Door onze correspondent
FRANK WESTERMAN
MOSKOU, 29 MAART. ,,Dood aan Mickey Mouse''. Een meisje met vlechtjes vraagt of iemand nog een viltstift heeft, want het
muurtje tegenover de Amerikaanse ambassade in Moskou is nog lang niet vol. Er staat al wel dat Bill Clinton ,,het product is
van een lekkend condoom''.
Het trottoir aan de drukke ringweg is afgezet door een haag agenten, als bij een voetbalwedstrijd. Er zijn verschillende
vakken, een F-side met Spartak-fans die stadionliedjes zingen, een hoek voor de zwarthemden van de schrijver Edoeard Limonov
(die al eens een mitrailleur heeft leeggeschoten op Sarajevo), een paar tegels voor de kortgeknipte padvinders van Vladimir
Zjirinovski en dan het graffitimuurtje met veel ‘Bill en Monica'-variaties.
Een schamele driehonderd betogers, op deze eerste lentedag in Moskou. Het valt niet mee een zinnig gesprek te voeren: de
kinderen zijn te klein om te beseffen wie er op de Balkan tegen wie vecht, en de bejaarde communisten kramen vooral veel
anti-semitica uit. (,,Het bombardement is de schuld van de joden''. ,,Nee, van Jeltsin.'' ,,Wat ik je zeg, Jeltsin wordt
omringd door joden.'')
De wodka- en bierkiosken tegenover het statige ambassadegebouw doen goede zaken. Dag vijf van de protesten was bepaald niet
de saaiste: de stille getuigen (twee granaatwerpers) van een mislukte aanslag liggen nog op het asfalt van de twaalfbaans
Tuinring, waaraan de voorgevel van het ambassadecomplex grenst. Een gemaskerde man in legergroen was uit een witte jeep
gestapt, een bazooka in de aanslag, maar het ding ging niet af en al schietend reden de terroristen weg.
De Spartak-aanhang was er nog van onder de indruk. Dit was wat anders dan vuurwerk op het veld, en bovendien: het eiergooien
naar de slaphangende stars-and-stripes begon te vervelen. Zaterdag nog was de dollarverbranding het hoogtepunt van de dag:
drie jongens staken voor het oog van de camera elk een biljet van 1 dollar in brand. Een pijnlijke stunt, want de met rode
speldjes getooide bejaarden hadden al maanden geen roebel, laat staan een dollar, gezien.
Dit is waar de schoen wringt: terwijl de greenbacks in rook opgingen, werd de Amerikaanse munt alleen maar sterker ten
opzichte van de Russische. En elders in de stad hield de communist Joeri Masljoekov, de vice-premier die Ruslands economie
moet redden, beleefd zijn hand op bij IMF-directeur Michel Camdessus. Het IMF heeft de Russen de arm op de rug gedraaid, zo
voelt het, en de NAVO geeft intussen knietjes.
Moet Moskou om geld smeken, zich inhouden en niet al te wild om zich heen slaan (zoals de regering en de president doen)? Of
moet het land de economische misère vergeten, wapens en vrijwilligers naar Belgrado sturen en dreigen met zijn
kernmacht (zoals de nationalisten en communisten in de Doema willen)? Het is een dilemma dat steeds meer Russen van binnen
verscheurt.
Zoals de zachtmoedige Sergej, die met zijn dochter bij het klaagmuurtje tegenover de Amerikaanse ambassade staat. ,,Ik ben
muzikant, ik ben een vredelievend mens, maar als je mij een geweer geeft ga ik naar Servië.'' Hij is trots dat zijn
dochter (het meisje met de vlechtjes en de viltstift) niet door Michael Jackson, McDonalds en jeans is verpest. ,,Kijk, deze
kinderen zijn vijftien, zestien jaar, te jong nog om geïndoctrineerd te zijn door het communisme, maar toch zijn ze
anti-Amerikaans.''
De gelovige Sergej, met een lange paardenstaart, voelt zich gesterkt door de patriarch van alle Russen, Aleksej II, die bidt
voor de Slavische geloofsgenoten op de Balkan. Hij vervloekte gisteren de Britse piloten die ,,Vrolijk Pasen' op hun bommen
zouden schrijven, voordat ze die boven Belgrado droppen. ,,Blasfemie! Genocide! Heiligschennis!'' Maar tegenover zijn
boodschap staat die van de televisie. Gisteren haalde die fel uit ,,naar al die krachten die Rusland de oorlog willen
inzuigen''.
De onafhankelijke zender NTV toonde het bloedbad dat Russische tanks in 1956 in Boedapest hadden aangericht, met de vraag:
gaan we dit keer naar Belgrado? Alle wandaden van de communisten van deze eeuw waren versneden met beelden van de betogers
bij de Amerikaanse ambassade. Dronken hooligans die tegen de geelgesausde dienstingang staan te pissen. En natuurlijk de
granaatwerper het symbool van de wanorde waarin de communisten Rusland willen storten.