U kijkt naar de website van NRC Handelsblad gedurende de periode 1995-2001. Bezoek ook de de huidige site.
NIEUWS  | TEGENSPRAAK  | SUPPLEMENT  | AGENDA  | ARCHIEF  | ADVERTENTIES  | SERVICE 

  NIEUWSSELECTIE  
  KORT NIEUWS  
  RADIO & TELEVISIE  
  MEDIA  

Vreemde mijnpoel

Karel Knip
Een activiteit die door de Roemeense overheid als een weldaad voor het milieu was afgeschilderd is geëindigd in een milieuramp. Na een periode met veel sneeuw en regen was op 30 januari een opslagbassin van het jonge mijnbouwbedrijf Aurul in Baia Mare zo vol geraakt dat het overliep en het teveel aan vloeistof loosde op het riviertje de Somes. Vandaar liep het via de Tisza naar de Donau, overal massale vissterfte teweegbrengend.

Aurul is een samenwerking tussen de Australische mijnbouwmaatschappij Esmeralda, die 50 procent van de aandelen bezit, en het Roemeense staatsbedrijf Remin. De leiding is in handen van Esmeralda Exploration. Volgens Esmeralda zelf (op website www.esmeralda.com.au) is tot op heden niet bewezen dat 'de vervuiling en schade' rond Baia Mare samenhangen met het overlopen van het bassin.

Waarschijnlijk is Esmeralda de enige die dat denkt. Een studie van het Duitse 'Bundesanstalt für Geowissenschaften und Rohstoffen' (BGR) in Hannover, die al geruime tijd vóór het ongeluk op Internet is gezet, geeft een goede indruk van de chemische samensteling van de afvalstroom van de goud- en zilverwinning bij Baia Mare. Doel van de Duitse studie was bacteriën te isoleren die in het specifieke afvalmilieu tot een snelle afbraak van het gevaarlijke cyanide in staat zijn. De BGR vond, behalve hoge concentraties cyanide, vooral veel koper en zink (en minder bedreigende stoffen als calcium en sulfaat).

Er wordt al meer dan tweeduizend jaar zilver en goud gedolven bij Baia Mares. Onder het bewind van Ceaucescu raakte de mijnbouw zo in verval dat ze alleen met subsidies overeind was te houden. Zodra Ceaucescu verdween zocht de Roemeense overheid Westerse partners voor de modernisering van de mijnbouw en het opruimen van de reusachtige afvalhopen die deze in de loop van eeuwen had achtergelaten. Het Australische Esmeralda sloot in 1991 een principe-overeenkomst voor de winning van goud en zilver uit de oeroude afvalhopen en kreeg ook concessies voor exploratie en nieuwe mijnbouw. Uit de mijnen komt gesteente waarin het gehalte goud en zilver 5 tot 10 keer zo hoog is als in de afvalhopen. Door beide grondstofstromen te mengen stijgt de kans op een rendabele exploitatie. In mei 1999 kon Esmeralda het eerste ruwe zilver en goud aan de juichende aandeelhouders tonen.

Aurul/Esmeralda gebruikt een klassiek procédé. Het afvalpuin wordt met water losgespoten en getransporteerd naar een kogelmolen die het fijn maalt. Daarna gaat het in een bad met een een alkalische oplossing van natriumcyanide (NaCN) waarin zilver en goud oplossen omdat zij zogenoemde complexen vormen met het cyanide (zoals ook veel andere metalen kunnen). Dit 100 jaar oude cyanide-proces is nog steeds het meest gangbaar in de branche. Berichten als zou het inmiddels in de meeste moderne landen zijn verboden zijn onjuist.

Het zilver en goud wordt weer uit oplossing teruggehaald door de cyanideverbindingen te laten adsorberen aan korreltjes actief kool volgens het 'carbon-in-pulp' proces (CIP). Verhitting van de kool maakt de verbindingen weer vrij: dan is er een sterk geconcentreerde oplossing goud- en zilvercyanide waaruit goud en zilver met behulp van elektrolyse zijn neer te slaan. Het cyanide gaat voor een deel verloren en komt voor een deel voor hergebruik beschikbaar.

Hier begint het raadsel van de Baia Mare-ramp: in moderne zilver- en goudwinning blijft geen grote poel cyaniden achter. Deskundigen van de Delftse subfaculteit technische aardwetenschappen vragen zich af wat in hemelsnaam de functie was van de poel die is overgelopen. Het is niet ondenkbaar dat het een erfenis is uit het verleden. In een projectbeschrijving van Esmeralda wordt geklaagd over de groei van riet in oude afvalbassins.

Ademhalingsketen

Een opmerkelijk detail: plantengroei in water met een zo hoog cyanide- gehalte. Cyanide is in principe voor planten, dieren en zelfs veel bacteriesoorten in gelijke mate toxisch. 'Cyaankali' is berucht. Cyanide remt een enzym (het cytochroom oxidase) in de zogenoemde ademhalingsketen. Die keten behoort tot de basisuitrusting in de energievoorziening van bijna alle hogere organismen, er is bijna geen cel die zonder kan. Het blokkeren van de ademhalingsketen door cyanide leidt onherroepelijk en zelfs snel tot celdood. Organismen kunnen zich alleen beschermen door het binnendringen van cyanide te verhinderen of de verbinding snel onwerkzaam te maken.

In de natuur blijkt inderdaad hier en daar cyanide-tolerantie te zijn ontwikkeld.Dat is niet zo heel vreemd, want cyanide is in zekere zin een natuurproduct. Zo bevatten appelpitten, amandelen en de kernen van abrikozen- en pruimenpitten nogal wat cyanide, of preciezer gezegd: verbindingen waaruit makkelijk cyanide wordt gevormd.

Veel bacteriën zijn ongevoelig voor cyanide omdat ze geen ademhalingsketen hebben (want zonder zuurstof kunnen leven) en - kennelijk - ook geen andere enzymen bezitten die door cyanide worden geblokkeerd. Diverse bacteriën zijn goed in staat zijn het cyanide af te breken en het vrijkomende stikstof voor de eigen groei te gebruiken. In een waterig milieu dat voldoende andere voedingsstoffen bevat, zoals de Donau er ongetwijfeld een is, wordt cyanide snel en goed afgebroken.

Voor de milieu-effecten op de lange termijn is daarom de vraag van belang of het afvalwater van Aurul ook andere toxische stoffen bevatte. Daarover is nog niets bekend geworden. De genoemde Duitse studie noemt vooral koper en zink. Een woordvoerder van de Delftse subfaculteit technische aardwetenschappen acht de kans op erg hoge concentraties andere zware metalen gering. "Die zouden een oneconomisch hoog verbruik van cyanide met zich hebben meegebracht." Als dat inderdaad zo is, hoeft het herstel van de Donau niet al te lang te duren.

Technische mogelijkheden om dat herstel te versnellen zijn er waarschijnlijk niet. Het cyanide wordt vanzelf weggewerkt, aan de eventueel aanwezige zware metalen valt weinig anders te doen dan lokaal baggeren.

NRC Webpagina's
19 FEBRUARI 2000

Archief
Wetenschap & Onderwijs


( a d v e r t e n t i e s )

Bovenkant pagina


NRC Webpagina's © NRC HANDELSBLAD (web@nrc.nl) DECEMBER 1999