Israel voelt zich gedwongen VS te steunen inzake Kosovo
Door onze correspondent
TEL AVIV, 7 APRIL. Aan het gestamel van de Israelische politiek over het
ingrijpen van de NAVO tegen Servië is gisteren onder druk van de
geëmotioneerde publieke opinie een einde gekomen. Met de algemene
verkiezingen in het vooruitzicht achtte premier Benjamin Netanyahu het
opportuun met de stroom mee te gaan.
,,Israel steunt de NAVO'', zei hij. Het is niet zijn stijl om in de verkiezingscampagne tegen diepe
gevoelens onder de kiezers in te gaan. Ook minister van Defensie Moshe
Arens, die de signalen van Amerikaanse woede over de afzijdigheid van
zijn naaste bondgenoot Israel inzake de interventie van de NAVO
opving, schaarde zich gisteren aan de kant van de VS en de hunnen. Om
interne en externe redenen heeft Israel het zorgvuldig volgehouden
onderscheid tussen de politieke en humanitaire dimensies van de crisis
op de Balkan moeten loslaten. Het bleek uiteindelijk ondoenlijk zich te
beperken tot het zenden van een militair veldhospitaal, voedsel en
kleding naar de Albanese vluchtelingen zonder politieke stellingname.
Minister van Buitenlandse Zaken Sharon gaf het echter gisteren in een
radio-vraaggesprek vanuit de VS nog niet op. Medeleven
met het lot van de verdreven Kosovaren mag volgens hem niet worden
verward met de politieke gevolgen van deze met Servisch geweld in
werking gezette volksverhuizing. Sharon vreest dat uit de menselijke
ellende op de Balkan een Groot-Albanië zal worden geboren dat als
een moslim-terroristische staat een ernstige bedreiging wordt voor de
Europese veiligheid - en daardoor ook voor Israel. Netanyahu
corrigeerde later op de dag de uitspraken van Sharon en zei dat deze
niet met zijn ideeën overeenstemmen.
De indruk bestaat dat Israel op warmere betrekkingen met Rusland
aanstuurt om Moskou te bewegen af te zien van militaire en nucleaire
hulp aan Iran. In ruil daarvoor zou Israel zijn invloed in het Congres
in Washington kunnen aanwenden om bepaalde economische sancties tegen
Rusland op te heffen. Israel heeft zich kennelijk onder andere zo lang
mogelijk van steun aan het NAVO-offensief tegen Servië willen
onthouden om de prille verstandhouding met Moskou, dat achter
Servië staat, niet te bederven. Deze afwachtende houding is tegen
de achtergrond van de dimensie van de menselijke
tragedie in Kosovo vastgelopen op steeds luidere kritiek vanuit het
binnenland en vanuit de joodse diaspora en op Amerikaanse
verontwaardiging.
Eli Wiesel, de joods-Amerikaanse Nobelprijswinnaar en het 'joodse
geheugen van de Holocaust', gaf gisteren in een artikel in Yediot
Ahronot uitdrukking aan zijn ergernis over de Israelische politiek
inzake Kosovo. ,,In het algemeen ben ik zeer behoedzaam in het
kritiseren van Israel omdat ik er niet woon'', schreef hij. ,,Maar de
eerste aarzelingen van de Israelische regering over het gebeuren in
Kosovo ergerden me. Israel is een joods land en moet als zodanig
gevoelig zijn voor het lijden van anderen. Hoe kan het joodse volk in
hemelsnaam zwijgen nadat wij diegenen waren die schreeuwden (om hulp) en
de hele wereld zweeg?''
In de media hebben publicisten en politici Netanyahu de afgelopen dagen
gegeseld over zijn neutraliteitspolitiek. In de krant Ha'arets
schreef een bekende publicist gisteren dat het niet te begrijpen is
dat Israel zich neutraal opstelt en de VS onvoorwaardelijke steun
onthoudt om een nieuwe volkenmoord te verijdelen.