Belgrado meldt dood 10 burgers
Eerste doel NAVO: suprematie in luchtruim
Door MENNO STEKETEE
De NAVO-luchtaanvallen op Joegoslavische
doelen waren afgelopen nacht, voor zover duidelijk, vooral gericht tegen
de luchtverdediging. De zenuw- centra van de strijdkrachten en de
troepen in Kosovo zijn de volgende doelwitten.
Het leek een ontkenning van krijgslogica: verklappen dat je
luchtaanvallen gaat uitvoeren. Ook het uur-U waarop het
NAVO-bombardementsoffensief begon zal nauwelijks iemand hebben verbaasd.
Het element van de verrassing was, kortom, ver te zoeken. Maar dat gold
uitsluitend op het strategische niveau. Er mag van worden uitgegaan dat
de NAVO-planners op het tactische niveau de nodige trucs hebben bedacht.
Hierdoor lijkt in ieder geval de eerste fase van operatie Allied Force,
het uitschakelen van de luchtafweer, voorspoedig te zijn verlopen. De
volgende fasen, het `degraderen' van de capaciteit van de rest van de
Joegoslavische strijdkrachten en het vernietigen van het materieel van
de speciale `politietroepen', zullen naar schatting nog twee tot drie
weken in beslag nemen.
Allereerst was het inzetten van de twee B-2 Spirit bommenwerpers in de
eerste aanvalsgolf niet verwacht. Deze toestellen, die slecht voor radar
zijn waar te nemen, kosten meer dan een miljard dollar per stuk en hun
missie boven Servie was de eerste gevechtsopdracht. De vleermuisvormige
bommenwerpers, die elk 16 geleide bommen van 1000 kilo kunnen meevoeren,
kwamen de afgelopen tijd vooral in het nieuws omdat er iets niet aan
deugde. Zo zouden ze hun `radar-ontwijkende' eigenschappen bij vochtig
weer verliezen. Laag vliegende en lawaaierige kruisraketten die
eveneens in groten getale vanaf marineschepen en door B-52 bommenwerpers
werden afgevuurd geven de luchtverdediging een waarschuwingstijd. De
bommen van de hoogvliegende Spirits zullen als een donderslag bij
heldere hemel zijn gekomen.
Ook zal er alles aan zijn gedaan om de bemanningen van de Joegoslavische
luchtafweer hun radarapparatuur te laten inschakelen. Met behulp van
gevoelige luisterapparatuur aan boord van vliegtuigen zijn vervolgens de
radarinstallaties te lokaliseren. Daarna kunnen deze systemen
elektronisch worden gestoord jamming of worden aangevallen met geleide
bommen of raketten die de radarstraling `stroomopwaarts' volgen.
Voor deze lastige taak zijn op Italiaanse bases verschillende types
vliegtuigen gestationeerd: Amerikaanse EA-6B's en F-16CJ en daarnaast
Duitse Tornado's ECR. Nu zijn de Joegoslavische luchtverdedigers op de
hoogte van dit gevaar en ze zullen dus zo lang mogelijk hun apparatuur
uitgeschakeld houden. Of de radar nu is uitgeschakeld of vernietigd
maakt de piloten niet uit: het effect is hetzelfde. Niet voor niets
heten deze vliegtuigen SEAD-toestellen, voor: Suppression of Enemy Air
Defenses.
In de Golfoorlog (1991) lokten de vliegtuigen van de anti-Iraakse
coalitie de Iraakse luchtafweerbemanningen die hun kruit ook liever
droog hielden uit de tent door lokvogels, decoys, af te vuren. Deze
robotvliegtuigjes zonden signalen uit, die de Irakezen ervan overtuigden
dat grote aantallen vliegtuigen op weg waren. De eerste Iraakse
berichten waren juichend: tientallen toestellen neergehaald. Ze hadden
gelijk. Alleen waren het geen echte vliegtuigen, maar de lokvogels. En
ze hadden zich bloot gegeven. De berichten van de Joegoslavische
televisie over neergeschoten NAVO-vliegtuigen zouden heel goed op
hetzelfde principe kunnen berusten.
Op hun beurt kwamen de Serviers overigens eveneens met een verrassing:
ze zetten hun MiG's in tegen de NAVO-toestellen. Dat ze hierbij
vliegtuigen verloren, kan het Joegoslavische opperbevel niet hebben
verbaasd: zodra een toestel opstijgt wordt het immers onmiddellijk
opgepikt door AWACS-radartoestellen, die er vervolgens
NAVO-onderscheppingsjagers heen dirigeren.
De eerste fase van `Allied Force' is gericht op het vernietigen van de
luchtafweer. Radiomasten met straalzenders, communicatieknooppunten en
vliegbases zijn de afgelopen 24 uur gebombardeerd. Alleen salvo's
kruisraketten en minder kwetsbare toestellen, uitgerust met geleide
wapens, zijn hiervoor ingezet. Het was vanmiddag nog gissen naar het
effect van deze aanvallen. Volgens de voormalige NAVO-commandant in de
regio generaal Leighton Smith hebben de Joegoslavische strijdkrachten
een ,,overvloed aan militair materieel''. Materiele verliezen kunnen dus
worden aangevuld. Daarbij komt dat de verschillende
communicatieknooppunten onderling zijn verbonden met glasvezelkabels.
Doordat deze niet zijn te storen en het glasvezelnet daarnaast als een
soort Internet functioneert en dus niet hapert wanneer een verbinding is
verbroken, is dit `geintegreerde' systeem zeer moeilijk te vernietigen.
Op dit moment lijkt al sprake van het behalen van het doel van fase een,
het verkrijgen van air superiority: de NAVO, die ongeveer 300
vliegtuigen beschikbaar heeft, heeft in het Joegoslavische luchtruim de
overhand. Wanneer de luchtafweerbatterijen zijn geneutraliseerd en de
tachtig Joegoslavische MiG's zich niet meer kunnen of durven vertonen,
is sprake van de volgende fase: de air supremacy. De minder geavanceerde
vliegtuigen hebben dan vrij spel in het luchtruim van Servie en,
daaronder, Kosovo. Het vernietigen van de capaciteit van de
Joegoslavische strijdkrachten, de munitiedumps, de olieopslagplaatsen,
kazernes, kan dan in ernst beginnen.
Het ligt voor de hand dat Kosovo vervolgens wordt geisoleerd, precies
zoals tijdens de Golfoorlog het Kuwaiti Theater of Operations werd
afgezonderd. Door wegen en bruggen tussen de provincie en Servie te
bombarderen kan dan worden verhinderd dat versterkingen worden
aangevoerd en dat de aanwezige troepen met hun tanks en
pantservoertuigen kunnen vluchten.
De opeenvolging van de verschillende fases wordt bepaald door het succes
van de eerste aanvalsstadia. Vandaag hebben satellieten en
spionagevliegtuigen gekeken in hoeverre de eerste aanvallen succesvol
zijn geweest. Zodra het donker wordt, gaat de trukendoos weer open.