'Clinton en Blair planden in Kosovo een
grondoorlog'
Door een onzer redacteuren
ROTTERDAM, 19 JULI. Drie dagen
voordat de Joegoslavische president Slobodan Milosevic op 3 juni akkoord
ging met de ontruiming van Kosovo waren de Verenigde Staten en Groot-
Brittannië het eens geworden over een invasie van Kosovo met
grondtroepen.
Dat schrijft het Britse zondagsblad The
Observer.Volgens het blad waren president Bill Clinton en premier
Tony Blair het eens geworden over een grondoorlog om Kosovo, die de
codenaam B-Minus kreeg. De grondoorlog zou in de eerste week van
september moeten beginnen met een strijdmacht van 170.000 man (onder wie
50.000 Britse soldaten). Ze zouden binnen zes weken - nog voor de eerste
wintersneeuw - Kosovo moeten bezetten, aldus The Observer, die zich
beroept op Britse militaire deskundigen en op niet nader
geïdentificeerde bronnen bij de NAVO.
Volgens de Britse luchtmachtmaarschalk John Day, de op een na hoogste
Britse militair, wist Slobodan Milosevic van dit akkoord tussen Clinton
en Blair. Op 3 juni, toen hij instemde met de terugtrekking van alle
Joegoslavische en Servische troepen uit Kosovo en de legering van de
internationale vredesmacht KFOR, bevond de NAVO zich op enkele dagen van
een formeel besluit over de vorming van het grondleger voor de invasie
in Kosovo. De negentien lidstaten zouden het plan volgens Day zonder
twijfel hebben goedgekeurd.
De door The Observer ondervraagde deskundigen gaan ervan uit dat het
grondleger van de NAVO zou zijn geslaagd in zijn opzet. Volgens de
Britse opperbevelhebber Sir Charles Guthrie werden de Servische troepen
overschat. Hij beschreef hen als "beulen, goed in het uitmoorden van
vrouwen, kinderen en bejaarden". Volgens The Observer heeft NAVO-
opperbevelhebber Wesley Clark een harde strijd moeten voeren om het plan
voor een grondoorlog er bij de Amerikaanse regering - vooral bij
minister van Defensie William Cohen - door te krijgen. De Britten gaven
hem, om te kunnen beoordelen hoe de hoogste politieke leiders over de
zaak dachten, zelfs toestemming om de privé-telefoongesprekken
tussen Clinton en Blair (mee) af te luisteren. Clark kreeg uiteindelijk
het groene licht. Een Amerikaanse genie-brigade werd naar Albanië
gestuurd om de aanvoerwegen naar de grens met Kosovo in orde te maken.
Ook benoemde Clark een geheime staf op het hoofdkwartier in het
Belgische Bergen, die de plannen voor een grondoorlog baseerde op Britse
plannen voor zes verschillende alternatieven voor een inval in Kosovo en
Servië zelf, opgesteld in juni 1998.