NIEUWS  TEGENSPRAAK  SUPPLEMENT  DOSSIERS  ARCHIEF  ADVERTENTIES   SERVICE


Kosovo Conflict

Nieuws

Achtergrond

Nasleep

Conflict

Vluchtelingen

Etnische zuivering

Internet en Media

Links

Verzet tegen komst Russen

Wederopbouw duldt geen verdriet


De artilleristen van de 'Gele Rijders' zijn in zuid-Kosovo ingehaald als bevrijders. De bevolking vreest het ergste als de Russen hun plaats innemen.

Door onze redacteur WILLEBRORD NIEUWENHUIS

ORAHOVAC, 7 JULI. Boordschutter Andre de Fouw laat zijn mitrailleur wat hangen en neemt digitale kiekjes voor thuis. We vliegen laag over geplunderde huizen. Hier en daar ligt nieuw hout om aan herstel te beginnen. In sommige dorpen beweegt niets. Geen vee. Geen wasgoed. Teruggekeerde vluchtelingen zijn nog bang voor mijnen en schuilen bij familie elders.

De piloot zet de grote Chinook helikopter naast een verwilderde wijngaard. De 'Gele Rijders' met hun operettepetjes met kwast komen uit de bosjes naar de deur van de helikopter. Ze begroeten minister De Grave van Defensie stram. De stemming in kamp Orahovac in de Duitse sector van Kosovo is matig. Te weinig douchebeurten voor de 35 graden waarin de Nederlanders moeten werken, te weinig frisdrank en tot slot: de Russen komen eraan en pikken het mooie kamp in.

Waarschijnlijk om die laatste reden wordt de pers geweerd van de briefing voor De Grave en zijn gevolg over de militaire situatie in het gebied. Ook contingentscommandant, brigadegeneraal Bokhoven, houdt zich kwijt voor journalisten. Overste Van Loon zal 's avonds de vertegenwoordigers van het UÇK, het Kosovo Bevrijdingsleger, plechtig beloven dat zij van de Russen niets hebben te vrezen. Maar Van Loon is er niet zeker van hen te overtuigen. "Op het kaartje dat Russen en Amerikanen in Helsinki tekenden, kon je al zien dat de Russische bataljons ook in de Duitse sector zouden komen. Het is sneu voor de Nederlandse mannen en vrouwen die hier zo veel hebben gepresteerd maar we willen de Russen nu eenmaal bij KFOR betrokken hebben en dan moet je ze ergens een plek geven," zegt de chef defensiestaf, luitenant- admiraal L. Kroon. En minister De Grave in lichtgroen burgerpak voegt er aan toe: "De tijd van de Koude Oorlog is voorbij. Die Russen moeten een plek hebben en je kunt je voorstellen dat de NAVO ze liever midden in het land heeft dan aan de noordelijke grens van Kosovo bij Servië. Ze mogen hun plek zelf uitkiezen." In de brandende zon worden riolen aangelegd. Grind moet de artilleristen beschermen tegen modderstromen die hier in de herfst snel ontstaan. Een Nederlandse kraanwagenchauffeur hijst een nieuwe motor in een Duitse tank. En bij de Duitse kantinewagen staan de Nederlanders in de rij voor snoepjes en koeken. Ze vinden dat de Duitsers het beter voor elkaar hebben.

Opperwachtmeester Ruud Mutters uit Dronten wil niet graag verhuizen. "We hebben het vertrouwen van de bevolking, ook van de Serven, gewonnen en dan moet je na drie weken al weer weg. Je denkt toch niet dat die teruggekeerde Albanezen graag die Russen in hun dorp hebben. Maar ja, de bazen beslissen." Mutters werkt bij de opsporingsradar en ziet daar grote vooruitgang. Eerst waren er per dag nog zestig zeventig schoten waarneembaar. Nu zijn dat er hooguit vijf, meestal van eigen troepen die wilde honden uit de weg ruimen. Harry de Neus is ook al weer vertrokken. Kapitein Jongen die die bijnaam heeft gekregen omdat hij beter lijken ruikt dan de honden van zijn opsporingsteam, had in enkele dagen zijn werk gedaan. Hij vond enkele tientallen lijken. De teruggekeerde Albanezen zoeken nu zelf de stoffelijke overschotten van familieleden. Speciale teams voor het Joegoslavië tribunaal in Den Haag identificeren op kleine schaal. Bewijsmateriaal voor genocide wordt slordig bijgehouden, vinden sommige militairen. Er wordt te snel herbegraven. De Kosovaren willen in stilte hun laatste eer bewijzen. Zij moeten niets hebben van foto's van verminkte lijken om later als bewijsmateriaal te dienen. Er is genoeg gebeurd. Wederopbouw duldt slechts kort verdriet.

Tijdens het bezoek van de minister worden zes Albanese plunderaars aangehouden in de omgeving van Servische huizen. Ze worden afgeleverd bij de Duitsers, maar die weten ook niet precies wat met al die arrestanten te doen. Er zouden rechters worden ingevlogen uit landen die hun bijdrage aan KFOR leveren. Zij zouden moeten aangeven hoe lang de verdachte oorlogsmisdadigers of plunderaars in voorarrest moeten blijven. Maar welke rechtspraak geldt? Wie straft wie? Dat is in deze eerste weken allemaal nog onduidelijk.

Het UÇK heeft haast met vergelding. Als KFOR, de Kosovo- strijdmacht, het laat afweten, dan zullen de strijders van het UÇK niet weifelen recht in eigen hand te nemen. Zij vinden dat het arresteren van oorlogsmisdadigers niet langer mag duren dan een week en nemen het minder nauw met bewijsvoering dan de in haast ingezette militairen van KFOR.

De Grave gaat jachtig door het kamp. Hij wordt in Kosovo op de voet gevolgd door bezoekende ministers Herfkens en Van Aartsen. De Grave feliciteert de mannen van de genie dat zij in tegenstelling tot de postbodes in Nederland in korte broek mogen lopen, belooft in augustus langer te komen maar wil als een haas terug voor de begrotingsbesprekingen. "Ik moet op de kas letten," roept hij voortdurend. "Die mag niet geplunderd worden." Wat geplunderd, hoor je de militairen denken. We staan hier in Kosovo toch ons mannetje voor een goed doel? Dat wordt toch zeker wel in Den Haag begrepen?

Op het dorpspleintje van Orahovac houden Nederlanders de wacht. Onder een balkon met zwaaiende kinderen doen de Gele Rijders verslag van hun patrouille door de steil oplopende steegjes van het dorp. Korporaal I Angela Gerecht uit Breda meldt zich bij de minister met haar Diemaco-geweer kruiselings voor het kogelvrije vest. De muezzin doet om tien voor vijf vanuit de gehavende moskee een oproep tot gebed. Gerecht probeert boven het geluid uit te komen: "Ze mogen ons wel. Je krijgt koekjes uit klamme handjes en soms een rode anjer. De mensen zijn heel blij met ons. Als je laat zien dat je wat voorstelt, blijven de moeilijkheden met de mensen hier beperkt." De Grave is het met haar eens. , ,Je ziet met de flinke militaire uitstraling die we hier hebben en het feit dat we het samen met anderen doen, in dit geval de Duitsers, dat we van het drama-Srebrenica hebben geleerd."

Nederland moet het pas ingerichte kamp Orahovac in zuid-Kosovo vermoedelijk opgeven voor een Russisch bataljon. Er wordt nog over onderhandeld maar tijdens een kort bezoek aan de artilleristen en genie- eenheden gisteren in Orahovac gaf minister De Grave al aan dat hij met " frisse tegenzin" zal instemmen met de legering van de Russen. De Nederlandse troepen in Kosovo (zevenhonderd mannen en vrouwen) verzetten zich tegen de komst van Russen. Zij hebben de laatste weken hard gewerkt om hun kamp naast een wijnfabriek in een buitenwijk van Orahovac in te richten. Om in de hitte weer een nieuw kamp te bouwen elders in de Duitse sector van zuid-Kosovo staat hen tegen. Bovendien zeggen de artilleristen erin geslaagd te zijn het vertrouwen van zowel de Servische als de Albanese bevolking van het stadje te hebben gewonnen. Veel Albanezen zien de komst van de Russen als een nieuwe dreiging. Niet alle wapens zijn door het UÇK ingeleverd. De vrees bestaat dat zij geweld niet uit de weg gaan als de Russen zich partijdig zouden opstellen. Minister De Grave verwacht dat niet. "Juist door de Russen een plek te geven in de internationale macht die op het akkoord moet toezien vallen zij onder het oog van de internationale publieke opinie. Zoiets werkt."

NRC Webpagina's
7 JULI 1999


    Bovenkant pagina

NRC Webpagina's © NRC Handelsblad