Servische oppositie blijft verdeeld
BELGRADO, 5 AUG. De Servische
Vernieuwingsbeweging (SPO), de belangrijkste oppositiepartij in
Servië, weigert in zee te gaan met de rest van de Servische
oppositie. Dat heeft gisteren SPO-leider Vuk Draskovic gezegd.
De SPO, aldus Draskovic, zal zich niet aansluiten bij de Alliantie voor
Verandering, de overkoepelende organisatie waarin alle andere
oppositiepartijen en -groeperingen zich hebben verenigd. Volgens
Draskovic moeten alle partijen in Servië zich afzonderlijk aan de
kiezer presenteren. Pas na een zege bij de vervroegde verkiezingen die
de oppositie eist, moet over samenwerking worden gepraat. In de
tussentijd moeten de SPO en de Alliantie zich onthouden van aanvallen op
elkaar.
Op een persconferentie in Belgrado viel Draskovic opnieuw uit naar de
internationale gemeenschap en de vredesmacht in Kosovo, KFOR. Volgens
hem wordt er in Kosovo niets gedaan om de Serviërs, slachtoffers
van "een exodus, een etnische zuivering", te beschermen. Ze genieten
"geen enkele bescherming", aldus Draskovic. "En dat is koren op de molen
van de anti-Europese krachten in Servië en president Milosevic."
De SPO, de enige oppositiepartij die in het Servische parlement is
vertegenwoordigd, wil zich niet aansluiten bij de verenigde oppositie,
maar ze heeft ook een aanbod van de regerende socialisten van Milosevic
afgewezen om in de regering te gaan zitten. De Servische premier, Mirko
Marjanovic, slaagde gisteren niet in zijn opzet een "regering van
nationale eenheid" mèt de SPO te vormen.
In Montenegro stond gisteren de eenheid van de oppositie in Servië
centraal in besprekingen tussen de Amerikaanse Balkangezant Robert
Gelbard en leiders van de Alliantie voor Verandering. Gelbards bezoek
aan Montenegro is door de staatsmedia in Belgrado hard veroordeeld. Ze
vonden dat Gelbard en de "verraders" en "binnenlandse quislings" met wie
hij in Montenegro sprak "uit zijn op het voltooien van de klus die de
NAVO in 78 dagen [van bombardementen] niet kon klaren". (Reuters, AP,
AFP)