Kosovo Conflict
Nieuws
Achtergrond
Nasleep
Conflict
Vluchtelingen
Etnische zuivering
Internet en Media
Links
|
Wie is wie en wie doet wat in Kosovo?
De internationale gemeenschap
bestuurt Kosovo als een internationaal protectoraat. Een veelheid van
organisaties houdt zich er sinds de aftocht van de Servische troepen
bezig met de terugkeer van vluchtelingen, de wederopbouw van de
economie en de handhaving van de openbare orde. Wie is wie in de wirwar
van namen en afkortingen, ambassadeurs en gezanten?
Door onze redacteur PETER MICHIELSEN
ROTTERDAM, 30 JULI. Het nieuwe gezag in Kosovo heeft twee poten, een
civiele en een militaire. De eerste bestaat uit een reeks van
organisaties die onder leiding van de Verenigde Naties proberen de
provincie weer op te bouwen. De tweede bestaat uit een internationale
vredesmacht, KFOR, die de veilige omgeving moet scheppen waarin die
wederopbouw kan geschieden.
unmik De VN-missie in Kosovo heet UNMIK (United Nations
Interim Administration in Kosovo). Haar taak omvat de vestiging van een
substantiële autonomie en zelfbestuur, de uitoefening van
bestuurlijke functies, het bevorderen van het proces ter vaststelling
van de toekomstige status van Kosovo, de ondersteuning van de
wederopbouw van infrastructuur, het verlenen van humanitaire hulp, het
handhaven van orde en rust, het bevorderen van de mensenrechten, en het
terugbrengen van de vluchtelingen.
Leider: de Franse oud-minister Bernard Kouchner, die de titel draagt van
Speciaal Vertegenwoordiger van secretaris-generaal Kofi Annan in Kosovo.
Kouchner heeft naam gemaakt als oprichter en voorzitter van Medecins
sans Frontières. Hij is drie keer minister geweest, het meest
recentelijk van Volksgezondheid. Kouchners vervanger als UNMIK-chef is
de Amerikaan James P. Covey. Jock Covey, zoals hij zich laat noemen, is
als gezant van president Clinton betrokken geweest bij de uitvoering
van Dayton-vredesakkoord in Bosnië.
De VN-missie heeft haar taken in vieren verdeeld en elk van deze vier
aan een andere internationale organisatie toevertrouwd. De leiders van
deze organisaties hebben de rang van plaatsvervanger van Kouchner.
- De OVSE (Organisatie voor Veiligheid en Samenwerking in
Europa) draagt de verantwoordelijkheid voor de bevordering van het
vredesproces, de democratie, de stabiliteit en de 'burgerlijke
samenleving', onder andere door het organiseren van verkiezingen, het
hervormen van de rechtspraak en het bevorderen van de mensenrechten en
het uitvoeren van 'stabilisatieprogramma's'. Onder dat laatste valt
bijvoorbeeld de opleiding van ambtenaren, waarbij de OVSE op haar beurt
de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) heeft betrokken.
Leider: de Nederlander Daan Everts. Tot zijn benoeming leidde Everts met
succes de OVSE-missie in de Albanese hoofdstad Tirana. Voorafgaand aan
zijn komst naar de Balkan werkte Everts voor de
Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) en de ontwikkelingsorganisatie van
de VN, de UNDP. Everts begon zijn loopbaan in 1968 als ambtenaar bij
het Nederlandse ministerie van Buitenlandse Zaken.
- De VN-vluchtelingenorganisatie UNHCR is belast met het
terugbrengen van de vluchtelingen en het verlenen van humanitaire hulp,
in samenwerking met organisaties als Human Rights Watch, het VN-
kinderfonds UNICEF en het World Food Programme (WFP). Honderdduizenden
Kosovaren zijn vooralsnog niet in staat in hun levensonderhoud te
voorzien. Niet alleen zijn huizen verwoest, dat geldt ook voor
tractoren en andere landbouwmachines. Oogsten zijn verloren gegaan of
kunnen niet of alleen met primitieve middelen worden binnengehaald.
Aldus zijn velen ook na hun terugkeer naar hun dorpen blijvend
aangewezen op humanitaire hulp. OVSE en UNHCR werken nauw samen met een
groot aantal NGO's (niet-gouvernementele organisaties), die met
honderden tegelijk in Kosovo zijn neergestreken.
Leider: de Nieuw Zeelander Dennis McNamara. McNamara werkt al 24 jaar
bij de UNHCR en was het grootste deel van die tijd gestationeerd in
Zuid-Oost Azië.
- De Verenigde Naties leiden zelf het civiele interim-bestuur,
dat Kosovo moet regeren tot het een eigen regering heeft. Daartoe is
inmiddels een zogenoemde 'overgangsraad' gevormd, met
vertegenwoordigers van diverse politieke gemeenschappen in Kosovo,
inclusief die van de Serviërs. De raad, die UNMIK-chef Kouchner
moet adviseren en die geen uitvoerende taken heeft, wordt vooralsnog
geboycot door de partij van Ibrahim Rugova, die betoogt dat in de raad
teveel aanhangers van het Kosovo Bevrijdingsleger UÇK zitten.
Leider: de Fransman Dominique Vian. Vian heeft hoge functies in de
Franse ambtenarij bekleed, waar hij zich vooral richtte op de overzeese
gebiedsdelen. Hij was onder-prefect op Guadeloupe en prefect in Frans
Guyana.
- De Europese Unie is verantwoordelijk voor de wederopbouw van
de economie, het woningbestand, de infrastructuur e.d., waarvoor op een
grote internationale donorconferentie in Brussel eerder deze week 4,2
miljard gulden is toegezegd. De economische infrastructuur in de vorm
van fabrieken en krachtstations heeft tijdens de oorlog weinig geleden:
de Serviërs dachten de dienst te kunnen blijven uitmaken en hebben
de grote bedrijven, krachtstations en verbindingslijnen in hun
vernietigingsacties gespaard (al heeft de NAVO tijdens de tijdens de
luchtacties wèl veel schade aangericht aan de economische
infrastructuur). Dat geldt niet voor winkels en kleine bedrijven, die
door de Serviërs massaal zijn geplunderd en in brand zijn gestoken.
Nog omvangrijker is de schade aan het woningbestand. Volgens
berekeningen van de EU zijn 78.000 (van de 204.000) woningen geheel
vernietigd. Naar schatting 500. 000 mensen moeten voor de winter aan een
menswaardige accomodatie worden geholpen.
Leider: de Brit Joly Dixon. Dixon, die geldt als een expert in monetaire
zaken, heeft deel uitgemaakt van het persoonlijke kabinet van
Commissievoorzitter Jacques Delors en was directeur Internationale
Betrekkingen bij het in Brussel belangrijke Directoraat-Generaal
Economie en Financiën.
kfor De militaire poot van het Kosovo-bestuur is KFOR,
de internationale vredesmacht. In afwachting van de vorming van een
deels nationale, deels internationale politiemacht (drieduizend man uit
achttien landen) is KFORverantwoordelijk voor de handhaving van de
orde. Ook ziet zij toe op de afspraken over ontwapening die zijn
gemaakt bij het beëindigen van de strijd om Kosovo op 9 juni. KFOR
werkt onder andere samen met het in Den Haag gevestigde VN-tribunaal
voor oorlogsmisdaden in voormalig Joegoslavië, dat in Kosovo
bewijzen verzamelt van gepleegde oorlogsmisdaden. KFOR telt op dit
moment 36.500 man in Kosovo zelf. Daarbij komen nog zesduizend KFOR-
soldaten die in het buurland Macedonië de logistieke steun
verzorgen. Uiteindelijk moet KFOR 45.000 man tellen, plus tienduizend
man in Macedonië.
KFOR ondervindt veel kritiek, vooral van de kant van de Serviërs,
die het slachtoffer worden van Albanese wraakacties. Volgens de jongste
gegevens van KFOR zijn sinds haar intocht in Kosovo 75 Serviërs en
72 Albanezen vermoord. Er zijn door KFOR meer dan 500 gevallen van
plundering en 341 gevallen van brandstichting geconstateerd en 237
mensen opgepakt, in meerderheid Albanezen. Sinds begin juni zijn
volgens officiële gegevens 173.000 niet-Albanezen (Serviërs,
zigeuners, Montenegrijnen) Kosovo ontvlucht, bang voor of slachtoffer
van wraakacties van de Kosovo-Albanezen; in diezelfde periode zijn tot
afgelopen woensdag 734.000 vluchtelingen (van de bijna één
miljoen die hun land voor of tijdens de oorlog waren ontvlucht) naar
Kosovo teruggekeerd. Leider: de Britse generaal Sir Michael Jackson, die
commandant is geweest van de NAVO-interventiemacht en die in
Bosnië commandant was van de Britse sector van de internationale
vredesmacht. Bijnaam: Darth Vader, naar de schurk uit Star Wars.
stabiliteitspact Naast deze inspanningen in Kosovo zelf
is er het Stabiliteitspact voor Zuid-Oost-Europa, dat zich richt op
verbetering van welvaart en welzijn in alle Balkanlanden. Het pact is
een initiatief van de Europese Unie, de betrokken Balkanlanden,
Turkije, Rusland, de VS, Canada, Japan, en een reeks internationale
organisaties als OVSE, de VN, de NAVO, de West-Europese Unie WEU, de
OECD, de VN-hulporganisatie UNHCR, het Internationale Monetaire Fonds
IMF, de Oost-Europabank EBRD, de Europese Investeringsbank, de
Wereldbank, en de Raad van Europa. Doel: het stimuleren, via een
economische wederopbouw en een vergroting van de welvaart, van vrede,
democratie en respect voor de mensenrechten, het betrekken van de
betrokken landen in de Euro-Atlantische structuren, het verminderen van
spanningen, het vergroten van de stabiliteit, het stimuleren van
democratische processen, het beschermen van minderheden te beschermen
en het opbouwen van gezonde markteconomieën. Joegoslavië is
welkom als deelnemer, maar pas als het zich heeft ontdaan van de
heerschappij van Slobodan Milosevic.Leider: de Duitser Bodo
Hombach, die tot zijn benoeming gold als de belangrijkste politiek en
economisch adviseur van de Duitse bondskanselier Schröder. Zijn
plaatsvervanger is Ed Kroonenburg, tot zijn benoeming lid van het
persoonlijke kabinet van Eurocommissaris Van den Broek.
|
NRC Webpagina's
30 JULI 1999
|