|
|
|
NIEUWSSELECTIE Ministerie van Buitenlandse Zaken Duitsland
Stern
Nadir
|
Fischer: niet, wel RAF-lid in huis
BERLIJN, 25 JAN. "We waren geen - dat wil ik klip en klaar zeggen - opvangscentrum voor terroristen, tot welke groep ze ook hoorden. Dit zijn heldere en eenduidige uitspraken". De opmerking van de Duitse minister van Buitenlandse Zaken, Joschka Fischer, vorige week tijdens het proces tegen de ex-RAF-terrorist Hans-Joachim Klein in Frankfurt liet niets aan duidelijkheid te wensen over. Vervelend dus voor Fischer dat het weekblad Focus in reactie daarop de biografie van de vroegere RAF-terroriste Margrit Schiller onder de aandacht bracht. Daarin beschrijft Schiller dat ze in 1973 enkele dagen in de WG (Wohängemeinschaft) van Fischer en Cohn-Bendit - de toenmalige studentenactivist die tegenwoordig voor de Franse Groenen in het Europees Parlement zit - had doorgebracht. Fischer had juist voor de rechter, waar hij als getuige optrad omdat Klein een vroegere kameraad was geweest in een knokploeg die krakers moest beschermen tegen ontruimingen door de politie, verklaard: "Ik heb noch wapendepots opgebouwd of wapens vervoerd. (...) Noch heb ik in mijn kamer, noch in andere kamers, met Daniel Cohn-Bendit wapens of explosieven verborgen." En hij had dus ook niet gefungeerd als "herbergier" voor terroristen. Schiller, RAF-lid en al in 1971 gearresteerd, was in die dagen in linkse kringen bekend. Op 5 februari 1973 werd ze veroordeeld tot een gevangenisstraf van twee jaar en drie maanden omdat ze medeplichtig was aan de moord in 1971 op een Hamburgse agent. Schiller zat tot 1973 in de gevangenis, ging daarna in de illegaliteit, werd in 1974 opnieuw gearresteerd vanwege haar RAF-lidmaatschap en tot vijf jaar veroordeeld. Na haar ontslag in 1973 uit de gevangenis, schrijft ze in haar biografie, wilde ze in Frankfurt een kijkje nemen bij de groep Revolutionre Kampf van Daniel Cohn-Bendit en Fischer. In haar autobiografie schrijft ze: "Toen ik daar kwam, nodigde Daniel Cohn- Bendit me uit in zijn huis te logeren. Ik nam het aanbod aan en bleef er een paar dagen. Hij woonde met Joschka Fischer en anderen in een groot oud pand. Ik ontbeet met ze en 's avonds laat gingen we samen enkele kroegen in." De 'onthulling' in Focus moet Fischer zenuwachtig hebben gemaakt. Want ineens zette hij maandagavond, kort voor het Duitse journaal, de vlucht naar voren in. Hij moest, liet hij politiek verslaggever Werner Sonne weten, nodig iets rechtzetten over zijn rebelse verleden als revolutionair en kraker. Fischer zei niet uit te kunnen sluiten, dat de vroegere terroriste van de RAF (Rote Armee Fraktion) Margrit Schiller in Frankfurt enkele dagen in hetzelfde huis verbleef als hij. Niet uit te sluiten was, zei Fischer, dat hij Schiller in huis was tegengekomen en dat ze samen hadden ontbeten. In een paniekerige verklaring van het ministerie van Buitenlandse Zaken heeft Fischer gezegd dat de vraag of Schiller in een kamer van hun huis had gelogeerd niet door de rechter was gesteld. Maar de liberale FDP ziet dat anders. Schiller, die nu in Uruguay woont, moet onmiddellijk door de Duitse justitie gehoord worden om helderheid te krijgen over de tegenstrijdigheden in beide uitspraken, vindt FDP-parlementariër Jörg van Essen. "Het dossier-Fischer is nog niet gesloten", reageerde ook Hans-Peter Repnik van de CDU-fractie. Met de aanvullende verklaring van de minister dat hij de ex-terroriste heeft ontmoet, heeft de zaak "een nieuwe kwaliteit" gekregen. Dat kan volgens Repnik niet zonder gevolgen blijven. De oppositie beraadt zich of een parlementaire onderzoekscommissie moet worden ingesteld naar de zaak-Fischer.
Zie ook:
Druk op Joschka Fischer neemt toe (25 januari 2001) |
NRC Webpagina's 25 JANUARI 2001
|
Bovenkant pagina |
|