NIEUWS  TEGENSPRAAK  SUPPLEMENT  DOSSIERS  ARCHIEF  ADVERTENTIES   SERVICE


Kosovo Conflict

Nieuws

Achtergrond

Nasleep

Conflict

Vluchtelingen

Etnische zuivering

Internet en Media

Links

De NAVO heeft behoefte aan duidelijke leiding

Richard Cohen
Aan president Clintons recente uitspraak dat hij inzake Kosovo "geen enkele optie van tafel wil halen" kloppen drie dingen niet. In de eerste plaats is wat hij zegt in strijd met zijn eigen woorden, in de tweede plaats ontkennen zijn adviseurs het en in de derde, belangrijkste plaats: Milosevic gelooft hem niet.

Deze laatste stelling wordt bewezen door de jongste berichten dat Servië versterkingen naar Kosovo heeft gestuurd en dat de 'etnische zuiveringen' doorgaan. Dat is niet de reactie van iemand die vreest voor een troepenconcentratie aan zijn grenzen en het gevoel dat hem daarmee een strop wordt omgehangen. Milosevic mag een misdadiger zijn, hij is niet onontwikkeld. Hij heeft Clintons eerdere uitspraken gelezen. Als hij gevaar loopt, dan hooguit door het vele krabben op zijn hoofd.

Zijn grondtroepen nu wel of niet van tafel? Dat is moeilijk te zeggen. President Clinton zegt dat ze er nog op liggen, omdat ze er nooit af zijn geweest. Maar dat is niet zo. Het wordt tegengesproken door zijn eerdere verkaringen - "Ik ben niet van plan onze troepen in Kosovo te laten oorlogvoeren," zei hij in maart - en door de verklaringen, zowel officieel als onofficieel, van zijn naaste medewerkers.

Bijvoorbeeld: één dag voordat Clinton zei dat grondtroepen niet van tafel waren, zei de woordvoerder van zijn Nationale Veiligheidsraad, David Leavy, dat ze dat pertinent wel waren: er zouden geen [Amerikaanse] troepen Joegoslavië binnenvallen. "Daar blijven we bij."

Toen kwam Clintons uitspraak, en leken de bakens verzet. Was er sprake van een beleidsverandering, vroeg ik het Witte Huis. Er is niets veranderd, kreeg ik te horen.

Ik vroeg het met zoveel woorden: Zegt u dat als er ook nog maar één Servische scherpschutter in Kosovo is en er geen wapenstilstand is bereikt, er geen Amerikaanse troepen de grens over gaan? Correct, zei hij. Er is geen tussenweg. Er is wél een 'gunstig klimaat', of het is er niet.

Tijdens persbijeenkomsten hebben de naaste medewerkers van de president hetzelfde betoogd: geen grondtroepen. Er worden niet eens plannen voor gemaakt. Toen ik vroeg wat er verkeerd was aan plannen maken, kreeg ik een somber college over hellende vlakken. "Ik weet hoe ik naar binnen moet," zei deze bron, "maar ik weet gewoon niet hoe ik weer weg kom."

Dus wat is nu het beleid? Ik krijg te horen dat er niets veranderd is. Maar ik heb ook van een hoge NAVO-functionaris gehoord dat het bondgenootschap niet van plan is te wachten totdat Milosevic met zijn handen omhoog naar buiten komt. Het zal binnenvallen wanneer het Joegoslavische leger geen tegenstand van betekenis meer kan bieden. Toen ik erop wees dat het Witte Huis iets anders zei, werd me te verstaan gegeven dat ik het mis moest hebben.

Het gaat hier niet om kleinigheden. Onvermogen het beleid duidelijk te formuleren kenmerkt een regering die eenvoudig niet scherp en nauwkeurig kan nadenken over wat ze in Kosovo wil - en tot welke prijs. Aanvankelijk wees ze het inzetten van grondtroepen af - resoluut en duidelijk. Ze begon te bombarderen, langzaam en met zó weinig effect dat de Serviërs 's avonds uitgingen en feestvierden op de bruggen van Belgrado. Ze verknalde letterlijk de eerste dagen van de oorlog en verergerde zo een vluchtelingen-catastrofe die al gaande was.

"Hadden we geaarzeld, dan was het gevolg een morele en strategische ramp geweest", schreef Clinton afgelopen zondag op de opiniepagina van de New York Times. "De Kosovaren zouden een volk zonder eigen land zijn geworden, dat onder benarde omstandigheden leefde in landen die tot de armste van Europa behoorden, waar het de jonge democratieën uit balans bracht." Heeft de man zijn verstand verloren? Dit is toch precies wat gebeurd is. Misschien zou het anders óók zijn gebeurd, maar Clinton moet toch beseffen dat zijn beleid het er tot dusver alleen maar erger op heeft gemaakt.

Het gebrek aan werkelijkheidszin in dat opiniestuk, het huidige NAVO- beleid en de bereidheid van de president om datgene te zeggen wat opportuun is - het is van hetzelfde laken een pak. Hij heeft nauwelijks enig leiderschap getoond, niet in het mobiliseren van de Amerikaanse publieke opinie noch als veldheer die de NAVO ten oorlog voerde. Hij zegt de ene dag dit en de andere dat. Als Milosevic heeft geconcludeerd dat Clinton maar zegt wat het gemakkelijkst is, dan valt hem weinig te verwijten. Zo denkt men er in Washington immers ook over.

We zijn in oorlog. Er worden mensen gedood. De verschrikkingen, de pijn, de doden, de verwoestingen zijn geen binnenlandse aangelegenheid, zoals een belastingverlaging die zich leent voor de gebruikelijke mooipraterij van Clinton. De NAVO heeft behoefte aan leiding, en wij Amerikanen willen weten wat ons beleid is. Wat in elk geval op tafel ontbreekt zijn openheid en doortastendheid. Als de bombardementen falen, zullen troepen moeten worden gestuurd. Dat zou de president moeten zeggen - en vervolgens zou hij het, moeten doen.

Richard Cohen is columnist van The Washington Post.

©The Washington Post Company

NRC Webpagina's
26 MEI 1999

    Bovenkant pagina

NRC Webpagina's © NRC Handelsblad