NIEUWS  TEGENSPRAAK  SUPPLEMENT  DOSSIERS  ARCHIEF  ADVERTENTIES   SERVICE


Kosovo Conflict

Nieuws

Achtergrond

Nasleep

Conflict

Vluchtelingen

Etnische zuivering

Internet en Media

Links

Van Vuk hoeft Slobo niet de gevangenis in


Slobodan Milosevic moet aftreden, maar naar de gevangenis hoeft hij niet. Dat zei opposant Vuk Draskovic zaterdag op de eerste grote protestbijeenkomst van zijn partij. Hij zie ook niet te willen samenwerken met de rest van de oppositie in Servie

Door onze correspondent RENÉE POSTMA

KRAGUJEVAC, 19 JULI. Vuk Draskovic is razend over wat de Serviërs in Kosovo wordt aangedaan, is razend op Slobodan Milosevic, de president die het zover heeft laten komen en is razend op de internationale gemeenschap die Serviërs bombardeert om de Albanezen in Kosovo te beschermen, maar die Albanezen gewoon hun gang laat gaan.

Op zijn eerste na-oorlogse protestdemonstratie zegt Vuk het nog net niet in de woorden van Milosevic zelf dat 'niemand het recht heeft de Serviërs te slaan'. Maar de vele duizenden Servische vluchtelingen uit Kosovo die uit het hele land met bussen naar de bijeenkomst in Kragujevac gekomen zijn klinken de woorden van de chef van de Servische Vernieuwingsbeweging vertrouwd in de oren. Eind jaren tachtig legde de toen nog jonge en onbekende apparatsjik Slobodan Milosevic met die woorden de basis voor zijn politieke carrière. Goran Djuric was erbij. Tien jaar geleden stond hij voor Milosevic te juichen in Kosovo Polje. Vorige maand is hij Kosovo ontvlucht, met het Joegoslavische leger. Hij woont nu zolang bij familie in Servië en leeft van de verkoop van zijn laatste spulletjes. "Wij zijn hier vreselijk ontvangen. Het enige dat ik gekregen heb is een papiertje van het Rode Kruis met mijn naam erop en een nummer. Verder niets, geen cent." Verbitterd vertelt hij dat het regime mensen als hem alleen maar wil helpen als het er belang bij heeft. Van zijn mede-Serviërs valt ook niets te verwachten. "De maatschappij wankelt op de rand van de afgrond en gewone mensen kunnen niets doen." Djuric sluit een burgeroorlog niet uit als het regime zal ingrijpen tegen de demonstraties. "Milosevic is nu elf jaar aan de macht. Negen jaar daarvan is het land al in oorlog. Wij waren een goede familie. Hebben allemaal gestudeerd. Ik heb in Kosovo een huis staan dat een paar jaar geleden nog één miljoen mark waard was. Ik bezat de grootste viskwekerij van Kosovo, van heel Joegoslavië. En nu staan we op straat."

"Alle verantwoordelijkheid voor de rampen die de afgelopen tien jaar over ons zijn uitgestort, in het bijzonder de vernietiging van Kosovo, ligt bij de president", begint Draskovic zijn optreden even later. "De president moet aftreden uit al zijn functies." Vervolgens zet hij enthousiast de aanval in op de rest van de oppositie, verzameld in de brede Alliantie voor Verandering, die twee dagen eerder op dezelfde plaats ook al tienduizend demonstranten wist te trekken. "Wij willen geen parades, geen charades en geen handtekeningenacties", roept hij in een duidelijke verwijzing naar Zoran Djindjic die een grote mars naar Belgrado wil organiseren en een petitie laat rondgaan die inmiddels door honderdduizenden Serviërs is ondertekend. "Wij hebben geen slogans nodig maar een programma dat niet afhangt van de vraag of iemand eindelijk bezwijkt onder druk en aftreedt, maar van ons zelf en van onze vastberadenheid", aldus Draskovic.

Het belangrijkste punt in het programma van Draskovic blijkt dan ook niet het vertrek van Milosevic maar het opheffen van de economische en politieke sancties tegen Joegoslavië. Daartoe moet er eerst een overgangsregering komen, zowel in de Joegoslavische federatie als in de Servische republiek. Voor de federatie ziet Draskovic een belangrijke rol weggelegd voor de partij van de opstandige Montenegrijnse president Djukanovic, de DPS. "De DPS zou de premier moeten leveren in de nieuwe regering en de contacten met het buitenland moeten herstellen." Djukanovic zou daar volgens Draskovic wel voor voelen. Verkiezingen zijn volgens de leider van de Servische Vernieuwingspartij pas aan de orde als de sancties zijn opgeheven. Van samenwerking met de Alliantie voor Verandering wil Draskovic pas na de verkiezingen horen. Op dit moment denkt hij in zijn eentje het beste af te zijn.

De naar schatting vijftienduizend ontevreden Serviërs die op de protestbijeenkomst zijn afgekomen kijken wat glazig als Draskovic zijn programma presenteert. Oók als hij verkondigt dat wat hem betreft Milosevic niet de gevangenis in hoeft, dat er geen wraak moet worden genomen. Pas als Draskovic weer terugkomt op Kosovo, leeft de menigte op. "De internationale gemeenschap heeft ons vorig jaar al gedwongen onze troepen in Kosovo terug te brengen. Daarna zijn de bommen toch gevallen. Wij zijn gedwongen alle troepen terug te trekken. Maar buitenlandse troepen kunnen geen orde bewaren. Ieder Albanees huis staat puilt uit van de wapens. Zij zijn zogenaamd onschuldig en wij Serviërs zijn moordenaars. De etnische zuiveringen gaan door. Er gaat geen dag voorbij dat er geen Serviërs worden weggejaagd." Vladan Batic, de leider van de Servische christen-democraten en één van de voormannen van de Alliantie voor Verandering, heeft Draskovic inmiddels scherp veroordeeld, vooral omdat hij tegen een verenigde oppositie is en omdat hij het op een akkoordje wil gooien met Milosevic' socialisten. "Je kunt het heden en het verleden niet samenbrengen, net zomin als schande en eergevoel, diefstal en oprechtheid." Voor Batic is de rede van Draskovic het bewijs dat zijn SPO probeert gemene zaak te maken met het regime en een uitweg zoekt voor Milosevic.

NRC Webpagina's
19 JULI 1999


    Bovenkant pagina

NRC Webpagina's © NRC Handelsblad