|
AJAX FNUIKENDE VLUCHT NAAR VOREN 1900-2000 RECORD-AJACIED TOPSCORERS BENNIE MULLER TRANSFER OUD-VOORZITTER TOP TIEN MUSEUM ALLESWETER SURVIVOR JONG TALENT BESTUUR ACTIVITEITEN INTERNET Overzicht eerdere afleveringen Profiel
|
Oud-voorzitter
Opkomst en val van een brombeer Enkele maanden voor zijn dood werd Ton Harmsen nog geroyeerd als lid. De opkomst en ondergang van een markante voorzitter uit een hectische periode
NADAT TON HARMSEN op een zondagochtend in september 1998 na een lange lijdensweg overleed, zweeg Ajax in alle talen. Geen rouwbanden bij de spelers, geen minuut stilte, geen rouwadvertentie. In een brief aan de weduwe van Ton Harmsen schreef bestuurslid Hennie Henrichs dat dit was gedaan om escalatie op de tribune te voorkomen, maar de supportersvereniging had wél een rouwadvertentie geplaatst. Het bestuur liet bewust de kans aan zich voorbijgaan om de markante ex-voorzitter, die de club in de roerige periode 1978-1988 had geleid, postuum te rehabiliteren. Achteraf niet zo verwonderlijk. Enkele maanden voordat Harmsen (1925-1998) in een coma raakte waaruit hij niet meer zou ontwaken, gleed bij hem thuis in Avenhorn een brief in de bus waarin Ajax bekendmaakte dat hij was geroyeerd als lid. De envelop heeft hij nooit geopend en altijd op de schoorsteenmantel laten staan. Het was typerend voor de afstandelijke relatie tussen Harmsen en zijn voormalige liefde in de laatste tien jaar van zijn leven. De zwartgeldaffaire, waarvoor Harmsen in 1991 tot een boete van 175.000 gulden en een voorwaardelijke gevangenisstraf werd veroordeeld, is hem tot zijn dood blijven achtervolgen. Uit een onderzoek van de fiscale opsporingsdienst FIOD bleek dat Harmsen een centrale rol had gespeeld bij belastingontduiking in transfers van de spelers S⊘ren Lerby, Henning Jensen, Frank Arnesen en Frank Stapleton. Ajax kreeg naar aanleiding van deze geruchtmakende affaire een boete van een miljoen gulden. Toch vindt Harmsens zoon Sven, die zijn vader regelmatig met raad en daad bijstond, dat Ton Harmsen door het huidige bestuur een betere behandeling had verdiend. ,,Mijn vader was misschien een moeilijke bullebak, maar ook ongelooflijk correct. Hij is van Ajax geen gulden beter geworden. Uit de papieren die nadat hij is overleden zijn gevonden, bleek dat de hele FIOD-affaire hem vijf ton uit eigen zak heeft gekost. De club was financieel een chaos toen hij het overnam. Toch heeft hij zijn voorganger Jaap van Praag altijd hoog gehouden en hem benoemd tot erevoorzitter. Maar als je ziet hoe zijn zoon Michael is omgesprongen met mijn vader, dat heeft niets meer met fatsoensnormen te maken. Die man is in mijn ogen een nul. Het huidige bestuur kon niet eens de beleefdheid opbrengen om een afvaardiging naar de begrafenis te sturen. Waardeloos volk.'' Harmsen liet het stadion De Meer verbouwen en de eerste Nederlandse skyboxen installeren. Ook was hij trendsetter door met TDK het eerste miljoenencontract af te sluiten voor shirtreclame. De huidige penningmeester Van Os heeft altijd beweerd dat het bestuur-Harmsen de club in 1988 achterliet met een miljoenentekort. Een van zijn voorgangers, Lou Bartels, kan zich dat nauwelijks voorstellen. Bartels was schatbewaarder van Ajax in de periode 1980-1987. ,,Ik heb de club verlaten zonder ook maar een stuiver tekort. Maar toen ik kwam stond Ajax wél in de rode cijfers. Van Praag en Timman hadden idiote uitgaven gedaan en alleen geïnvesteerd in lichtmasten. Het geld van de transfers van Cruijff en Neeskens was opgemaakt. Een tekort van ruim een miljoen heb ik toen omgezet in een batig saldo van anderhalf miljoen.'' Bartels stapte in 1987 uit het bestuur. ,,Ik werkte sinds mijn 23ste al zelfstandig en had moeite met het dictatoriale optreden van Harmsen.'' De FIOD-affaire bracht Bartels en Harmsen weer bij elkaar. De voormalig penningmeester leeft ook met rancune ten opzichte van het huidige bestuur. ,,Ik wacht nog steeds op excuses. Op een gegeven moment heeft Van Os zelfs willen laten onderzoeken of wij niet van het Ajax-terrein geweerd konden worden. Over de wijze waarop wij zijn behandeld door justitie haal ik nu mijn schouders op. Het heette de zwartgeldaffaire, maar het ging voornamelijk om tekengeld dat toentertijd in loontechnisch opzicht netto werd verwerkt.'' De fraudezaak liet diepe littekens achter bij Ton Harmsen. Als voorzitter had hij veel vrienden. Toen het eenmaal fout ging, hield hij er weinig of geen meer over. Voor het grote publiek was Harmsen vanaf het begin geen populaire voorzitter. Toen hij in 1978 Jaap van Praag opvolgde had hij grote moeite om zijn voorganger te doen vergeten. De charmante persoonlijkheid die wegens zijn 68-jarige leeftijd na veertien gouden jaren was teruggetreden, leek zo op het oog te hebben plaatsgemaakt voor een onbehouwen bullebak. Maar wie Harmsen goed kende, wist dat hij ook een zachtaardige brombeer kon zijn. Anton Harmsen, een voormalig basket- balinternational, kwam hoogstens één keer per jaar bij Ajax tot hij door Van Praag werd benaderd om hem op te volgen. Beiden kenden elkaar uit het zakenleven. Harmsen had een florerend bedrijf in verwarmingsartikelen opgebouwd, met 600 werknemers. Hij kon echter niet bogen op enige bestuurlijke ervaring in de sportwereld. Harmsen had een neus voor talentvolle trainers. Hij nam verschillende onervaren oefenmeesters in dienst, die later hun sporen zouden verdienen. Zoals Leo Beenhakker, Aad de Mos én Louis van Gaal, die na zijn vertrek bij AZ in De Meer emplooi vond als jeugdtrainer. Het meeste opzien baarde Harmsen met de aanstelling van Johan Cruijff. Daarmee tartte hij de reglementen van de KNVB, want de gewezen wereldvoetballer had geen enkel diploma op zak en was ook niet van plan die te halen. De coach Cruijff dirigeerde Ajax in 1987 naar de Europa Cup II. Harmsen had Cruijff eind 1981 eerst als speler naar De Meer gehaald. Lang niet iedereen bij Ajax was geporteerd van de terugkeer van de verloren zoon, die meedeelde in de recettes. Zoon Sven, zelf actief als springruiter: ,,Toevallig zat ik thuis aan tafel toen hij de bestuursleden informeerde over de mogelijkheid om Johan terug te halen. Eén keer klonk het aan de andere kant van de lijn: 'We hebben geen opvangcentrum voor ouwen van dagen'. Mijn vader moest de komst van de 34-jarige Cruijff er in zijn eentje doordrukken. Toen Johan bij zijn rentree tegen Haarlem met die lob een prachtig doelpunt maakte, was hij natuurlijk ineens de gevierde man.'' Na anderhalf jaar gingen Ajax en Cruijff alweer uit elkaar. Harmsen weigerde zijn salaris van anderhalf miljoen gulden te betalen. ,,Hij komt wel weer terug'', bromde hij tegen zijn zoon. Eerst zou de weliswaar overjarige, maar nog steeds briljante voetballer Feyenoord kampioen maken. Toen Cruijff op 4 januari 1988 Ajax als trainer de rug toekeerde, luidde dat indirect de ondergang in van het bestuur-Harmsen. Zoon Sven, die mede door zijn activiteiten in de ruitersport contact onderhield met Cruijff, kan zich die dag nog goed herinneren. ,,Hij belde mij dat hij in de knoei zat met Johan. Ik ben naar Vinkeveen gereden en zei tegen Cruijff: 'Dit is een ramp, dit is toch verschrikkelijk. Zet jij nou die stap om mijn vader te bellen.' Ja, zei Johan, dit is verschrikkelijk. En hij pakte de telefoon. Maar het enige wat hij te horen kreeg was: 'Ik heb geen nieuws, Johan. Ik hoef niet meer te praten'. Toen had ook Johan er genoeg van. Mijn vader was een man die wilde dat het ging zoals hij vond dat het moest gebeuren. ,,Toch denk ik dat hij en Cruijff het samen wel hadden klaargespeeld. Mijn vader beschouwde Johan als zijn zoon. Ze waren beiden even rechtlijnig. Maar er werden toen machtsspelletjes gespeeld binnen Ajax. Mijn vader is gezwicht onder de druk van medebestuursleden. Hij heeft de breuk met Cruijff nooit echt kunnen verwerken. Ik heb daarna in Barcelona de dochter van Johan nog paardrijlessen gegeven. Er werd daar aan tafel nooit over mijn vader gesproken. En als een ander erover begon, greep Johan meteen in. Dat heb ik altijd gewaardeerd.'' Het volgende seizoen stelde Harmsen in de persoon van Kurt Linder een verkeerde trainer aan. De oefenmeester zorgde met zijn ouderwetse opvattingen voor dramatische prestaties. Het supportersoproer kraaide. Harmsen werd bedreigd in zijn woning in Avenhorn. Hij ontbood op een zondag in september 1988 alle bestuursleden op zijn jacht dat toen was aangemeerd bij Leimuiden. Daar maakte hij zijn vertrek bekend. Enkele dagen later deed de FIOD een inval bij Ajax. Er werden bestuursleden voor verhoor in hechtenis genomen. Harmsen vertoefde in Zwitserland toen de recherche in Avenhorn bij hem op de stoep stond. Zoon Sven: ,,Ik heb hem daar gebeld en gezegd dat ik hem kwam halen. Op de terugreis had ik in zes uur de mooiste tijd van mijn leven met mijn vader. Alles hebben we doorgesproken. Hij begreep er niets van en dacht dat er alleen wat was misgegaan met de transfer van Gasselich.'' Harmsen verbleef vier dagen achter slot en grendel. Enkele dagen na zijn vrijlating werd hij tijdens de oudejaarsnacht van 1998 getroffen door een herseninfarct. Volgens Bartels is ook de gezondheid van voormalig penningmeester Brandsteder, die een hartkwaal had, in hechtenis snel verslechterd. Hij overleed kort daarna. Harmsen werd volgens zijn zoon een ander mens. In de laatste jaren van zijn leven was de verguisde voorzitter bijna voor niemand meer te benaderen. Kort voor zijn dood werden aan een kant de toppen van zijn tenen verwijderd. Hij leed aan suikerziekte en kampte met een diabetici-voet. Sven: ,,Hij had veel pijn en lag hele dagen in bed. Er was geen land meer met hem te bezeilen. Uit onvrede heb ik hem op zijn laatste verjaardag niet meer gebeld. Toen raakte hij in coma en kon ik hem niet meer spreken. Daar heb ik het best wel moeilijk mee gehad.'' Harmsen lag enkele weken in coma en stierf in eenzaamheid. Enkele maanden later overleed ook zijn trouwe hondje Gino. Hij werd bijgezet in het graf van zijn baasje.
|
NRC Webpagina's |
Bovenkant pagina |