Serviërs hebben geen fut en geen energie
meer
Met dagelijkse betogingen wil de
Servische oppositie Milosevic ten val brengen. Maar al na drie dagen
moet ze constateren dat er bij de demonstraties niemand meer komt
opdagen.
Door onze correspondent RENÉE POSTMA
BOEDAPEST/BELGRADO, 25 SEPT. Svetlana's weckflessen blijven leeg dit
jaar. Normaal gesproken is het eind van de zomer de tijd dat de
Belgradose ingenieur bergen tomaten, aubergines, paprika's en ui koopt
voor de inmaak om de winter in te gaan met een geruststellende voorraad
weckflessen in de kast. Dit jaar kan ze voor het eerst niet de
benodigde paar tientjes vrijmaken om de groente in te kopen. De overheid
heeft haar salaris met dertig procent gekort. Bovendien is wat ze nog
verdient ook minder waard geworden omdat de overheid geld is gaan
bijdrukken en de inflatie terug is.
In de omgeving van Svetlana maakt niemand in dit jaar. Misschien is het
geld morgen al nodig om de stroomrekening te betalen. Als er tenminste
stroom zal zijn. Nu al valt het licht om de haverklap uit. Hoe het
straks moet als het echt koud wordt - veel Serviërs stoken
elektrisch - weet niemand.
Het totaal verouderde elektriciteitsnet kreeg dit voorjaar rake klapen
van de NAVO. Hier en daar is wat hersteld, maar er is geen garantie dat
er stroom zal zijn, deze winter. Met de terugkeer van de inflatie is
ook het spook van de hyperinflatie terug. In 1993 raakte de
geldontwaarding in Joegoslavië in een duizelingwekkende spiraal.
Begin 1994 beliep de inflatie driehonderd miljoen procent. Het ligt de
Serviërs, die toen in één klap hun spaargeld
kwijtraakten, nog vers in het geheugen.
De angst voor de winter werkt verlammend. Het is één van
de redenen waarom veel Serviërs zeggen geen energie meer te
hebben, geen fut en geen zin om nog eens te straat op de gaan voor
'ludieke' acties tegen Milosevic. Dinsdag had het begin moet zijn voor
de eindstrijd tussen Milosevic en het Servische volk dat volstrekt
genoeg van hem heeft. Opiniepeilingen in het weekblad Nedeljni
Telegraf gaven aan dat meer dan zestig procent van de bevolking het
vertrek van de dictator wil. Het was dan ook de bedoeling van dat deel
van de Servische oppositie dat zich onder leiding van Zoran Djindjic
verzameld heeft in de SZP (Alliantie voor Verandering) om de onvrede te
mobiliseren. Honderdduizenden mensen zouden op de been gebracht worden.
Ze moesten het vertrek eisen van Milosevic, de benoeming van een
overgangsregering en de uitschrijving van verkiezingen. Het zou het
begin worden van een nationaal protest dat met de dag zou groeien zodat
Milosevic uiteindelijk gedwongen zou zijn het veld te ruimen.
Maar de eerste dag werden het er al geen honderdduizenden en de daarop
volgende dagen slonken de aantallen nog verder. Djindjic die in augustus
nog overmoedig had geroepen dat hij zeker twee miljoen Serviërs
door het hele land op de been zou kunnen brengen, moest op dag drie van
het protest al toegeven dat het misschien niets zou worden. "Als er
geen steun komt, geen energie, dan moeten we de conclusie trekken dat
de Serviërs niet de straat op willen, dat wij niet de leiders zijn
die het volk wil." Toch geeft Djindjic het nog niet op en wil in ieder
geval nog tot midden oktober proberen het volksprotest vlot te trekken.
"Midden oktober moet het duidelijk zijn."
Terwijl Djindjic een verloren strijd lijkt te voeren, zit zijn grote
tegenspeler binnen de Servische oppositie Vuk Draskovic - de leider van
de Servische Vernieuwingsbeweging SPO - rustig te wachten op de dingen
die gaan komen. Zijn laatste optreden op de demonstratie van 19
augustus, waarin hij openlijk Djindjic en de zijnen afviel, was niet
bepaald gelukkig. Maar toen waren er wel ruim 150.000 mensen op straat.
Het verschil tussen demonstraties met en zonder Draskovic blijft nog
altijd tienduizenden betogers. De Servische oppositie is op dit moment
geen echt probleem voor Milosevic. Hij heeft de heren precies waar hij
ze wil hebben: verdeeld en machteloos. Toch is de positie van de man
die Joegoslavië al meer dan tien jaar lang in een ijzeren greep
houdt, niet onbedreigd. In zijn directe omgeving groeit de onvrede over
het isolement van Joegoslavië. Meer dan driehonderd mensen uit
zijn entourage staan op een zwarte lijst van de EU. Zij mogen niet
reizen en hun buitenlandse tegoeden zijn bevroren. De echte uitdager
zou uit deze hoek moeten komen, al hebben ook waarnemers nog geen idee
wie het machtsblok van Milosevic gaat breken. Dat het gaat gebeuren,
staat in Belgrado echter vast.