C O L U M N S NIEUWS | TEGENSPRAAK | SUPPLEMENT | AGENDA | ARCHIEF | ADVERTENTIES | SERVICE |
KAREL KNIP
DE DRAAD
|
KAREL KNIP
Badderen
Heel veel interessants heeft het vliegende circus eigenlijk niet te melden. Het boek behandelt de veelgeroemde akoestiek van de badkamer en allerlei vreemde waterleidinggeluiden (samenhangend met cavitatie), maar laat de gevreesde waterslag onbesproken. Het analyseert de warmtehuishouding van de badgast tijdens en na het baden maar laat in het midden hoe de badgast zich koelt die in water van 37 of meer graden ligt (hij doet dat via zijn longen). De douche brengt Walker op een beschouwing over de ladingsscheiding die vallende druppels teweeg brengen - een elektrische effect dat door geen zintuig wordt waargenomen - maar de eigenaardige beweging van het douchegordijn kreeg pas aandacht toen hij zijn waarnemingen later in Scientific American uitwerkte. Walker heeft zich over veel minder verbaasd dan voor de hand lag, dat is op zichzelf al een intrigerende waarneming. Misschien was hij voor bepaalde soorten onderzoek al te oud toen hij aan zijn boek begon. Er komt een moment in het leven van een man waarop hij niet meer met een snorkel en duikbril het bad in gaat. Toch loont het de moeite om eens van onder een glad wateroppervlak naar boven te kijken en te aanschouwen wat een vis ziet als-ie naar boven kijkt. Of om vast te stellen dat zelfs een ondiep bad al gauw zo diep is dat men - liggend met de buik op de bodem - met geen mogelijkheid lucht door de snorkel kan zuigen. 't Kan ook zijn dat het ligbad sensu strictu in de VS door de aansprakelijkheidsmisère aldaar een zeldzaamheid is geworden en dat alleen nog de Europeanen de knieën onder water krijgen. Dan was het force majeur, zoals de Amerikanen ook buiten hun schuld onbekend zijn met het hinderlijke regelprobleem dat de klassieke gasgeiser hier oplevert. De bijna negentiende-eeuwse koppeling tussen het water- en gassysteem van al die oude Fasto's, Junkers, Vaillants enzovoort introduceerde een vertraging die de eenzame doucher op grote afstand van de geiser tot razernij kan brengen. Helemaal zonder regelproblemen kunnen ook de Amerikanen niet zitten, werd deze week terloops vastgesteld toen een elektronische Blokker-thermometer moest worden gekalibreerd voor komend veldwerk in de Belgische bergen. De meter is niet bestand tegen al te grote hitte en dus moest een ander ijkpunt worden gevonden dan kokend water. Het lag voor de hand dan maar de kerntemperatuur van het eigen lichaam als referentie te gebruiken. Die kern is via de gangbare lichaamsopeningen bereikbaar, maar het aardige is dat de vrij geprepareerd warmtegevoelige Blokker-weerstand klein genoeg is om hem ook eens diep in het oor te steken (tot hij om zo te zeggen tegen het trommelvlies trommelt). Zo gezegd, zo gedaan, en waarachtig, ook aan het eind van de gehoorgang is het precies 37 graden. In de mond kwam de sensor veel lager uit, en wel des te lager naarmate hij dieper in het keelgat werd gestoken. Een mysterie en toch geen mysterie, want achter in de keel steekt de weerstand natuurlijk in de koele luchtstroom die regelmatig van de neus naar de longen trekt. In de neus is het nog kouder, zolang men metend door de neus blijft ademen. Van lieverlee verschoof het onderzoek naar de beïnvloeding van de kerntemperatuur door een warme douche en vandaar naar het temperatuurverschil tussen waterdruppels die net de douchekop verlaten en de druppels die op de grond kletsen. In de bezochte wasgelegenheid liep de temperatuur terug van 41 naar 38 (halverwege) tot 36 bij de grond. Voor de laatste waarneming moesten de druppels in een trechtertje worden bijeengebracht. Wat betreft het regelprobleem is van belang dat de luchttemperatuur in de doucheruimte gedurende het douchen vaak heel snel oploopt, een graad of tien binnen een paar minuten is waarschijnlijk geen uitzondering. De koeling van de druppels neemt dus tijdens het douchen af, het wassen duurt te kort om een evenwichtsituatie te bereiken. De belangrijkste douchewaarneming die hier vandaag wordt opgevoerd is de bevestiging van een waarneming waarvoor een lezer jaren geleden aandacht vroeg. De lezer had opgemerkt dat er tijdens het tandenpoetsen steevast droge plekken ontstonden rond de plaatsen waar hij de uitgewerkte tandpasta in zijn welbenatte keukengootsteen spuugde. De essentie werd destijds niet helemaal duidelijk, bevestiging van het experiment moest daardoor wel mislukken en de lezer is weggehoond. In strijd met de open, niet vooringenomen houding die hier in 1991 was toegezegd. Want het klopt, al komt het verschijnsel waarschijnlijk vaker en beter onder de douche in beeld. Op de geglazuurde tegels van een goed onderhouden douchecel ontstaat tijdens het baden een mooie gesloten waterfilm, zoals dat ook in goed gewassen glaswerk gebeurt. Zodra er een druppel shampoo (of een ander detergens, zoals pure Dreft of een Dreft-oplossing) op de waterlaag valt wijkt het water alsof het door de bliksem is getroffen. Niet zelden is de haast zo groot dat een miniatuur-boeggolf ontstaat. Ook tandpasta bevat detergentia en het staat dus wel vast dat hun oppervlak-actieve eigenschappen daarvoor verantwoordelijk zijn. Maar met geen mogelijkheid viel de afgelopen dagen een begrijpelijke verklaring te vinden.
Karel Knip
Vuile stroop |
Bovenkant pagina |