Rugova krijgt bij visite bescheiden ontvangst
De gematigde leider Ibrahim
Rugova was gisteren voor het eerst sinds maanden even terug in Kosovo.
Hij noemde de toestand in zijn land een wonder. En hij wil snel
verkiezingen.
Door onze redacteur HARM VAN DEN BERG
PRISTINA, 16 juli. Geen zijden sjaaltje, wel een flinke stropdas onder
het bruine pak. Zo arriveerde Ibrahim Rugova gisteren rond een uur 's
middags bij het VN-kantoor in Pristina. De belangstelling moet hem
enigszins zijn tegengevallen. Rugova werd na ruim twee maanden verblijf
in het buitenland door amper vijfhonderd aanhangers verwelkomd: "Onze
president." Hier en daar een bescheiden Albanese vlag of een foto. De
gematigde leider Rugova, twee keer door de Kosovo-Albanezen gekozen tot
hun 'president' maar niet als zodanig erkend door Belgrado, heeft
tijdens de oorlog veel steun verloren. Zijn reputatie is aangetast door
Servische televisiebeelden, waarop hij een ontmoeting heeft met de
Joegoslavische president Milosevic tijdens de NAVO-bommencampagne, en
door zijn daaropvolgende beslissing om Kosovo te verlaten. Rugova's
verdediging dat hij Milosevic onder Servische dwang ontmoette en voor
zijn veiligheid Kosovo verliet, heeft daar weinig aan afgedaan. Tijdens
Rugova's afwezigheid deed de leider van het Kosovo Bevrijdingsleger
UÇK, Hashim Thaçi, een - voorlopig nog onbesliste - gooi
naar de macht. Terwijl Engelse militairen een cordon rond de
demonstranten leggen en het verkeer regelen, beweegt Rugova zich bij
zijn terugkeer onhandig tussen de vele veiligheidsfunctionarissen, die
onverstoorbaar tegenstrijdige adviezen geven. Van de een mag hij handen
schudden, de ander raadt dit met klem af. Plotseling maakt hij een
onhandig sprongetje in de richting van het publiek, alsof hij de
belagers van zich af wil schudden. Maar dan ziet hij er toch maar van
af en verdwijnt hij wuivend in het VN-gebouw, waar een kort gesprek
wacht met VN-afgezant Vieira de Mello. Een gesprek over het toekomstig
bestuur van Kosovo, dat iets meer dan een half uur duurt.
Als hij weer naar buiten komt, zingen de aanhangers "Ik beloof je dat ik
mijn leven geef voor Kosovo". Rugova zwaait wat stijfjes met een bos
bloemen. Daarna vertrekt de leider van de Democratische Liga van
Kosovo, in een donkerblauwe Lancia naar zijn vrijstaande huis in
Velania, een van de twee villawijken van Pristina. Hij ontvangt er
delegaties van diverse partijen en enkele buitenlandse
vertegenwoordigingen, alsmede zijn vrienden. Ze passeren allemaal de
forse Albanese vlag die naast de voordeur staat opgesteld. Vervolgens is
een selectie van de internationale media welkom. Rugova, ook wel de
Ghandi van Kosovo genoemd, geeft slechts een enkel statement.
Bijvoorbeeld dat hij niet gaat werken aan de totstandkoming van "de
heilige etnische Albanese staat'. Nee, het is juist de bedoeling dat
"alle groepen" die in Kosovo hoorden, daar weer terugkeren, vindt
Rugova. Ook de Serviërs dus, van wie er volgens een opgaaf van
KFOR eerder die morgen al 150.000 (75 procent van het totaal) zijn
vertrokken. Uit angst of zonder meer weggejaagd, weet KFOR. Verder
hoopt Rugova op snelle verkiezingen. Hij is bereid met het UÇK te
praten over de toekomst van Kosovo, waarop UÇK-leider
Thaçi later die dag zal reageren met: "Ik zal naar hem
luisteren." De huidige toestand in het land, vooral in Pristina, noemt
Rugova een wonder en hij rekent op de hulp van God en van de
internationale organisaties om het land onafhankelijkheid te geven.
Terwijl de leider binnen in het VN-gebouw met de afgezant van VN-chef
Kofi Annan de toekomst bespreekt, zegt Gjergj Dedaj, leider van de
Liberale Partij, dat er "na de oorlog alle groepen in een andere
positie zijn terecht gekomen". Zijn partij is er klaar voor om "met
iedereen samen te werken, ook met de Serviërs",aldus Dedaj. Hij
vindt dat de NAVO en VN nog lang in Kosovo moeten blijven, "tot Kosovo
zelf lid is van de NAVO". Op de vraag wie het nieuwe bestuur van deze
kleine staat zou moeten leiden, zegt Dedaj: "Tot de volgende
verkiezingen is Rugova onze president."
In het KFOR-hoofdkwartier was het bezoek van de leider 's morgens vroeg
met enig gevoel voor drama aangekondigd als "de terugkeer van president
Ibrahim Rugova in Kosovo". Het verblijf is echter maar van korte duur.
Aan het eind van de middag is Rugova al weer op weg naar Skopje, de
hoofdstad van Macedonië, en onderweg passeert hij een lang konvooi
van Russische militaire voertuigen. Op weg naar de multinationale
eenheid van KFOR in het zuiden. Na Skopje vertrekt Rugova naar
Italië en vandaar naar de VS waar hij een dezer dagen een gesprek
zal hebben met president Clinton.