Geschiedenis van het conflict
Ethiopië en Eritrea hebben eeuwen van rivaliteit achter de rug. De grensoorlog van de afgelopen twee jaar, van mei 1988 tot juni 2000, was in de eerste plaats een botsing van ego's. Een vete van regeringsleiders die ooit elkaars bondgenoten waren, maar elkaar nu niet meer kunnen luchten of zien. Aan dat diepe onderlinge wantrouwen is zelfs geen einde gekomen na de ondertekening op 12 december 2000 in Algiers van een vredesverdrag tussen de beide landen.
Voorgeschiedenis
Ethiopië neemt in Afrika een unieke plaats in omdat het 3.000 jaar oude keizerrijk nooit is gekoloniseerd. Het land werd slechts korte tijd, van 1936 tot 1941, door de Italianen bezet. Die trotse onafhankelijkheid van de regionale grootmacht steekt scherp af bij de rol van Eritrea als politieke speelbal in de Hoorn van Afrika. Eritrea stond beurtelings onder controle van het Ottomaanse rijk, Egypte, Sudanese mogendheden en Ethiopië. Totdat het in 1889 door Italië als kolonie werd ingelijfd. De Italianen gebruikten Eritrea in 1896 als springplank voor een rampzalig verlopen aanval op Ethiopië. Veertig jaar later slaagden zij wel. Van 1941 tot 1952 stond Eritrea onder controle van Groot-Brittannië.
Met steun van de VS en de Verenigde Naties mocht Ethiopië in 1952 een federatie aangaan met Eritrea. Tien jaar later lijfde de Ethiopische keizer Haile Selassie Eritrea in als provincie. Dat was het startsein voor een bevrijdingsstrijd die dertig jaar lang heeft geduurd. In de jaren zeventig en tachtig werkten de Eritrese guerrillastrijders nauw samen met de Ethiopische rebellen die uit waren op de val van dictator Mengistu Haile Mariam. In 1991 werd Mengistu verdreven door het Ethiopische Revolutionaire Democratische Volksfront van Meles Zenawi en het Eritrese Volksbevrijdingsfront van Isayas Afewerki. Als beloning voor die steun kreeg Eritrea in 1993 de onafhankelijkheid.
Aanloop tot conflict
Na die afscheiding verslechterde de verstandhouding tussen de Ethiopische premier Meles Zenawi en de Eritrese president Isayas Afewerki. De militaire, politieke en economische aspiraties van de dwerg Eritrea irriteerden het grote Ethiopië. Toen Eritrea in 1997 een eigen munt invoerde, de nakfa, en door Ethiopië uitsluitend in dollars betaald wilde worden, bereikten de relaties een voorlopig dieptepunt. Met de bezetting van drie betwiste grensgebieden in mei 1998 probeerde Afewerki de positie van zijn rivaal Zenawi onmogelijk te maken.
De grens
'De nachtmerrie van een geograaf'. Zo omschreef de BBC de duizend kilometer lange grens tussen de twee landen. Die grens is nooit behoorlijk vastgesteld en in de loop van de geschiedenis herhaaldelijk aangepast. Een verdrag uit 1902 tussen Italië en Ethiopië markeerde voor het eerst een grens. Het grootste deel van die grens wordt bepaald door rivieren. Waar de rivieren ontbreken, zoals bij het betwiste Badme, bepaalt een denkbeeldige lijn tussen twee rivieren de grens. Het was de bedoeling dat de grens later exacter zou worden vastgesteld, maar dat is nooit gebeurd. In de bevrijdingsstrijd kwamen de Ethiopische en Eritrese rebellen een gebiedsafbakening overeen die afweek van de oude grens. De economische betekenis van de betwiste grensgebieden is marginaal.
De oorlog van mei 1988 tot juni 2000
Twee van de armste landen ter wereld hebben om drie lappen zand tussen mei 1998 en juni 2000 de grootste conventionele oorlog van het moment uitgevochten. Het was een loopgravenoorlog die deed denken aan de Eerste Wereldoorlog. De Ethiopiërs waren met 350.000 militairen numeriek in de meerderheid. Maar de 250.000 Eritrese soldaten waren beter getraind. De oorlog concentreerde zich op drie fronten, bij Badme, Zalambessa en Bure. Er vielen naar schatting 100.000 doden. Ruim een miljoen burgers raakten ontheemd. De strijd, die zich twee jaar lang voortsleepte, kwam in een cruciale fase toen Ethiopië in mei een grootscheeps offensief begon en grote delen van Eritrea veroverde.
Vredesverdrag
Onder druk van de internationale gemeenschap maakten de twee landen op 18 juni 2000 een einde aan de vijandelijkheden. Dat gebeurde onder auspiciën van de Organisatie voor Afrikaanse Eenheid. Afgesproken werd dat de Ethiopische soldaten zich zouden terugtrekken op de posities die ze voor de Eritrese invasie van 1998 bezetten. Langs die grens komt op Eritrees grondgebied een 25 kilometer brede veiligheidszone, een strook niemandsland waar VN-militairen patrouilleren die toezien op naleving van het voorlopig vredesakkoord. Inmiddels zijn de rivalen onder diezelfde internationale druk tot een vredesverdrag gekomen, dat op 12 december 2000 in Algiers werd getekend. De partijen hebben afgesproken elkaars krijgsgevangenen vrij te laten. Verder worden drie commissie opgericht: een dat het "misverstand"dat tot de oorlog leidde uit te zoeken; een om de omstreden grenzen vast te stellen en een om de financiele compensatie voor de oorlogsschade te regelen. Dat alles moet binnen drie jaar zijn geregeld.
Grensgebied
Het gebied waar de VN-militairen worden gelegerd, is kaal, droog en op sommige plaatsen bergachtig. De temperatuur stijgt overdag al snel boven de veertig graden. Het terrein ligt overal bezaaid met landmijnen. Dorpen zijn verwoest.