|
|
|
NIEUWSSELECTIE Profiel Extreem-rechts
|
Duitsland treedt op tegen neonazi's
Door onze correspondent MICHÈLE DE
WAARD
Burgers worden opgeroepen aanvallen van extreem-rechts op buitenlanders bij de politie te melden en aangifte te doen van zogeheten extreem- rechtse 'haat'-websites op internet. Volgens Sonntag bestaan er al vierhonderd van dat soort websites, die veelal via buitenlandse providers worden verspreid. Bondsdagvoorzitter Wolfgang Thierse eist wetgeving tegen dit soort propaganda via internet. Ook is besloten gewelddadige rechts-radicalen net zo scherp door de politie in de gaten te laten houden als gewelddadige voetbalfans. De regering in Mecklenburg-Vorpommern kondigde huisdoorzoekingen tegen neonazistische groepen aan. Minister-president Sigmar Gabriel (SPD) van Nedersaksen en de ministers van Binnenlandse Zaken van Beieren en Mecklenburg eisen een verbod van de extreem-rechtse Nationaaldemocratische Partij Duitsland (NPD). De Beierse minister Günther Beckstein (Binnenlandse Zaken, CSU) deed een beroep op de regering-Schröder een procedure bij het Constitutionele Hof in Karlsruhe te beginnen om de NPD te verbieden. Volgens Beckstein beschouwt deze partij zich als een vergaarbak voor gewelddadige rechts-radicalen. Minister Joschka Fischer (Buitenlandse Zaken) zei dat de aanslagen grote schade dreigen toe te brengen aan het aanzien van Duitsland in de wereld. De rood-groene bondsregering wordt door de oppositie (CDU/CSU) en de Groenen verweten de aanhoudende aanslagen van extreem-rechts tegen buitenlanders en 'andersdenkenden' te negeren. Terwijl de roep van de politiek om verscherpte controle van uiterst- rechts luider wordt gaan de incidenten tegen buitenlanders door. Over de daders van de aanslag op een station in Düsseldorf, waarbij tien mensen gewond raakten onder wie zes joden uit de voormalige Sovjet-Unie, is nog niets bekend. Geweld van neonazi's is dit jaar sterk toegenomen. Alleen van april tot en met juni zijn er 157 gewelddadige rechts-radicale en anti-semitische aanslagen geweest, tegen 110 in hetzelfde kwartaal vorig jaar. Het extreem-rechtse geweld concentreert zich in de vroegere DDR. De helft van de aanslagen vorig jaar vond in Oost-Duitsland plaats, waar de helft van alle neonazi's wonen. Minister-president Reinhard Höppner (SPD) van de deelstaat Saksen- Anhalt zei dat vooral in Oost-Duitsland de neiging bestaat het geweld tegen buitenlanders goed te praten. Een van de oorzaken is volgens Höppner dat het veel Oost-Duitse jongeren niet lukt "de maatschappelijke veranderingen na de Duitse hereniging te verwerken". Een duidelijke meerderheid van de Oost-Duitsers voelt zich volgens Höppner "tweederangs burger", waardoor het zelfbewustzijn van deze burgers danig wordt aangetast. We moeten ervoor zorgen dat een "gezond zelfbewustzijn ontstaat", aldus Höppner. Bondsdagpresident Thierse sprak over de "autoritaire erfenis" van de DDR. De theorie van de klassenstrijd heeft volgens Thierse een sterk vriend-vijand-beeld in de hoofden van veel Oost-Duitsers achtergelaten. Het resultaat is een mengeling van anti-kapitalistische retoriek en nationalistische sentimenten. Belangrijk is volgens Thierse de rol van leraren, ouders, de politie, ondernemers en lokale politici. Hij verwees naar enkele jongerenprojecten op scholen en in theaters. "Het is beter dat 15- en 16-jarigen hun leeftijdgenoten van iets anders proberen te overtuigen, dan dat een 56-jarige opa als ik op ze inpraat."
Zie ook:
In het oosten van Duitsland regeert de angst (28 juli 2000) |
NRC Webpagina's 2 AUGUSTUS 2000
|
Bovenkant pagina |
|