Ficties in Kosovo
HET AKKOORD VAN het VN-bestuur
in Kosovo (UNMIK) en de Albanese gemeenschap over de nieuwe opzet van
het bestuur in de provincie is door UNMIK-chef Bernard Kouchner in
juichende termen begroet.
"Dit", zo zei hij gisteren bij de
ondertekening van het akkoord met de leiders van de Kosovo-Albanezen,
"is de eerste dag van het nieuwe Kosovo (...) Een doorbraak (...) Het
eerste grote succes van UNMIK." De nieuwe opzet voorziet in de vorming
van een Gemeenschappelijke Tussentijdse Bestuursstructuur, afgekort IAS,
met als belangrijkste onderdeel een Gemeenschappelijke Tussentijdse
Bestuursraad, afgekort IAC. De IAS vervangt per eind januari 2000 alle
bestaande bestuursstructuren, zoals de zelfbenoemde 'regering' van de
eveneens zelfbenoemde 'premier' Hashim Thaçi (de vroegere leider
van het Kosovo Bevrijdingsleger UÇK), en de ook al zelfbenoemde
'rege ring' van diens rivaal Ibrahim Rugova. Rugova zal zich vanaf eind
januari ook geen 'president' van Kosovo meer mogen noemen. Het enige
'oude' orgaan dat blijft is de Overgangsraad, waarin in theorie alle
gemeenschappen van Kosovo zijn vertegenwoordigd en die Kouchner advies
mag geven.
Aldus maakt de nieuwe structuur een eind aan de diverse parallelle
besturen die de afgelopen maanden in Kosovo zijn gevormd op nationaal,
regionaal en vooral gemeentelijk niveau. Het is de bedoeling dat alle
etnische gemeenschappen van Kosovo in de nieuwe structuur gaan
samenwerken. Het belangrijkste orgaan wordt de IAS, waarin onder
voorzitter schap van Kouchner vier vertegenwoordigers van het VN-be
stuur en vier vertegenwoordigers van de bevolking komen. Drie van hen
zijn Albanezen, de vierde post is voor een afgevaardigde van de
Serviërs. Alle besluiten van de IAC zouden idealiter met consensus
moeten worden genomen, maar bij onenigheid beslist Kouchner, die
bovendien een vetorecht heeft op elke beslissing. Het belangrijkste doel
van de nieuwe opzet is het besturen van Kosovo in afwachting van een
volkstelling en verkiezingen, mogelijk in de loop van volgend jaar. De
IAS krijgt daarvoor dertien afdelingen - de 'mi nisteries' van de
'regering' die de IAS de facto is.
DE OPZET IS MOOI. Althans op papier. De IAS versterkt immers de
inspraak van de bevolking in het bestuur, een inspraak die het nu alleen
door middel van de Overgangsraad heeft. Het nieuwe bestuursorgaan
functioneert als regering én als een soort parlement. Dat is een
duidelijke verbetering in vergelijking met de situatie tot nu toe. Maar
de praktijk is taai in Kosovo. Bij de ondertekening van het akkoord
waren naast de VN alleen de Albanezen vertegenwoordigd. De be
langrijkste minderheden, de Serviërs en de Roma (zigeuners),
ontbraken. Hun vertegenwoordigers hebben het overleg over de nieuwe
structuur geboycot en niets wijst erop dat ze in de IAS zitting willen
nemen. In Belgrado is de nieuwe structuur alvast veroordeeld als een
instrument van etnische zuivering. Daarmee lijkt de IAS al vanaf het
begin in elk geval niet het orgaan dat in staat moet worden geacht het
grootste probleem van Kosovo, de peilloze etnische haat, te bezweren.
Kosovo is een protectoraat van het Westen waarmee dat Westen in
toenemende mate in zijn maag zit. Bernard Kouchner, de flamboyante baas
van het protectoraat, reageert doorgaans geprikkeld op verwijten als zou
er te weinig voortgang worden gemaakt bij de normalisering van de
situatie. Hij wijst dan op Bosnië ("We hebben hier in vijf maanden
meer gedaan dan in Bosnië in vijf jaar") en somt de resultaten op:
60.000 gezinnen hebben hulp gekregen om de winter door te komen, er zijn
vijfhonderd geprefabriceerde huizen in elkaar gezet, zes ziekenhuizen en
26 eerste hulpposten geopend, 35.000 mensen profiteerden van speciale
hulp ter waarde van 7,5 miljoen mark. 86 procent van de kinderen gaat
naar school, 250 scholen zijn herbouwd en er is negen miljoen mark
betaald aan salarissen voor 45.000 werknemers in onderwijs, rechtspraak
en de gezondheidssector. Er is een douane opgericht, er is een begin
gemaakt met de volkstelling. Straks worden er vierhonderd rechters en
procureurs benoemd, en we zijn het eens dat het rechtssysteem van voor
1989 (toen Kosovo nog autonoom was en zijn eigen rechtspraak had) zal
worden toegepast. En luister, zegt Kouchner dan, "in Bosnië
begonnen we bij nul, in Kosovo bij min twintig". En hij zegt: "Stop het
preken!"
ALLE PRESTATIES ten spijt: Kosovo blijft een regio waar etnische
haat de doorslag blijft geven. In vijf maanden zijn in Kosovo 414
moorden gepleegd en 1.258 branden gesticht. Tienduizenden Serviërs,
maar ook Roma, Gorani, Turken, joden en Kroaten zijn verdreven. Van
verzoening is geen sprake. Etnische gemeenschappen (deels in getto's
opgesloten) beloeren elkaar in brandhaarden als Orahovac en Kosovska
Mitrovica, en bespringen elkaar als ze er de kans toe krijgen. Het
gebruik van het Servisch (of een andere Slavische taal) op straat kan
mensen het leven kosten. Het UÇK is ontbonden, maar de opvolger,
het Kosovo Beschermingskorps TMK (leider: Hashim Thaçi) bezit
aanzienlijke illegale wapenvoorraden.
Daarnaast lijkt de internationale gemeenschap vijf maanden na de intocht
van de vredesmacht KFOR nog geen stap verder waar het gaat om de
toekomst op de wat langere termijn. Formeel wordt nog steeds
vastgehouden aan de fictie dat Kosovo onderdeel is van Servië en
niet onafhankelijk mag worden - terwijl een terugkeer naar Servisch
bestuur (ongeacht of dat democratisch is of niet) volstrekt uitgesloten
lijkt.
DE VORMING VAN de nieuwe bestuursstructuur is een stap in de goede
richting. Maar voor superlatieven als doorbraak of groot succes is
voorlopig geen enkele reden.