'Burgeroorlog als Milosevic blijft'
Oppositie Servië wil dagelijks betogen
BELGRADO, 7 JULI. De
Joegoslavische president Slobodan Milosevic moet met een algemene
staking en een campagne van burgerlijke ongehoorzaamheid tot aftreden
worden gedwongen. Dat aftreden moet voorkomen dat Servië "in een
burgeroorlog wordt gestort". De oppositie zal elke dag demonstreren om
Milosevic weg te krijgen.
Dat zei gisteren de belangrijkste Servische oppositieleider, Zoran
Djindjic, op een demonstratie in de stad Uzice, georganiseerd door de
verzamelde oppositie. In Uzice, een stad die door leden van Djindjic
Democratische Partij wordt bestuurd, gingen zesduizend aanhangers van de
oppositie de straat op. De betoging was door de politie verboden, maar
er werd niet tegen opgetreden. "Laten we ons niet laten meeslepen in de
laatste oorlog die Milosevic nog niet heeft ontketend, de burgeroorlog",
aldus Djindjic. Hij riep de oppositie op de ontevredenheid om te zetten
in dagelijkse demonstraties tegen het regime, in een algemene staking en
in burgerlijke ongehoorzaamheid. Het doel van de campagne is "het
Servische volk van de slavernij te verlossen". Milosevic, aldus
Djindjic, moet "zonder gesjacher" opstappen. "We zien de twee of drie
komende maanden aldus: het volk gaat de straat op, de [orthodoxe] Kerk
roept het volk op de straat op te gaan. Servië als geheel staakt en
doet mee aan de burgerlijke ongehoorzaamheid. Hij stapt op."
In Nis, in het zuiden van Servië werd vandaag tegen het bewind
betoogd. In Leskovac, ook in Zuid-Servië, gingen gisteren voor de
tweede opeenvolgende dag enkele duizenden aanhangers van de oppositie de
straat op. In tegenstelling tot de betoging in Uzice was die in Leskovac
spontaan. De demonstranten liepen op naar het politiebureau en eisten de
vrijlating van een plaatselijke televisiejournalist, Ivan Novkovic, die
maandag werd opgepakt wegens het organiseren van de betoging van die dag
tegen het regime. Bij de betoging van gisteren kwam het tot
schermutselingen tussen betogers en de politie, die wilde verhinderen
dat de demonstranten tot het politiebureau doordrongen.
Novkovic werd vorige week op slag een plaatselijke held toen hij op de
lokale televisie een programma onderbrak om de bevolking op te roepen
tot de betoging van maandag. Twintigduizend inwoners gaven gehoor aan de
oproep. Tijdens die demonstratie werd Novkovic gearresteerd. Gisteren
werd hij in een snelrechtprocedure veroordeeld tot dertig dagen
gevangenisstraf.
Vuk Draskovic, leider van de Servische Vernieuwingsbeweging SPO (die
afwisselend tot het regeringskamp en tot de oppositie behoort en nu weer
in de oppositie is), zei gisteren dat de SPO niet zal toetreden tot een
regeringscoalitie die wordt geleid door de huidige federale premier,
Momir Bulatovic. Volgens Draskovic moet een nieuwe premier worden
geleverd door de partij van de Montenegrijnse president Milo Djukanovic,
de meest prominente criticus van Milosevic binnen Joegoslavië en
een verbitterde vijand van Bulatovic. Volgens de Joegoslavische grondwet
moet de federale premier een Montenegrijn zijn zolang de president een
Serviër is. De uitlating van Draskovic is een tegenvaller voor
Milosevic, die de regerende coalitie wil verbreden met de SPO en van de
ultra-nationalistische Radicale Partij. Aanvankelijk had Draskovic
positief gereageerd op een uitnodiging voor overleg met Bulatovic.
(Reuters, AP, AFP)