de kiezer betreft kunnen worden ingewisseld, duidt erop dat de landelijke politiek steeds meer op gemeentepolitiek gaat lijken.

Het humeur van Nederland is sterk aan stemmingen onderhevig. Als het economisch tegenzit, gaat het eigenbelang voor. Dan wordt er aan de dorpspomp gemopperd op vreemd volk, en heerst de vrees voor geboefte. Als het tij keert, mogen gasten meeëten en groeit de aandacht voor alles wat zwak is. De afgelopen jaren zat het tij mee. Of dat dankzij paars is, of ondanks paars - dat kan de kiezer eigenlijk niet veel schelen. Nederland wordt rijker en milder.

NRC Webpagina's
24 april 1998

   Bovenkant pagina


NRC Webpagina's © NRC HANDELSBLAD (web@nrc.nl) APRIL 1998