Oppositie heeft moeite met overleven
De oppositie in Servië laat een maand na het begin van de
bombardementen van de NAVO nauwelijks nog van zich horen. ,,De
luchtacties hebben tien jaar werk teniet gedaan.''
Door onze correspondent RENÉE POSTMA
BOEDAPEST, 27 APRIL. ,,Ja, we komen hier wel bij elkaar. Maar het heeft
geen enkele politieke betekenis. Het is meer een soort van
groepstherapie. Sigaretten roken met elkaar. Proberen om niet gek te
worden. Er is iedere dag wel iemand in mijn omgeving die totaal in
elkaar klapt.''
De studente uit Belgrado, aan de andere kant van de lijn, klinkt
gehaast. Ze is de hele dag onderweg. Ook nu heeft ze nauwelijks tijd.
,,Ik ben nooit langer dan een half uur op één plaats.''
Dingen regelen, vrienden zien, redden wat er te redden
valt van het grote anti-Milosevic-verzet van een paar jaar geleden.
,,Proberen op één of andere manier te overleven.'' Haar
stem is diep en doorrookt.
In het najaar van 1996 liepen ze allemaal te hoop tegen de dictatuur van
Slobodan Milosevic. Studenten, docenten en professoren. In een
verbluffend vertoon van eenheid 'wandelden' ze dag in dag uit voor de
democratie in Joegoslavië. Speciale politietroepen grepen
herhaaldelijk hard in. Maar het protest was niet te breken. Althans twee
maanden lang, toen was het plotseling voorbij. Ieder ging zijn eigen
weg. Een deel van de studentenleiders verkoos een politieke
carrière of ging gewoon weer aan de studie. Een jaar later haalde
Milosevi c de bezem door de opstandige universitaire wereld. Docenten en
hoogleraren werden gedwongen loyaliteitsverklaringen te tekenen. Wie
weigerde verloor zijn baan. Er werd een enkele keer
geprotesteerd tegen deze verlate wraak van het regime, maar veel had het
protest niet om het lijf. De energie was op, was de verklaring.
Een maand na het begin van de bombardementen is de intellectuele
oppositie nog verder uit elkaar geslagen. Er verschijnen weliswaar
regelmatig verklaringen van ongeruste burgers tegen de NAVO-
bombardementen. Maar veel samenhang lijkt er niet te zijn. Een groep van
17 onafhankelijke economen uit Belgrado sprak zich vorige week fel uit
tegen de bombardementen. Ze rekenden voor dat Joegoslavië een
miljardenschade lijdt en dat het land nu al teruggebombardeerd is tot
het economisch niveau van vlak na de Tweede Wereldoorlog. Een
opmerkelijk vertoon van eenheid, al meldden bronnen binnen de G-17 dat
de Montenegrijnse collega's het eigenlijk helemaal niet eens zijn met de
collega's uit Belgrado. Bovengenoemde studente meldt telefonisch vanuit Belgrado dat ze helemaal niets wil tekenen omdat ze
de verklaringen - die allemaal om een einde vragen aan de bombardementen
- te eenzijdig vindt. Zij weet helemaal niet zeker of ze wel zo tegen de
bombardementen ís en ze vindt in ieder geval dat de misdadige
kant van het regime van Milosevic onvoldoende onderstreept wordt.
De jurist en deskundige voor de rechten van de mens Vojin Dimitrijevic
protesteerde luid toen zijn collega-professoren vorige zomer op een
universitair zijspoor werden gezet. Ook nu kwam hij als
één van de eersten in actie. Namens het 'Belgrado Centrum
voor Mensenrechten' vroeg hij al de eerste dag na de bombardementen om
stopzetting. ,,De bombardementen hebben in één nacht tien
jaar keihard werken door groepen van moedige mensen in verschillende
NGO's en de democratische oppositie te niet gedaan. Mensen die nooit
hebben geprobeerd om iemand 'omver te werpen' maar een
burgermaatschappij probeerden te ontwikkelen.''
Na deze eerste, volgden andere verklaringen. Langere teksten, meer
ondertekenaars. Maar de boodschap was steeds hetzelfde. ,,Jullie
bombarderen niet het regime van Joegoslavië maar de burgers
en de oppositie.'' Een groot deel van de intellectuele oppositie tegen
het bewind is tijdelijk naar Boedapest uitgeweken - tijdelijk, omdat een
visum maar een maand geldig is.
Dimitrijevic vindt het steeds moeilijker zijn handtekening te zetten.
,,Het probleem van de vluchtelingen uit Kosovo heeft bijbelse proporties
aangenomen. De oorlog heeft een eigen dynamiek gekregen. De situatie
wordt steeds gecompliceerder.'' Toch blijft hij tekenen ,,ook al is niet
iedere zin in die verklaringen van mezelf''. En ook al weet hij dat ,,er
geen land op aarde is waar politici luisteren naar academici zoals
wij''.