Over aanblijven van Milosevic
Oppositie Servië eist een volksstemming
PROKUPLJE, 9 JULI. De Servische
oppositieleider Zoran Djindjic heeft gisteren op een nieuwe
protestdemonstratie tegen het bewind in Belgrado een referendum
geëist over het lot van president Slobodan Milosevic.
"We moeten dit jaar een echt democratisch referendum krijgen over het
aftreden van Milosevic: voor Milosevic of voor Servië", aldus
Djindjic, leider van de Democratische Partij en een van de kopstukken
van de Alliantie voor Verandering, de overkoepelende organisatie van de
oppositie.
Voordat Djindjic het woord nam op het centrale plein van Prokuplje in
het zuiden van Servië, werd er vanuit het nabijgelegen lokale
hoofdkwartier van de regerende socialisten geschoten. De plaatselijke
partijvoorzitter kwam het kantoor uit en vuurde op de trappen van het
gebouw zes keer in de lucht. De ordedienst van de oppositie voorkwam dat
betogers de schutter te lijf gingen. De socialisten hadden gisteren op
hetzelfde plein en op hetzelfde tijdstip een tegendemonstratie willen
houden, maar zagen daar later alsnog van af. Wel kwam een tiental
aanhangers van Milosevic opdagen, voornamelijk oorlogsveteranen, die
riepen dat ze Hitler hadden weerstaan en nu "verraders" niet zouden
toestaan het woord te voeren. De ordedienst van de oppositie voorkwam
vechtpartijen.
Bij de manifestatie onderstreepten diverse sprekers het nieuwe
bondgenootschap tussen de oppositie en de orthodoxe kerk, die volgens
hen betrokken zou moeten zijn bij de vorming van een overgangsregering
in Servië. Die regering zou uit technocraten moeten bestaan en
vervroegde verkiezingen moeten uitschrijven als Milosevic is verdwenen.
"Milosevic heeft geen plek meer om zich te verstoppen", zei de leider
van de partij Burgeralliantie, Goran Svilanovic. "We zullen hem opjagen.
Hij zal ons niet ontsnappen. Onze leiders hebben ons met schande
overladen door in onze naam te moorden en te roven."
Eerder gisteren was Djindjic met zijn karavaan van opposanten in Kosovo
in moeilijkheden geraakt. Hij bezocht het orthodoxe klooster van
Gracanica en stelde samen met bisschop Artemije een verklaring op waarin
werd aangedrongen op democratisering van Servië. Toen hij het
klooster verliet, werd hij opgewacht door rond honderd Servische
ultranationalisten die hem, zijn collega's en de pers te lijf dreigden
te gaan. Britse soldaten van de vredesmacht KFOR hielden de partijen uit
elkaar. De tegenstanders van Djindjic scholden hem uit voor 'verrader',
een verwijzing naar zijn besluit om tijdens de Kosovo-oorlog een oproep
van het leger te negeren en naar Montenegro te gaan. Djindjic zelf zei
dat de nationalisten "door Belgrado worden geleid". "We verwachtten deze
provocatie."
De gemeenteraad van Belgrado wees gisteren een voorstel van Djindjic'
partij af om het aftreden van Milosevic te eisen. Het voorstel werd
afgewezen dankzij de gemeenteraadsleden van de Servische
Vernieuwingsbeweging SPO, de partij van Vuk Draskovic, die zich wel tot
de oppositie rekent, maar niet wil meedoen met de acties van de
Alliantie voor Verandering. De SPO-leden van de raad sloten zich bij de
stemming aan bij de socialisten van Milosevic. De gemeenteraden van Nis
en van Pirot in het zuiden van Servië namen wel een verklaring aan
waarin Milosevic' vertrek werd geëist. (Reuters, AP, AFP)