|
|
|
NIEUWSSELECTIE Regering Israel Ministerie Buitenlandse Zaken, Israel Palestijnse Nationale Autoriteit
|
Israels harde hand
De keerzijde van deze keiharde lijn werd meteen duidelijk. Het Israelische geweld verhardde de stemming aan Palestijnse zijde. En bovendien: wie met scherp schiet moet rekening houden met slachtoffers, en dat zijn vaak niet de beoogde doelwitten. Zo stierf de twaalfjarige Mohammed al-Durra bij de brandhaard Netzarim in de Gazastrook zijn tragische dood voor het oog van televisiecamera's. Voor de Palestijnen bewees Mohammed door zijn dood dat 'zij de schutters en wij de slachtoffers' zijn. De slag om de publieke opinie hadden zij daarmee al direct gewonnen.
IN DE VEILIGHEIDSRAAD van de Verenigde Naties leidde dat het afgelopen weekeinde tot een veroordeling van Israel wegens het gebruik van excessief geweld. De Verenigde Staten werden gedwongen hun gebruikelijke bescherming van Israel op te geven en zich van stemming te onthouden om als arbiter geloofwaardig te blijven en wegens, in de woorden van ambassadeur Holbrooke, "de grote gevaren die vandaag in de regio bestaan". Want gewapend met foto's van de stervende Mohammed al- Durra gaan in Kairo, in Amman, in Damascus duizenden mensen de straat op om wraak te eisen tegen de Israeliërs die nu weer in het oude jargon 'zionisten' zijn. Ten dele worden de betogers gemanipuleerd door moslim-fundamentalistische oppositiegroepen die een eigen agenda hebben, maar hoe dan ook lopen de gemoederen hoog op omdat de godsdienst - Jeruzalem! - in het geding is. Het aansteken van een moskee in Tiberias door woedende Israeliërs, afgelopen weekeinde, uit wraak voor de vernieling van het vermeende Graf van Jozef door Palestijnen, kan het vuur in de islamitische wereld alleen hoger doen oplaaien. Op de Arabische televisie gaat de moskee keer op keer in vlammen op. De autoriteiten in Jordanië, waar Palestijnen een ruime meerderheid van de bevolking vormen, hebben zich al genoodzaakt gevoeld de betogingen te verbieden.
DE BETOGERS zetten hun leiders onder druk óók in actie te komen en de Palestijnen gewapenderhand te steunen tegen Israel: 'O, Arabische leiders, waarom doen jullie niets?' Zij worden verbaal gesteund door de regimes van verderaf gelegen landen, zoals Jemen, Libië, en natuurlijk ook de Islamitische Republiek Iran die tot militaire actie oproepen. Maar de president van Egypte en de koning van Jordanië houden zich vooralsnog zeer rustig. Zij weten dat oorlog niets oplost, en in hun landen alleen tot nieuwe ellende zal leiden. Maar zij kijken met zorg naar de publieke stemming; de straat kan immers een geheel eigen dynamiek krijgen en dat kan gevaarlijk zijn voor hun eigen positie. In deze omstandigheden is de door de moslim-fundamentalistische Libanese beweging georganiseerde demonstratie aan de Israelische grens en de daaropvolgende ontvoering van drie Israelische militairen zeer onrustbarend. Hiermee is een regionale oorlog angstig dichtbij gekomen. Israel heeft Libanon en zijn patroon Syrië verantwoordelijk gesteld en gewaarschuwd tegen verdere provocaties in termen die niets aan de verbeelding overlaten. Het gezonde verstand zegt dat Libanon en Syrië Hezbollah wel in toom zullen houden, maar de onberekenbare factor is de machtsstrijd in Damascus. De jonge Bashar al-Assad heeft er de teugels iets laten vieren, maar daartegen groeit het verzet van de oude garde. Machtsgevechten in Syrië worden traditioneel in Libanon uitgevochten, en Hezbollah zou dit keer heel goed het werktuig kunnen zijn.
PREMIER BARAK heeft de Palestijnse leider Yasser Arafat zaterdag gesommeerd binnen 48 uur een eind te maken aan gewelddadig Palestijns protest. Zo niet, dan is het voorlopig afgelopen met het vredesproces. Het is op dit moment zeer de vraag waarover de vredesonderhandelingen nog zouden moeten gaan: als één ding duidelijk is geworden is het wel dat de kernzaak, de kwestie-Jeruzalem, zo goed als onoplosbaar is. Aan de andere kant: is er een alternatief voor vredesoverleg? Voor het Midden-Oosten is te hopen dat Arafat zijn aanhang weer onder controle wil en kan krijgen en dat Barak daartoe bijdraagt. Oorlog - daar profiteert alleen de wapenhandel van.
Zie ook:
Premier Israel stelt Arafat ultimatum (8 oktober 2000) |
NRC Webpagina's 9 OKTOBER 2000
|
Bovenkant pagina |
|