|
|
|
NIEUWSSELECTIE Ouders van gedode kinderen over wraak en vergeving: Meindert Tjoelker
|
Caroline Pino (24) werd op 7 augustus 1996 in een slaapzak gevonden langs de RN 188 vlakbij Orsay in
Parijs. Ze was gewurgd, en waarschijnlijk verkracht, maar dat was niet
meer te zien. Twee weken eerder had haar moeder Wil Vreeburg haar als
vermist opgegeven bij de politie. Caroline zou samen met een vriend
terugliften na een vakantie in Portugal, maar kwam nooit aan op de
Franse camping waar ze met haar familie had afgesproken. De Franse politie wilde de vondst van het lichaam geheim houden tot ze
zeker wist wie het was. Wil Vreeburg reisde eind augustus met een
cameraploeg naar Parijs en eiste uitleg. Ze kreeg haar dochter niet te
zien, alleen het kettinghangertje dat bij het lichaam was gevonden. Zij
wist toen zeker dat het haar dochter was die in het mortuarium lag.
Maar justitie in Frankrijk weigerde het lichaam vrij te geven. Ze deed
er nog ruim twee maanden over om de identiteit vast te stellen.
Vreeburg schakelde bijna alle kranten en televisieprogramma's in om
haar dochter terug te krijgen. Caroline werd op 29 oktober 1996
begraven in Vught, de woonplaats van haar ouders. De dader is nooit
gevonden.
De moeder van Caroline Vreeburg: 'Aan woede kun je geen termijn stellen'
Rinskje Koelewijn
Dat lijkt op dadergedrag, zei de Nederlandse politie tegen Vreeburg. Van de Franse politie hoorde ze niets. "Als ik wil weten of ze hem zoeken, moet ik dat via mijn advocate vragen." Officieel loopt het Franse onderzoek naar dossiernummer 6596 nog. Vreeburg wilde graag Carolines kettinkje terug, haar slaapzak en haar spijkerjack, en haar laatste handgeschreven brief. "Ik kreeg te horen dat die spullen nog nodig zijn voor het onderzoek." De enige die haar echt helpt, zegt Vreeburg, is misdaadverslaggever Peter R. de Vries. "Het is een obsessie. Mijn man Jos zegt: en als de dader gevonden is, wat dan? Misschien heb ik dan eindelijk rust. Ik ben zo gruwelijk boos. Nog steeds. In het begin haatte ik alles wat Frans was. De taal, het land, de mensen kon ik de nek wel omdraaien. Die woede is irreëel, dat wist ik toen ook wel. Zolang je het binnenskamers roept, is het te tolereren, ik heb geen actiegroep tegen Fransen opgericht. Maar de haat van de familie Vaatstra tegen asielzoekers begrijp ik wel." Trouw-columnist Sylvain Ephimenco verweet Vaatstra dat zijn 'xenofobische rancune' vijf maanden na de dood op zijn dochter Marianne weerzinwekkende vormen aannam. Hij vond dat na zoveel tijd het hoofd de uitspatting van een bloedend hart in toom moest kunnen houden. Vreeburg: "Geweld roept geweld op. Aan de woede om wat wij hebben meegemaakt, kun je geen termijn stellen. "In de zomer dat Caroline vermoord is, kwam ik Paul Marchal tegen bij een televisieprogramma. Hij had ongeveer in dezelfde periode zijn dochter Eefje verloren. We hebben tot diep in de nacht zitten praten. Wat die man allemaal zei: hij wilde de dader in mootjes hakken. Hij was zo verschrikkelijk boos. Hem kunnen buitenstaanders wel begrijpen. Iedereen heeft gezien wat die Dutroux heeft uitgevreten. Ik vroeg hem: Paul, huil je weleens? Daar gaf hij geen antwoord op. We hebben toen een afspraak gemaakt om nog eens samen te komen. Die afspraak vergat hij. Hij had er niks aan, was alleen met zijn eigen verdriet bezig. "Ik begon ook te roepen dat de moordenaar van mijn dochter de doodstraf verdiende, terwijl ik daar altijd een tegenstander van ben geweest. Mijn zoon van 29 heeft het uit mijn hoofd gepraat. Hij is zo mild. Maar mij is iets afgepakt, ik kan niet alleen maar mild zijn. De christelijke zingeving dat God dit zo heeft gewild, vind ik onacceptabel. Moet ik vergeven om er zelf beter van te worden? Dat vind ik opportunistisch. En levert vergeving me wel iets op? Het kost me juist heel veel inspanning. Ik weet dat er iemand rondloopt met deze moord op zijn geweten. Is hij gewetenloos, of heeft hij wroeging of spijt? "In het begin werd ik bang van mijn eigen woede. Ik dacht: met dit gevoel word ik niet oud, hier ga ik aan dood. Ik had rust en harmonie nodig, moest proberen met mijn verstand mijn gevoel in balans te brengen. Al voor de begrafenis ben ik heel veel gaan lezen." Het Tibetaanse boek van leven en sterven van Sogyal Rinoche was het eerste boek, het ligt nog steeds op haar nachtkastje. De boeklegger is op driekwart blijven steken. "Ik kon er niets mee. Mijn kind is niet overleden, ze is vermoord. "Diezelfde Rinoche was later op tournee in Amsterdam. Een man uit het publiek stond op en vroeg: mijn vriendin is vermoord, wat doe ik met mijn woede tegen de dader? Die man bleek Henk te zijn, de vriend van Caroline. Je moet vergeven, had Rinoche geantwoord. "Ja, dat verhaal kennen we wel. Ik ben christelijk opgevoed, heb geleerd dat je je andere wang moet toewenden, dat vergeving goed is. "Ik wil geen zielepoot zijn. Met verbazing heb ik naar mezelf gekeken de afgelopen drie jaar. Hoe ik vocht, de pers inschakelde. Zo was ik vroeger niet. Ik kan alleen op mezelf vertrouwen. Na haar verdwijning moest ik haar zelf zoeken. Nu moet ik zelf de dader vinden. De Franse politie-inspecteur is zowat ontploft toen ik hem een compositiefoto toonde van een mogelijke dader. Hij begon te schreeuwen en te tieren, je weet hoe die Fransen zijn. Ik bemoeide me met hun zaken, vond hij.
Toen mijn advocaat de Franse onderzoeksrechter belde om naar de stand van het onderzoek te vragen, kwam er alleen gekrijs door de hoorn van de telefoon. Die onderzoeksrechter fascineert me. Ze is een dwerg, zit op kussentjes om boven haar bureau uit te komen, en loopt met krukken. Een vrouw met zoveel frustraties en zoveel macht. Razend was ze dat ik naar het 'medico légal' was gegaan, een gebouw waar 900 lijken liggen opgeslagen die op straat zijn gevonden. Ik wilde bloemen leggen bij de kist van Caroline. Voor haar verjaardag, ze werd daar vijfentwintig. "Ze begrijpen mijn emoties niet, ik heb feiten nodig om mijn paniek de baas te blijven, maar zij gaan me met ambtenarentaal te lijf. Uit het Franse dossier heb ik een formulier gestolen, met daarop een foto van Caroline toen ze net was gevonden. Ik kon haar meteen herkennen. Toen ze thuiskwam, heb ik haar verzegelde kist laten openmaken, ik geloofde niet dat ze haar er werkelijk in hadden gestopt en heb nog een keer haar gebit laten identificeren. Alles in het diepste geheim, de Fransen zouden het een motie van wantrouwen vinden. "De vader van Joes Kloppenburg heeft ongeveer de dag nadat zijn zoon was doodgeschopt een platform tegen zinloos geweld opgericht. Ik zou ook wel actief bezig willen zijn, ik heb ook de drang om verbetering tot stand te brengen. Maar ik kan geen actiecomité of een politieke partij oprichten zoals Kloppenburg en Marchal, dat is me te rationeel. Ik moet zelf iets bewerkstelligen, proberen naar harmonie voor mezelf te streven. Misschien kan ik dan ooit met lankmoedigheid aan de dader denken. En als dat lukt, hoef ik niet te zeggen: Dank u God. Dan heb ik het zelf gedaan. "Ik ben aangesloten bij de Vereniging ouders van een vermoord kind. Eerst bezocht ik de bijeenkomsten heel regelmatig, tot mijn twee andere dochters zeiden: ga je weer naar die ouders met dooie kinderen. Ik ben huiverig geworden voor elke vorm van bureaucratie, ook die van zo'n vereniging. Ze deden heel spastisch over mijn contacten met de pers. Ze vonden mij te fanatiek. Even heb ik overwogen een eigen stichting op te richten. Maar je kunt niet voor ieders particuliere verdriet een organisatie uit de grond stampen. "Ik zoek nu veel contact met lotgenoten. Om troost te zoeken en te geven. Het fascineert me hoe zij verder hebben kunnen leven. Vorige week ben ik naar de stille tocht in Vlaardingen geweest, voor Daniel van Cotthem. Samen met alle ouders van de stichting droegen we een wit lint met daarop in het zwart de namen van onze kinderen, het is zeventig meter lang. We droegen het ook bij de nationale tocht in Den Haag, Toen vond ik het heel emotioneel, om achter de naam van mijn kind te lopen. Nu voelde het anders, blijkbaar treedt er toch gewenning op. Er moeten nóg 25 namen van kinderen op, dan is het 140 meter lang. "Ik ben samen met Thea Sebregts gegaan; haar zoon Floris is in 1996 doodgestoken op straat. Net zoals Meindert Tjoelker en Joes Kloppenburg, alleen de naam van Floris wordt nooit genoemd. Voor hem was er geen stille tocht. Dat is erg, dat mensen zo ontkend worden. Zijn moeder heeft nooit iets met zijn dood gedaan, afgelopen zondag heeft ze voor het eerst haar verhaal verteld in Kruispunt. Zo'n stukje bevestiging is heel belagrijk. Nu denk ik: als ik niet naar de pers was gestapt, had niemand Caroline nog gekend. "De ouders van Froukje Schuitmaker waren in Vlaardingen, de moeder van Marianne Vaatstra ook. Afgelopen maandag belde ze me, voor het eerst, ik heb anderhalf uur lang alleen maar naar haar geluisterd. Ze is er heel beroerd aan toe, zo boos, zo gefrustreerd. Ook voor Marianne was er een stille tocht, in Zwaagwesteinde. Maar er wordt alleen geschreven over die in Gorinchem en Leeuwarden. Als je een mens zo ziet sneuvelen, voel je je verbonden met zo iemand. "De boeddhistische leer zegt: het is zoals het is, en zo is het goed. Elke ochtend, als ik in de trein naar mijn werk ga, moet ik kiezen. Ga ik door, of stop ik. Mensen zeiden tegen me: je hebt nog andere kinderen, daar moet je voor zorgen. Maar niemand zei erbij hoe ik dat dan moest doen. Mijn verstand zegt dat het beter is voor Caroline om een moeder te zien die zich een weg baant door het leven. Caroline worstelde ook met het leven voordat ze werd vermoord, ik moet haar strijd voortzetten en proberen van iets lelijks en absurds iets moois te maken. Ik vond een opstel dat ze op de middelbare school heeft geschreven. Gij zult niet doden, heet het. Dat zou een mooie titel zijn voor het boek dat ik over haar heb geschreven. "Die drang om het op te schrijven heb ik al vanaf het begin. Het moet een soort monument voor haar worden. Maar het is nog niet goed, dat vind ik zelf ook, het is te emotioneel. Ik wil het publiceren, andere mensen moeten weten dat zij heeft bestaan. Misschien kunnen politiemensen, advocaten en rechters er iets van opsteken, dat ze gaan begrijpen hoe het rouwproces zich ontwikkelt, en begrijpen wat er wordt aangericht als je kind is vermoord. "Ik wil erkenning voor wat er mis is gegaan. Van Thom de Graaf (fractievoorzitter D66) heb ik een briefje gekregen. Dat heeft me enorm goed gedaan, hij schreef echt vanuit zijn persoon, niet vanuit zijn functie. Dan merk je hoe belangrijk het is dat er van bovenaf medeleven naar je wordt uitgesproken." Van de Fransen hoorde ze niets. "Ik wacht er ook niet meer op. De mens is zo beperkt, zo gaan die dingen." Van de zomer is in Frankrijk een justitiële commissie ingesteld die schadeclaims voor slachtoffers behandelt. De advocate heeft voor Vreeburg 120.000 franc geëist, voor haar echtgenoot 100.000 en voor de drie kinderen elk 80.000. Voor een deel is dat vergoeding voor de gemaakte kosten, ze hebben een tweede hypotheek op het huis moeten nemen om alle reizen naar Frankrijk te kunnen betalen. En voor een deel is het smartengeld. De Franse justitie deed een tegenbod: ze wilden het bedrag voor haar echtgenoot niet betalen, omdat hij niet de echte vader van Caroline is. De commissie besloot de schadevergoeding volledig te betalen. "Dat geeft een raar gevoel. Moet ik blij zijn met het geld? Gaan we nu bedenken wat voor moois we daarvoor kunnen kopen?" Onlangs is er weer een brief uit Frankrijk binnen gekomen. De Franse justitie gaat in hoger beroep tegen de schadevergoeding.
|
NRC Webpagina's 22 JANUARI 2000
( a d v e r t e n t i e s )
|
Bovenkant pagina |