|
|
|
NIEUWSSELECTIE Regering Israel Ministerie Buitenlandse Zaken, Israel Palestijnse Nationale Autoriteit
|
Tanks naar grens met Libanon
Premier Israel stelt Arafat ultimatum
Door onze correspondent SALOMON BOUMAN
Tegelijk is na de spectaculaire ontvoering zaterdagochtend van drie Israelische soldaten door de Libanese beweging Hezbollah het Israelische leger langs de grens met Libanon versterkt met tanks en zwaar geschut. De Veiligheidsraad heeft Israel veroordeeld wegens het gebruik van excessief geweld tegen Palestijnse betogers. Indien Arafat de gewapende Palestijnse opstand niet stopt of kan controleren is hij voor Barak geen vredespartner meer, aldus de Israelische premier. Israel zal in dat geval tegen de Palestijnen de noodzakelijk geachte veiligheidsmaatregelen nemen. Deze kunnen herovering van Palestijns gebied en het inzetten van zwaardere wapens tegen de Palestijnen inhouden. De Israelische chef staf generaal, Shaul Mofaz, waarschuwde vandaag dat het aantal Palestijnse slachtoffers dan tientallen malen groter zal zijn. Barak liet zijn sommatie vergezeld gaan van een oproep aan Arafat met hem toch voor vrede te kiezen en de draad van het vredesoverleg weer op te nemen. Indien daar geen zicht op is, zal hij streven naar de vorming van een nationale noodregering met mogelijk Ariel Sharon, de leider van de nationalistische Likud-oppositie, als minister van Buitenlandse Zaken. De troepenconcentratie aan de grens met Libanon is in staat van hoogste paraatheid gebracht. Israelische gevechtsvliegtuigen en helikopters zijn na de ontvoering van de drie militairen voor het eerst sedert de unilaterale terugtrekking van de Israelische strijdkrachten uit Zuid- Libanon, vijf maanden geleden, weer in het Libanese luchtruim verschenen. Israel houdt Syrië en Libanon verantwoordelijk voor het lot van de drie ontvoerde soldaten. Hun voertuig werd door Hezbollah-strijders met explosieven en gericht vuur langs de grens tot stilstand gebracht bij een doorgang in het veiligheidshekwerk langs de grens met Libanon in de oostelijke sector. Het Hezbollah-commando opende het hek en dwong de soldaten in een personenauto die razendsnel verdween. Nadat de Palestijnen het Israelische leger met geweld uit het vermeende graf van Jozef in Nablus hadden verdreven, en vrijdag ook de tijdelijke controle kregen over de toegangen tot de Tempelberg/ Haram-al Sharif in Jeruzalem, komt de ontvoering van de soldaten in Israel als nieuwe vernedering heel hard aan. Sjeik Nasrallah, de leider van Hezbollah, liet op de tv doorschemeren dat hij bereid is de soldaten uit te wisselen tegen 19 Libanezen en leden van de Palestijnse moslim- fundamentalistische organisaties Hamas en de Islamitische Jihad die zich in Israelische gevangenissen bevinden. Intensiteit geweld tussen Palestijnen en Israel vermindert
Onder de Libanezen die Israel vasthoudt, bevinden zich sjeik Abdul Karim Obeid en Mustafa Dirani, een leider van de shi'itische Amal-beweging. Zij zijn ontvoerd als ruilobject voor Ron Arad, een Israelische navigator die in 1986 door Hezbollah gevangen werd genomen. Het is zeer onduidelijk of Arad nog in leven is. Israel houdt Obeid en Dirani op aandringen van het leger als "een gevaar voor de staat Israel" vast hoewel het Hooggerechtshof in Jeruzalem zich in april dit jaar opstelde tegen verlenging van de administratieve hechtenis van beide Libanezen. Het Israelische opperbevel heeft vele malen via de media voor ontvoering van soldaten door Hezbollah of door Palestijnen gewaarschuwd. Sedert zondagavond is de intensiteit van het geweld tussen Israel en de Palestijnen in bezet gebied, dat de afgelopen week in total meer dan 80 levens heeft geëist, in hoofdzaak Palestijnen, wel afgenomen. In de Gazastrook wist de Amerikaanse CIA, die toeziet op de coördinatie tussen de Israelische en Palestijnse veiligheidsdiensten, een bestand tussen Israel en de Palestijnen te bewerkstellingen. Dat gebeurde nadat Israel met raketten en explosieven een aantal hoge gebouwen nabij een militaire positie die de belegerde joodse nederzetting Netzarim verdedigt, had vernietigd. Vanaf deze gebouwen werden de nederzetting en Israelische militairen door Palestijnen onder vuur gehouden. Op de Westelijke Jordaanoever is in een grot het lijk gevonden van een rabbijn uit de nederzetting Elon Moreh, nabij Nablus. Hij werd na de Israelische ontruiming van het vermeende graf van Jozef vermist. Volgens de politie was hij op weg naar het graf om Torah-rollen in veiligheid te brengen. Israel bracht tanks in stelling bij de Jeruzalemse wijk Gilo, die vanuit Beit Jallah, nabij Bethlehem werd beschoten. Ook enkele nederzettingen nabij Ramallah die onder Palestijns vuur zijn komen te liggen hebben militaire versterkingen gekregen. Ernstige onlusten deden zich gisteren voor tussen Israelische joden en Israelische Arabieren in onder andere Nazareth en Tiberias. In Tiberias ging een moskee in vlammen op. Joodse heethoofden molesteerden Arabieren en vernietigden Arabische eigendommen. Israels opperrabbijn Israel Lau heeft zijn stem krachtig verheven tegen dit joodse vandalisme dat volgde op het in brand steken van het vermeende graf van Jozef en anti- Israelische gewelddadigheden door Israelische Arabieren. Met het leger in staat van paraatheid is het Israelische volk maandagavond, 27 jaar na de Egyptisch-Syrische verrassingsaanval op Grote Verzoendag, opnieuw in gebed deze hoge vastendag ingegaan. In afwijking van alle voorafgaande jaren zijn radio en TV paraat gebleven. De mensen is aangeraden het nieuws te blijven volgen zodat zij van eventuele ernstige ontwikkelingen op de hoogte kunnen worden gesteld en reservisten snel kunnen worden opgeroepen.
Zie ook:
Premier Israel stelt Arafat ultimatum (8 oktober 2000) |
NRC Webpagina's 9 OKTOBER 2000
|
Bovenkant pagina |
|