Neutrale Zwitsers hebben het moeilijk met Kosovo
Zwitserland heeft moeite om zijn strikte neutraliteit te handhaven. De
reacties op de Kosovo-crisis laten dat goed zien.
Door onze redacteur PAUL LUTTIKHUIS
ROTTERDAM, 9 APRIL. Drie Zwitserse legerhelikopters die sinds woensdag
operationeel zijn in Albanië, zorgen voor groot nieuws in
Zwitserland. Ze worden slechts gebruikt voor humanitaire hulp en
vliegen onder de vlag van de VN. Maar het gaat wel om militair
materieel en de coördinatie van hun inzet is in handen van de
NAVO, ook al vallen ze officieel niet onder het commando van de
alliantie.
Nooit eerder zetten de Zwitsers legermateriaal in bij een internationale
missie, zelfs niet voor het verlenen van humanitaire hulp. De huidige
inzet, hoe gering ook, is dan ook niet zomaar te verklaren uit Zwitsers
medeleven met het drama van Kosovo. De Zwitsers zijn weliswaar begaan
met het lot van de Albanese Kosovaren, alleen al omdat het land een
groot aantal vluchtelingen uit Kosovo huisvest - ongeveer 50.000, dat
is meer dan in de meeste andere Europese landen. Maar de Zwitserse
regering had kunnen volstaan met de materiële en financiële
hulp die al via overheidsinstanties werd gegeven. De Kosovo-crisis laat
zien hoezeer Zwitserland worstelt met zijn strikte neutraliteit. Het
enige Westerse land dat nooit lid is geworden van de Verenigde Naties,
is nog steeds huiverig als het gaat om toetreding tot internationale
organisaties of om ondertekening van internationale verdragen. Maar in
Bern wordt neutraliteit steeds vaker ,,slechts één element
is van het buitenlandse beleid'' genoemd.
Daardoor kon minister Adolf Ogi deze week met een plan komen voor
Zwitserse deelname aan een internationale vredesmacht in Kosovo na
beëindiging van de huidige gewelddadigheden. Volgens Ogi zou
daarmee de draad van de OVSE-waarnemers, die in Kosovo gestationeerd
waren voor de NAVO-aanvallen begonnen, met een uitgebreider mandaat van
de VN weer worden opgepakt. Maar zijn voorstel vond weinig weerklank in
de Bondsraad, de Zwitserse regering. Een Zwitsers initiatief nu zou
kunnen worden uitgelegd als een openlijke afwijzing van de NAVO-acties.
Bovendien is het voor de Zwitsers nog steeds wettelijk uitgesloten is
om bewapende soldaten buiten de eigen landsgrenzen in te zetten.
Wel heeft de Bondsraad deze week een andere, voor Zwitserland drastische
stap gezet. Woensdag kondigde de regering aan te overwegen om het
internationale verdrag tegen genocide te ondertekenen. Dit verdrag van
kort na de Tweede Wereldoorlog verplicht de 129 staten die haar hebben
ondertekend om genocide te voorkomen en te stoppen. In Bern wordt er al
een paar jaar over gebakkeleid. De regering, die tot nu toe aarzelde,
vindt dat ,,recente ontwikkelingen het verdrag nieuwe betekenis hebben
gegeven''. Aangezien Zwitserland zich nooit heeft bemoeid met 'het
buitenland' komt het begrip volkerenmoord alleen zijdelings in de
wetgeving voor - ontkenning ervan (vooral in verband met de nazi's) is
strafbaar. Eerst moet de wet worden aangepast voordat het land deel kan
nemen aan het Internationale Strafhof en aan internationale tribunalen
zoals dat in Den Haag.
Terughoudendheid blijft voorlopig de Zwitserse grondhouding. Zo hield
Zwitserland zijn luchtruim gesloten voor NAVO-vliegtuigen, omdat een VN-
mandaat voor de acties ontbreekt. Anderzijds wordt de wapenverkoop aan
NAVO-landen niet gestaakt, terwijl er wel een embargo bestaat op
wapenleveranties aan Joegoslavië. Helemaal neutraal is dat, in de
Zwitserse visie, niet.